Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

De opmerkelijke graven van Peru — Wat leren ze ons?

De opmerkelijke graven van Peru — Wat leren ze ons?

De opmerkelijke graven van Peru — Wat leren ze ons?

DOOR EEN ONTWAAKT!-MEDEWERKER IN PERU

ER VALT veel over een volk te leren uit de manier waarop het met zijn doden omgaat. Dit feit is vooral duidelijk in Peru, een land waar veel culturen hun sporen hebben achtergelaten, waaronder de Mochica (Moche), Chimú, Nazca, Chachapoya, Colla en Inka. Elke cultuur had haar eigen begrafenisgebruiken, die de verschillen in geloofsopvatting over het hiernamaals weerspiegelden.

Zowel wetenschappers als grafrovers hebben duizenden graven blootgelegd. Ze ontdekten daarin goed geconserveerde stoffelijke resten, gewikkeld in meters geweven stof of ongeweven katoen. Sommige stukken textiel hebben schitterende motieven. In het hete, droge woestijnzand waarmee het grootste deel van de kust van Peru is bedekt, zijn al duizenden goed geconserveerde mummies gevonden.

De graven van edelen

Bij het blootleggen van Mochicagraven heeft men mummies aangetroffen van personen van koninklijke afkomst die met fabelachtige schatten, zwaarden en diverse symbolen van hun vorstelijke status waren begraven. Er werden ook mensen meebegraven. Kennelijk werden er bedienden geofferd om hun meester in het hiernamaals te vergezellen. Bij sommigen van hen waren zelfs de voeten afgehakt. Waarom? Eén theorie luidt dat men dit deed om het die bedienden onmogelijk te maken in de onderwereld hun post te ontvluchten.

Bij het Titicacameer, op een hoogte van 3827 meter, bevinden zich indrukwekkende graven die chullpa’s worden genoemd. Dit zijn stenen torens van wel 12 meter hoog waarvan de muren naar boven toe iets wijder uitlopen. Daarin bewaarde men kennelijk de stoffelijke resten van de adel van de Colla, een volk dat door de Inka werd onderworpen. Enkele van die graven zijn gegraveerd met slangen, katten en apen — dieren die als bewakers van de onderwereld werden vereerd.

In Karajia, bij de plaats Chachapoyas, bevinden zich graftomben die tot de verbeelding spreken. Op richels in de rotswand staan lemen sarcofagen van twee meter hoog, en enkele daarvan dragen nog de sporen van de oorspronkelijke verf van eeuwen geleden. De gezichten lijken majesteitelijk te fronsen terwijl ze over een groene vallei uitkijken, als heersten ze over alles wat hun wezenloze ogen gadeslaan.

Sporen van een tragische afloop

In een buitenwijk van Lima hebben archeologen onlangs diepe graven met zo’n 2200 mummiebundels blootgelegd. De bundels, die klaarblijkelijk van de Inka afkomstig zijn, verkeerden in uitstekende staat. Een daarvan was enorm, met een gewicht van 240 kilo en een lengte van 1,8 meter. De bundel bevatte twee lichamen: een Inka-edelman die in 140 kilo ruwe katoen was gewikkeld en een kind dat misschien familie van hem was. Het blijft een raadsel welke gebeurtenissen zo lang geleden tot hun dood hebben geleid.

Minder mysterieus, maar niet minder tragisch, zijn de lichamen van de kinderen die aan de berggoden van de Andes werden geofferd. Het kan zijn dat de ouders van die kinderen het als een voorrecht bezagen hen naar de „andere wereld” te sturen, misschien als afgezant bij de goden. De kinderen werden gewoonlijk op of bij een bergtop begraven. Het lichaam van een meisje, dat eeuwen verborgen was gebleven, werd gevonden op een hoogte van zo’n 5000 meter op de met sneeuw bedekte Sara Sara (Ayacucho). Die geofferde kinderen werden in mantels gewikkeld, soms met giften en kunstvoorwerpen als gouden of zilveren lamabeeldjes ernaast.

Hoop voor de doden — Wat was de basis?

Die vroege beschavingen van Peru zijn niet de enige met begrafenisrituelen die gebaseerd zijn op de overtuiging dat er een mystiek hiernamaals bestaat. Zelfs in moderne culturen blijkt uit verschillende dingen dat het leven na de dood een belangrijke plaats inneemt.

Tegenwoordig lopen de opvattingen over het hiernamaals sterk uiteen. Zo zijn ideeën als reïncarnatie, zielsverhuizing, vagevuur, hellevuur en het denkbeeld dat men met de doden kan communiceren, bij veel mensen populair. Die leerstellingen zijn allemaal gebaseerd op een gemeenschappelijke leer: dat bij de dood alleen het lichaam sterft, terwijl er iets onsterfelijks voortleeft. Geen van deze ideeën wordt door de bijbel ondersteund. — Prediker 3:18-20; 9:5, 10; Ezechiël 18:4.

Volgens de bijbel is de mens daarentegen zelf een ziel, een levend sterfelijk schepsel (Genesis 2:7). Maar het Woord van God biedt ook een schitterende hoop voor de doden. Het leert ons „dat er een opstanding zal zijn van zowel de rechtvaardigen als de onrechtvaardigen” (Handelingen 24:15). De bijbel beweert niet slechts dat er zo’n hoop bestaat, maar bevat zelfs ooggetuigenverslagen van een aantal opstandingen (Johannes 11:17-47; 1 Korinthiërs 15:3-6). Wat een geweldig vooruitzicht voor de miljoenen mensen die in de loop der eeuwen hebben geleefd en zijn gestorven!

[Illustratie op blz. 13]

Sarcofagen in Karajia (boven)

[Verantwoording]

© Mylene D’Auriol/PromPerú

[Illustratie op blz. 13]

Graftorens van 12 meter hoog, bij het Titicacameer

[Verantwoording]

© Carlos Sala/PromPerú

[Illustraties op blz. 14]

Hoog in de Andes werd het bevroren lichaam van een meisje gevonden

Archeologen hebben bij Lima zo’n 2200 mummies opgegraven

[Verantwoording]

Top left: © Alejandro Balaguer/PromPerú; inset: Ira Block/NGS Image Collection