Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Een traditionele tuin van bijzondere schoonheid

Een traditionele tuin van bijzondere schoonheid

Een traditionele tuin van bijzondere schoonheid

DOOR EEN ONTWAAKT!-MEDEWERKER OP GUADELOUPE

ZE WOONDEN in een prachtige omgeving maar konden er niet van genieten. Dat was het lot van duizenden onfortuinlijke Afrikanen die vanaf de zeventiende eeuw uit hun vaderland werden ontvoerd en naar de Caribische eilanden Guadeloupe en Martinique werden gebracht. De rest van hun leven zouden ze hier de uren dat ze niet sliepen slavenarbeid verrichten op de suikerrietvelden.

Omdat veel plantagebezitters op de eilanden vonden dat de slaven zelf maar voor hun eigen voedsel moesten zorgen, legden de slaven groentetuinen aan. Nu was meer werk wel het laatste waar ze op zaten te wachten, maar zo konden ze ten minste voedsel verbouwen waar ze van hielden. Ze kweekten cassave, yamswortels en andere groenten en vruchten, die meer smaak en voedingswaarde hadden dan enig voedsel dat ze van hun meester zouden hebben gekregen. Ook kweekten ze geneeskrachtige en keukenkruiden.

In 1848 werd de slavernij op de eilanden door de Franse regering afgeschaft, maar de pas bevrijde burgers hielden hun tuinen aan. Vandaag de dag bebouwen de bewoners van Guadeloupe en Martinique — van wie velen van die hardwerkende Afrikanen afstammen — nog steeds de stukjes grond die nu bekendstaan als de creoolse tuinen.

Een miniregenwoud

De huisgezinnen van de slaven hadden meestal twee soorten tuinen. De groentetuin lag gewoonlijk op enige afstand van het huis. De ’tuin van het huis’ (plaatselijk bekend als jardin de case) lag om het huis, net als de karakteristieke creoolse tuin van tegenwoordig. De ineengestrengelde rijkdom aan bloemen, grassen, bomen en struiken kan zo dicht zijn als de ondergroei van een regenwoud. Omdat de plantengroei alle beschikbare ruimte inneemt, biedt de tuin op het eerste gezicht misschien een schitterende, maar chaotische aanblik. De tuin is echter goed ingericht en in stukken opgedeeld. De tuinier kan via de smalle paadjes bij al zijn planten komen.

Het deel van de tuin dat voor het huis ligt, fungeert als een spectaculaire ’ontvangstruimte’. Als er bezoekers komen, worden ze door het gezin verwelkomd te midden van regenboogkleurige crotons, gouden trompetplanten en de felgekleurde bladeren van bougainvilles en ixora’s.

Op andere plekken in de creoolse tuin, meestal in de schaduw van het huis, groeien geneeskrachtige planten. Tot de traditionele geneesmiddelen van de eilanden behoren basilicum, kaneel, capraria biflora, piment en leverkruid. In de tuin groeit ook citroengras, waarvan de gedroogde bladeren worden verbrand om de muggen op afstand te houden.

Veel eilandbewoners koesteren hun kennis van geneeskrachtige planten. Als vroeger iemand ziek werd of gewond raakte, was er vaak geen arts in de buurt. Met de kruiden uit de creoolse tuin konden mensen dus zelf hun kwalen behandelen. Die planten worden nog steeds voor medicinale doeleinden gebruikt, maar zelfmedicatie kan gevaarlijk zijn. In plaats van de patiënt te genezen, kan een verkeerd toegepast kruid een kwaal verergeren. De huidige eilandbewoners vertrouwen hun medische zorg dus over het algemeen toe aan professionals.

Het grootste deel van de creoolse tuin, het stuk achter het huis, is bestemd voor het kweken van groente en fruit. Daar vindt u yamswortels, aubergines, maïs, klaroen, sla en andere gewassen; de kruiden die worden gebruikt bij de bereiding van dit voedsel staan in de buurt. Er staan soms bananenplanten en u ziet er misschien ook bomen als de broodvrucht, avocado, guave en mango.

Laat u betoveren

Als u langs een creoolse tuin loopt, krijgt u misschien wel zin om de schoonheid ervan eens van dichtbij te bekijken. Eenmaal in de tuin kunt u bloesems en bladcombinaties bewonderen, waarvan de kleuren in het zonlicht nog meer tot hun recht komen. Ondertussen creëert de wind een mengsel van geuren waaraan parfum uit een flesje niet kan tippen. Ja, u geniet van de tuin, en nu wandelt u er alleen nog maar doorheen. Stel u voor hoeveel plezier de eigenaar die de tuin heeft aangelegd en er elke dag tijd in doorbrengt, eraan beleeft!

Zullen de creoolse tuinen blijven bestaan? Sommige eilandbewoners klagen erover dat de jonge mensen geen zin hebben om deze aantrekkelijke en nuttige traditie voort te zetten. Toch zijn er nog veel jongeren en ook ouderen die de schoonheid van de tuin en de culturele betekenis ervan wel naar waarde schatten. Elke creoolse tuin is een herinnering aan de manier waarop de Afrikaanse slaven er onder slechte omstandigheden het beste van hebben gemaakt.

[Kader op blz. 27]

WAT BETEKENT ’CREOOLS’?

Het woord ’creool’ duidde oorspronkelijk op mensen van Europese afkomst die in Amerika waren geboren, maar heeft veel verschillende betekenissen gekregen. Sommige Haïtianen gebruiken ’creools’ voor iets wat erg aantrekkelijk of van zeer goede kwaliteit is. Bepaalde talen van Jamaica, Haïti en elders worden creools genoemd. Eigenlijk is het creools een taal die zich uit een mengtaal heeft ontwikkeld, maar die voor een groep sprekers ervan de moedertaal is geworden.

Met ’creools’ wordt ook een specifieke manier van leven aangeduid, de inheemse cultuur die zich op veel Caribische eilanden heeft ontwikkeld. Op Porto Rico en in de Dominicaanse Republiek heeft het verwante Spaanse woord criollo die betekenis. In het Caribisch gebied hebben de verbintenissen tussen afstammelingen van Afrikanen, Europeanen en de inheemse bevolking door de eeuwen heen prachtige kinderen en boeiende tradities opgeleverd. Aan die tradities heeft de creoolse tuin op Guadeloupe en Martinique zijn naam te danken.

[Illustraties op blz. 26]

Inzet foto’s (vanaf boven): alpinia, peper, ananas, cacao en koffie