Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Bewijzen dat de Bijbel betrouwbaar is

3. Spreekt zichzelf niet tegen

3. Spreekt zichzelf niet tegen

Stel dat u veertig mensen met uiteenlopende achtergronden zou vragen allemaal een gedeelte van een boek te schrijven. De schrijvers wonen in diverse landen en de meeste kennen elkaar niet. Sommigen van hen weten niet wat de anderen geschreven hebben. Zou u verwachten dat het eindresultaat een harmonieus geheel is?

DEZE beschrijving is van toepassing op de Bijbel. * De omstandigheden waaronder de Bijbel geschreven is waren zelfs nog iets uitzonderlijker dan hierboven vermeld, wat het al helemaal uniek maakt dat de Bijbel zichzelf niet tegenspreekt.

Welke kleur had Jezus’ kleed? Purper of scharlaken?

Unieke omstandigheden.

De Bijbel is geschreven in een periode van zo’n 1600 jaar, van 1513 voor onze jaartelling tot ongeveer 98 van onze jaartelling. Veel van de naar schatting veertig schrijvers leefden dus in verschillende eeuwen. Ze hadden uiteenlopende beroepen: er zaten vissers bij, herders en koningen, en een arts.

Een eensluidende boodschap.

De schrijvers van de Bijbel behandelden één hoofdthema: de rechtvaardiging van Gods recht om over de mensheid te regeren en de vervulling van zijn voornemen door middel van zijn hemelse koninkrijk, een wereldregering. Dit thema wordt geïntroduceerd in Genesis, verder uitgewerkt in de volgende boeken, en het hoogtepunt vinden we in Openbaring. — Zie „Waar gaat de Bijbel over?” op blz. 19.

Overeenstemming over details.

Zelfs als het om kleine details gaat is er overeenstemming tussen de Bijbelschrijvers, maar vaak is dit duidelijk niet opzettelijk gedaan. Sta eens stil bij het volgende voorbeeld: De Bijbelschrijver Johannes zegt dat er een grote schare naar Jezus kwam luisteren, en dat Jezus toen aan Filippus vroeg waar broden gekocht konden worden om de mensen te eten te geven (Johannes 6:1-5). Lukas schrijft over dezelfde gebeurtenis en vertelt dat die in de buurt van Bethsaïda plaatsvond. Johannes meldde eerder in zijn boek dat Filippus uit Bethsaïda kwam (Lukas 9:10; Johannes 1:44). Het lag dus voor de hand dat Jezus dit vroeg aan iemand die uit de omgeving kwam. De details stemmen overeen, maar er is duidelijk niet bewust moeite gedaan om dat te bereiken. *

Logische verschillen.

Er zitten enkele verschillen tussen bepaalde verslagen, maar is dat niet te verwachten? Stel dat een groep mensen getuige is geweest van een misdrijf. Als ze allemaal dezelfde details noemen en dezelfde bewoordingen gebruiken, zou u dan niet vermoeden dat het doorgestoken kaart was? Het is te verwachten dat er kleine verschillen zitten tussen de verklaringen van de getuigen, afhankelijk van hun gezichtspunt. Dat gold ook voor de Bijbelschrijvers.

Bijvoorbeeld: Droeg Jezus op de dag van zijn dood een purperen kleed, zoals Markus en Johannes zeggen? (Markus 15:17; Johannes 19:2) Of was het scharlaken, zoals in het evangelie van Mattheüs staat? (Mattheüs 27:28) Het kan allebei. De kleur purper bevat rood. Afhankelijk van het gezichtspunt van de toeschouwer, de weerkaatsing van het licht en de achtergrond, kunnen bepaalde kleurschakeringen getemperd zijn, waardoor het kleed voor de toeschouwers verschillende tinten had. *

De overeenstemming tussen de Bijbelschrijvers en hun onopzettelijke consistentie vormen nog een bewijs dat hun geschriften betrouwbaar zijn.

^ ¶4 De Bijbel is een verzameling van 66 boeken of gedeelten, die begint met Genesis en eindigt met Openbaring.

^ ¶7 Meer voorbeelden hiervan zijn te vinden op blz. 16 en 17 van de brochure Een boek voor alle mensen, uitgegeven door Jehovah’s Getuigen.

^ ¶9 Meer informatie is te vinden op blz. 87-97 van het boek De bijbel — Gods woord of dat van mensen?, uitgegeven door Jehovah’s Getuigen.