Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

HOOFDSTUK ELF

Waarom laat God lijden toe?

Waarom laat God lijden toe?
  • Is God de oorzaak van het lijden in de wereld?

  • Welke belangrijke vraag werd in de hof van Eden opgeworpen?

  • Hoe zal God de gevolgen van het lijden ongedaan maken?

1, 2. Met wat voor lijden krijgen mensen in deze tijd te maken, en wat vragen velen zich daarom af?

NADAT in een oorlogsgebied een verschrikkelijke luchtaanval had plaatsgevonden, werden de duizenden burgerslachtoffers die gevallen waren, overwegend vrouwen en kinderen, begraven in een massagraf met gedenktekens eromheen. Op elk gedenkteken stond de inscriptie: „Waarom?” Dat is soms nog wel de pijnlijkste vraag. Diepbedroefd stellen mensen die vraag als ze door een oorlog, een ramp, ziekte of criminaliteit onschuldige vrienden of familieleden hebben verloren, hun huis zijn kwijtgeraakt of op een andere manier verschrikkelijk lijden ondergaan. Ze willen weten waarom hun zulke afschuwelijke dingen overkomen.

2 Waarom laat God lijden toe? Als Jehovah God almachtig, liefdevol, wijs en rechtvaardig is, waarom is er dan zo veel haat en onrecht in de wereld? Hebt u zich dat ook weleens afgevraagd?

3, 4. (a) Waaruit blijkt dat het niet verkeerd is om te vragen waarom God lijden toelaat? (b) Wat vindt Jehovah van slechtheid en lijden?

3 Is het verkeerd om te vragen waarom God lijden toelaat? Sommigen zijn bang dat het niet respectvol tegenover God is of een gebrek aan geloof verraadt om zoiets te vragen. Maar als u de bijbel leest, zult u zien dat getrouwe, godvrezende mensen net zulke vragen stelden. De profeet Habakuk vroeg bijvoorbeeld aan Jehovah: „Waarom doet gij mij het schadelijke zien, en blijft gij niets dan moeite aanzien? En waarom zijn gewelddadige plundering en geweld voor mijn ogen, en waarom ontstaat er ruzie, en waarom rijst er twist?” — Habakuk 1:3.

Jehovah zal een eind maken aan al het lijden

4 Was Jehovah boos dat de getrouwe profeet Habakuk zulke vragen stelde? Nee. God liet Habakuks oprechte woorden zelfs in het geïnspireerde bijbelse verslag opnemen. Daarnaast hielp God hem de dingen beter te begrijpen en meer geloof te krijgen. Dat wil Jehovah ook voor u doen. We hebben gezien dat de bijbel leert dat ’hij voor u zorgt’ (1 Petrus 5:7). Mensen vinden slechtheid en het daaruit voortvloeiende lijden afschuwelijk, maar God voelt dat nog veel sterker (Jesaja 55:8, 9). Waarom is er dan toch zo veel lijden in de wereld?

WAAROM IS ER ZO VEEL LIJDEN?

5. Welke redenen worden soms genoemd om lijden te verklaren, maar wat leert de bijbel?

5 Mensen van allerlei geloofsrichtingen hebben hun voorganger de vraag gesteld waarom er zo veel lijden is. Het antwoord is dan vaak dat lijden Gods wil is en dat hij alles wat er gebeurt, ook tragische gebeurtenissen, lang geleden al heeft voorbeschikt. Velen krijgen te horen dat Gods wegen ondoorgrondelijk zijn of dat hij mensen en zelfs kinderen tot zich neemt zodat ze bij hem in de hemel kunnen zijn. Maar zoals u al geleerd hebt, is Jehovah God nooit de oorzaak van slechte dingen. De bijbel zegt: „Verre zij het van de ware God wetteloos te handelen, en van de Almachtige onrechtvaardig te handelen!” — Job 34:10.

6. Waarom maken veel mensen de fout God de schuld te geven van het lijden in de wereld?

6 Weet u waarom mensen de fout maken God de schuld te geven van al het lijden in de wereld? Vaak geven ze de Almachtige de schuld omdat ze denken dat hij de wereld regeert. Ze zijn niet op de hoogte van een simpele maar belangrijke waarheid uit de bijbel die u in hoofdstuk 3 hebt geleerd: de eigenlijke heerser van deze wereld is Satan de Duivel.

7, 8. (a) Hoe zien we in de wereld de persoonlijkheid terug van de heerser ervan? (b) Hoe hebben onvolmaaktheid en „tijd en onvoorziene gebeurtenissen” tot het lijden bijgedragen?

7 De bijbel zegt duidelijk: „De gehele wereld ligt in de macht van de goddeloze” (1 Johannes 5:19). Als u daarover nadenkt, klinkt dat dan niet logisch? In deze wereld ziet u de persoonlijkheid terug van het onzichtbare geestelijke schepsel dat „de gehele bewoonde aarde misleidt” (Openbaring 12:9). Satan is vol haat, bedrog en wreedheid. En daarom is de wereld, die onder zijn invloed staat, vol haat, bedrog en wreedheid. Dat is één reden waarom er zo veel lijden is.

8 Een tweede reden waarom er zo veel lijden is, hebben we in hoofdstuk 3 besproken, namelijk dat de mensheid sinds de opstand in de hof van Eden onvolmaakt en zondig is. Zondige mensen zijn geneigd om de macht te strijden, en het gevolg is oorlog, onderdrukking en lijden (Prediker 4:1; 8:9). Een derde reden voor het lijden heeft te maken met „tijd en onvoorziene gebeurtenissen” (Prediker 9:11). In een wereld die niet onder Jehovah’s beschermende bestuur staat, ondergaan mensen soms lijden omdat ze op het verkeerde moment op de verkeerde plaats zijn.

9. Waarom kunnen we er zeker van zijn dat Jehovah een goede reden heeft om lijden toe te laten?

9 Het is een troost voor ons te weten dat God niet de oorzaak van het lijden is. Hij is niet verantwoordelijk voor de oorlogen, de misdaden en de onderdrukking — zelfs niet voor de natuurrampen die zo veel lijden veroorzaken. Toch willen we graag weten waarom Jehovah al dit lijden toelaat. Als hij almachtig is, heeft hij de macht om er een eind aan te maken. Waarom doet hij dat dan niet? Aangezien we hem hebben leren kennen als een God van liefde, moet hij daar een goede reden voor hebben. — 1 Johannes 4:8.

EEN BELANGRIJKE KWESTIE

10. Wat trok Satan in twijfel, en hoe deed hij dat?

10 Om erachter te komen waarom God lijden toelaat, moeten we terugdenken aan het moment waarop het lijden begon. Toen Satan Adam en Eva ertoe aanzette Jehovah ongehoorzaam te worden, werd er een belangrijke vraag opgeworpen. Het was niet zo dat Satan Jehovah’s macht in twijfel trok. Ook Satan weet dat er geen grenzen zijn aan Jehovah’s macht. Wat Satan wel in twijfel trok, was Jehovah’s recht om te regeren. Door God een leugenaar te noemen die zijn onderdanen iets goeds onthield, beschuldigde Satan Jehovah ervan een slechte regeerder te zijn (Genesis 3:2-5). Satan suggereerde dat de mensen beter af zouden zijn zonder Gods bestuur. Dat was een aanval op Jehovah’s soevereiniteit, zijn recht om te regeren.

11. Waarom heeft Jehovah de opstandelingen in Eden niet gewoon vernietigd?

11 Adam en Eva kwamen tegen Jehovah in opstand. Eigenlijk zeiden ze: ’We hebben Jehovah niet nodig als Regeerder. We kunnen zelf wel bepalen wat goed en wat verkeerd is.’ Hoe kon Jehovah die kwestie oplossen? Hoe kon hij alle met verstand begiftigde schepselen laten zien dat de opstandelingen geen gelijk hadden en dat zijn manier echt de beste is? Sommigen zullen misschien zeggen dat God de opstandelingen gewoon had moeten vernietigen en opnieuw had moeten beginnen. Maar Jehovah had gezegd dat het zijn voornemen was de aarde met de nakomelingen van Adam en Eva te vullen, en hij wilde dat ze in een aards paradijs zouden wonen (Genesis 1:28). En Jehovah vervult zijn voornemens altijd (Jesaja 55:10, 11). Door de opstandelingen in Eden te vernietigen, zou bovendien de opgeworpen vraag in verband met Jehovah’s recht om te regeren niet beantwoord zijn.

12, 13. Waarom heeft Jehovah toegestaan dat Satan de heerser van deze wereld werd en dat mensen zichzelf gingen besturen? Illustreer dit.

12 Laten we dit eens met een voorbeeld illustreren. Stel dat een leraar zijn leerlingen vertelt hoe ze een wiskundig probleem moeten oplossen. Een slimme, maar opstandige leerling beweert dat de leraar het verkeerd aanpakt. Deze rebel houdt vol dat hij een veel betere manier weet om het probleem op te lossen en suggereert daarmee dat de leraar niet deskundig is. Sommige leerlingen denken dat hij gelijk heeft en komen ook in opstand. Wat moet de leraar doen? Als hij de opstandige leerlingen de klas uit stuurt, wat zal dan het effect op de rest zijn? Zullen ze niet denken dat de opstandige leerling en zijn medestanders gelijk hebben? Misschien zullen alle andere leerlingen in de klas hun respect voor de leraar verliezen en denken dat hij bang is ongelijk te krijgen. Maar wat nu als de leraar de rebel toestaat om de klas te laten zien hoe hij het probleem zou oplossen?

Weet de leerling het beter dan de leraar?

13 Jehovah heeft net zoiets gedaan als deze leraar. Bedenk dat het niet alleen om de opstandelingen in Eden ging; er waren ook nog miljoenen engelen die toekeken (Job 38:7; Daniël 7:10). De manier waarop Jehovah de opstand aanpakte, zou een diepgaande uitwerking hebben op al die engelen en uiteindelijk op de hele met verstand begiftigde schepping. Wat heeft Jehovah dan gedaan? Hij heeft Satan toegestaan te laten zien hoe hij de mensheid zou besturen en mensen toegestaan zichzelf te besturen onder leiding van Satan.

14. Welk voordeel zal het uiteindelijk hebben dat Jehovah mensen heeft toegestaan zichzelf te besturen?

14 De leraar in ons voorbeeld weet dat de rebel en zijn medestanders het mis hebben. Maar hij weet ook dat de hele klas er voordeel bij heeft als hij de rebellen de gelegenheid geeft hun gelijk te bewijzen. Als dat hun niet lukt, zullen alle leerlingen als ze eerlijk zijn, inzien dat alleen de leraar geschikt is om de klas les te geven. Ze zullen er begrip voor hebben als de leraar vervolgens de opstandige leerlingen de klas uit stuurt. Zo weet Jehovah dat alle oprechte mensen en engelen er voordeel bij zullen hebben als ze zien dat Satan en zijn medestanders hebben gefaald en dat mensen zichzelf niet kunnen besturen. Net als Jeremia zullen ze de volgende belangrijke waarheid gaan inzien: „Ik weet heel goed, o Jehovah, dat het niet aan de aardse mens is zijn weg te bepalen. Het staat niet aan een man die wandelt, zelfs maar zijn schrede te richten.” — Jeremia 10:23.

WAAROM ZO LANG?

15, 16. (a) Waarom heeft Jehovah het lijden zo lang toegelaten? (b) Waarom heeft Jehovah misdaden en andere verschrikkelijke dingen niet voorkomen?

15 Maar waarom heeft Jehovah het lijden zo lang toegelaten? En waarom voorkomt hij niet dat er slechte dingen gebeuren? Als we teruggaan naar de leraar in onze illustratie, dan zijn er twee dingen die hij niet zou doen. Ten eerste zou hij de opstandige leerling er niet van weerhouden zijn oplossing aan te dragen. Ten tweede zou hij de leerling niet helpen zijn gelijk te bewijzen. Laten we dan nu eens kijken naar twee dingen die Jehovah besloten heeft niet te doen. Ten eerste heeft hij Satan en zijn medestanders er niet van weerhouden om te proberen te bewijzen dat ze gelijk hebben. Hier was tijd voor nodig. In de duizenden jaren menselijke geschiedenis hebben mensen iedere vorm van zelfbestuur kunnen uitproberen. Er is weliswaar vooruitgang geboekt op het gebied van de wetenschap en op andere terreinen, maar problemen als onrecht, armoede, misdaad en oorlog zijn alleen maar erger geworden. Het is nu bewezen dat menselijk bestuur een mislukking is.

16 Ten tweede heeft Jehovah Satan niet geholpen deze wereld te besturen. Als God bijvoorbeeld verschrikkelijke misdaden zou voorkomen, zou hij daarmee dan niet de zaak van de opstandelingen steunen? Zou God mensen dan niet laten denken dat ze zichzelf wel kunnen regeren zonder dat dit rampzalige gevolgen heeft? Als Jehovah dat zou doen, zou hij eraan meehelpen een leugen in stand te houden. Maar ’God kan onmogelijk liegen’. — Hebreeën 6:18.

17, 18. Wat zal Jehovah doen aan alle schade die door menselijk bestuur en de invloed van Satan is aangericht?

17 Hoe zit het echter met alle schade die tijdens de langdurige opstand tegen God is aangericht? Het is goed te bedenken dat Jehovah almachtig is. Daarom kan en zal hij de gevolgen van het lijden van de mensheid ongedaan maken. Zoals we al hebben geleerd, zal de toegebrachte schade aan onze planeet hersteld worden doordat de aarde in een paradijs wordt veranderd. De gevolgen van zonde zullen weggenomen worden op grond van geloof in Jezus’ loskoopoffer, en de gevolgen van de dood zullen tenietgedaan worden door middel van de opstanding. Zo zal God Jezus gebruiken om „de werken van de Duivel te verbreken” (1 Johannes 3:8). Jehovah zal dit allemaal op precies de juiste tijd doen. We kunnen blij zijn dat hij nog niet ingegrepen heeft, want dankzij zijn geduld hebben wij de gelegenheid de waarheid te leren kennen en hem te gaan dienen (2 Petrus 3:9, 10). Ondertussen zoekt God naar oprechte aanbidders en helpt hij hen al het lijden te verduren dat ze in deze wereld vol problemen ondervinden. — Johannes 4:23; 1 Korinthiërs 10:13.

18 Sommigen vragen zich misschien af of al dit lijden niet voorkomen had kunnen worden als God Adam en Eva zo had geschapen dat ze niet in opstand hadden kunnen komen. Voor het antwoord op die vraag is het goed te bedenken dat Jehovah u iets heel kostbaars heeft gegeven.

HOE ZULT U GODS GAVE GEBRUIKEN?

God zal u helpen lijden te verduren

19. Welk kostbare geschenk heeft Jehovah ons gegeven, en waarom kunnen we daar dankbaar voor zijn?

19 Zoals we in hoofdstuk 5 hebben geleerd, zijn mensen geschapen met een vrije wil. Hebt u er weleens bij stilgestaan wat een kostbaar geschenk dat is? God heeft talloze dieren gemaakt, en die worden voornamelijk geleid door instinct (Spreuken 30:24). Mensen hebben robots gemaakt die geprogrammeerd kunnen worden om ieder bevel op te volgen. Zouden we het fijn vinden als God ons zo gemaakt had? Nee, we zijn blij dat we de vrijheid hebben om bijvoorbeeld zelf te bepalen wat voor persoon we worden, hoe we ons leven inrichten en wie we als vrienden kiezen. We vinden het prettig een mate van vrijheid te hebben, en God wil graag dat we daarvan genieten.

20, 21. Wat is de best mogelijke manier om onze vrije wil te gebruiken, en waarom zou dat onze wens moeten zijn?

20 Jehovah wil niet dat mensen hem onder dwang dienen (2 Korinthiërs 9:7). Wat zou een ouder bijvoorbeeld liever zien: dat een kind uit zichzelf zegt „Ik hou van u”, of omdat het moet? De vraag is dus: hoe zult u de vrije wil gebruiken die Jehovah u gegeven heeft? Satan, Adam en Eva gebruikten hun vrije wil op de slechtst denkbare manier. Ze verwierpen Jehovah God. Wat zult u doen?

21 U hebt de gelegenheid de prachtige gave van de vrije wil op de best mogelijke manier te gebruiken. U kunt Jehovah’s kant kiezen, net als miljoenen anderen gedaan hebben. Zij maken God blij omdat ze eraan meehelpen te bewijzen dat Satan een leugenaar is en dat hij als regeerder een jammerlijke mislukking is (Spreuken 27:11). Ook u kunt dat doen door voor de juiste manier van leven te kiezen. Het volgende hoofdstuk gaat daar verder op in.