Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Waarom mag ik nooit eens ergens heen?

Waarom mag ik nooit eens ergens heen?

HOOFDSTUK 37

Waarom mag ik nooit eens ergens heen?

Voor Allison in Australië betekent de maandagochtend altijd weer stress.

„Iedereen heeft het over het weekend. Ze vertellen allemaal spannende verhalen: naar hoeveel feestjes ze geweest zijn, met hoeveel jongens ze gezoend hebben, en zelfs dat ze moesten vluchten voor de politie (...) Het klinkt heel eng, maar ook best stoer! Ze komen om vijf uur ’s ochtends thuis en hun ouders vinden dat geen probleem. Maar ik moet al in bed liggen als hun avond nog moet beginnen!

Als mijn klasgenoten uitverteld zijn, vragen ze wat ik in het weekend heb gedaan. En ik ben naar een christelijke bijeenkomst geweest en heb van huis tot huis gepredikt. Dan krijg ik het gevoel dat ik een heel saai weekend heb gehad. Meestal zeg ik dus: ’O, niks bijzonders.’ Dan vragen ze: ’Waarom ben je dan niet met ons meegegaan?’

Je zou denken dat het na maandag makkelijker wordt. Niet dus. Dinsdag heeft iedereen het alweer over het volgende weekend! Meestal laat ik ze maar een beetje praten. Dan voel ik me echt buitengesloten!”

HEB jij dat ook als je maandagochtend op school komt? Misschien heb je het gevoel dat er overal om je heen leuke dingen te doen zijn, maar dat je ouders je altijd alles verbieden. Zo ongeveer alsof je in een pretpark bent maar nergens in mag. Het is niet zo dat je alles wilt doen wat andere jongeren doen, maar je wilt gewoon ook weleens lol hebben. Waar zou jij dit weekend bijvoorbeeld het liefst naartoe gaan?

□ (Dans)feest

□ Concert

□ Bioscoop

□ Iets anders ․․․․․

Je hebt natuurlijk ontspanning nodig. De Schepper wil dat je als jongere van het leven geniet (Prediker 3:1, 4). En geloof het of niet, ook je ouders willen graag dat je het leuk hebt. Maar waarschijnlijk willen je ouders terecht twee dingen van je weten: (1) wat je wilt gaan doen en (2) wie er meegaan.

Wat moet je doen als vrienden je meevragen, maar je niet weet wat je ouders ervan vinden? We gaan drie opties bekijken en de gevolgen daarvan.

OPTIE A NIET VRAGEN, GEWOON GAAN

Afwegingen: Je wilt indruk maken op je vrienden door te laten zien hoe onafhankelijk je bent. Je denkt dat je het beter weet dan je ouders, of hun mening interesseert je niet zo (Spreuken 14:18).

Gevolgen: Je vrienden zijn misschien onder de indruk, maar ze weten nu ook dat je niet altijd helemaal eerlijk bent. Als je tegen je ouders liegt, zit je er misschien ook niet mee je vrienden voor de gek te houden. En als je ouders erachter komen, voelen ze zich gekwetst en verraden, en waarschijnlijk krijg je straf! Je ouders negeren en gewoon gaan is dus niet echt slim (Spreuken 12:15).

OPTIE B NIET VRAGEN, NIET GAAN

Afwegingen: Je denkt over de uitnodiging na en besluit dat wat je vrienden van plan zijn, tegen je principes in gaat of dat niet iedereen die erbij zal zijn goede omgang is (1 Korinthiërs 15:33; Filippenzen 4:8). Het kan ook zijn dat je er eigenlijk wel heen wilt maar het niet aan je ouders durft te vragen.

Gevolgen: Als je niet gaat omdat je weet dat het geen goed idee is, zul je met overtuiging nee kunnen zeggen tegen je vrienden. Maar als je niet gaat omdat je het gewoon niet aan je ouders durft te vragen, ga je je waarschijnlijk thuis zielig zitten voelen omdat je denkt dat jij de enige bent die geen plezier heeft.

OPTIE C VRAGEN EN AFWACHTEN

Afwegingen: Je weet dat je naar je ouders moet luisteren en je hebt respect voor hun mening (Kolossenzen 3:20). Je houdt van ze en je wilt ze niet kwetsen door stiekem met je vrienden op stap te gaan (Spreuken 10:1). Bovendien heb je de kans ze te vertellen hoe jij erover denkt.

Gevolgen: Je ouders merken dat je van ze houdt en respect voor ze hebt. En als ze je vraag redelijk vinden, is hun antwoord misschien wel ja.

Als ouders nee zeggen

Stel dat je ouders zeggen dat je niet mag gaan. Dat kan frustrerend zijn. Maar als je hun standpunt begrijpt, vind je het misschien minder erg. Wat zijn een paar redenen waarom ouders soms nee zeggen?

Meer kennis en ervaring. Als je in zee gaat zwemmen, is het verstandig een strand uit te kiezen waar toezicht is. Terwijl je lekker aan het zwemmen bent, let je namelijk niet zo goed op gevaren. Maar een strandwacht heeft vanaf zijn post een veel beter overzicht.

Zo zien ook je ouders gevaren die jij misschien niet ziet, omdat ze meer kennis en ervaring hebben. Net als een strandwacht willen ze niet je plezier bederven, maar je juist helpen gevaren te vermijden die je leven behoorlijk zouden kunnen bederven.

Liefde voor jou. Je ouders willen je heel graag beschermen. Uit liefde voor jou zullen ze ja zeggen als het kan en nee als het moet. Als je hun toestemming voor iets vraagt, vragen ze zich af of ze zelf met de gevolgen kunnen leven als ze ja zeggen. Ze zullen alleen ja tegen zichzelf — en tegen jou — zeggen als ze er voldoende van overtuigd zijn dat je niks zal overkomen.

Hoe maak je meer kans op toestemming?

Kijk eens naar de volgende vier factoren.

Eerlijkheid: In de eerste plaats moet je eerlijk tegen jezelf zijn. Vraag je af: Waarom wil ik er eigenlijk heen? Vind ik het echt leuk of wil ik er gewoon bij horen? Wil ik erheen omdat er iemand meegaat die ik erg leuk vind? Wees ook eerlijk tegen je ouders. Ze zijn ook jong geweest en ze kennen je goed. Waarschijnlijk hebben ze dus toch wel door wat je echte motief is. Zij zullen blij zijn als je eerlijk bent, en jij hebt veel aan hun levenservaring (Spreuken 7:1, 2). Als je niet eerlijk bent, zullen je ouders je minder vertrouwen en is de kans klein dat ze ja zeggen.

Timing: Val je ouders niet lastig met vragen als ze net thuis zijn van hun werk of druk bezig zijn met iets anders. Begin erover als ze ontspannen zijn. Maar wacht niet tot het laatste moment. Je ouders zullen het niet fijn vinden als ze gehaast een beslissing moeten nemen. Vraag het dus lang genoeg van tevoren en geef ze de tijd om erover na te denken.

Duidelijkheid: Wees niet vaag. Vertel precies wat je wilt gaan doen. Ouders krijgen niet graag het antwoord: ’Dat weet ik niet’, vooral niet op vragen als: ’Wie gaan er nog meer?’, ’Is er een volwassene die toezicht houdt?’ of ’Hoe laat is het afgelopen?’

Houding: Je ouders staan echt aan jouw kant. Zie ze dus niet als vijanden. Wanneer je je ouders als vrienden ziet, zul je minder snel brutaal overkomen en eerder toestemming krijgen. Zeg nooit: ’Jullie vertrouwen me niet’, ’Alle anderen gaan wel’ of ’De ouders van mijn vrienden vinden het wel goed!’ Laat zien dat je volwassen genoeg bent om hun beslissing te accepteren en te respecteren. Dan zullen ze ook respect voor jou hebben. En de volgende keer zullen ze misschien eerder geneigd zijn om te kijken of ze ja kunnen zeggen.

MEER INFORMATIE VIND JE IN HOOFDSTUK 32 VAN DEEL 2

SLEUTELTEKST

„Wees wijs, mijn zoon, en verheug mijn hart.” — Spreuken 27:11.

TIP

Bedenk voordat je ergens heen gaat altijd wat je zult zeggen of doen als er dingen gebeuren waar je niet achter kunt staan. Dan kun je altijd weggaan en een goed geweten houden.

WEETJE

Omdat je ouders van je houden, zullen ze aan de voorzichtige kant blijven. Als ze niet begrijpen wat je precies vraagt of als ze het gevoel hebben dat je belangrijke informatie achterhoudt, is de kans groot dat ze nee zeggen.

ACTIEPUNTEN

Als ik in een film of op een feestje iets zie of hoor wat tegen mijn geweten in gaat, zal ik ․․․․․

Wat ik mijn ouder(s) over dit onderwerp wil vragen: ․․․․․

WAT DENK JIJ?

● Waarom aarzel je misschien om je ouders alle informatie te geven die ze nodig hebben om een beslissing te kunnen nemen?

● Wat kunnen de gevolgen zijn als je ouders toestemming geven omdat jij belangrijke informatie achterhoudt?

[Inzet op blz. 268]

„Toen ik jong was, heb ik veel domme dingen gedaan. Sommige ’leuke’ dingen die ik deed, pakten op de lange termijn helemaal niet zo leuk uit. Je ondervindt altijd de gevolgen van wat je doet. Ik heb spijt dat ik niet naar mijn ouders geluisterd heb.” — Brian

[Illustratie op blz. 269]

Net als een strandwacht kunnen je ouders beter zien welke gevaren er zijn