Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

HOOFDSTUK 22

Het Koninkrijk realiseert Gods wil op aarde

Het Koninkrijk realiseert Gods wil op aarde

HOOFDGEDACHTE

Het Koninkrijk vervult al Gods beloften voor de mensheid en de aarde

1, 2. (a) Waarom is het soms moeilijk om het paradijs als een realiteit te zien? (b) Wat kan ons helpen ons geloof in Gods beloften te versterken?

 EEN trouwe broeder komt moe op de vergadering. Hij heeft een zware dag achter de rug. Hij wordt onvriendelijk behandeld door zijn veeleisende baas, hij maakt zich zorgen of hij zijn gezin wel kan onderhouden en hij is ongerust over de slechte gezondheid van zijn vrouw. Terwijl de muziek van het eerste lied begint, slaakt hij een zucht van verlichting. Hij is blij dat hij in de zaal is, bij zijn broeders en zusters. Het lied gaat over de hoop op leven in het paradijs, en de tekst zegt dat hij zich moet voorstellen daar al te zijn. Hij heeft dit altijd al een mooi lied gevonden, en terwijl hij het samen met zijn gezin zingt, geeft zijn hoop hem nieuwe kracht.

2 Heb jij je weleens zo gevoeld? De meesten van ons wel. Het leven in dit oude stelsel maakt het soms heel moeilijk om het komende paradijs als een realiteit te zien. We leven in „kritieke tijden (...) die moeilijk zijn door te komen”, en de wereld is allesbehalve een paradijs (2 Tim. 3:1). Hoe kunnen we onze hoop reëel maken? Door na te denken over hoe we weten dat Gods Koninkrijk binnenkort over de hele mensheid gaat regeren. Laten we daarom eens enkele profetieën bekijken die Jehovah’s volk in de oudheid heeft zien uitkomen. Daarna zullen we zien hoe die en andere profetieën nu op een bijzondere manier uitkomen. Na die geloofversterkende bespreking zullen we bekijken wat zulke profetieën voor onze toekomst betekenen.

Hoe Jehovah zijn beloften in het verre verleden is nagekomen

3. Welke belofte was een troost voor de Joden die in Babylon in ballingschap waren?

3 Stel je eens voor hoe het voor de Joden in de zesde eeuw v.Chr. was om in Babylon te leven. Velen van hen waren in ballingschap opgegroeid, net als hun ouders, en het leven was zwaar. De Babyloniërs maakten hun vertrouwen in Jehovah belachelijk (Ps. 137:1-3). Jarenlang klampten loyale Joden zich vast aan Jehovah’s belofte dat hij ze weer terug zou brengen naar hun vaderland. Hij had gezegd dat het leven daar goed zou zijn. Hij had het herstelde land Juda zelfs vergeleken met de Hof van Eden! (Lees Jesaja 51:3.) Die beloften waren duidelijk bedoeld om Gods volk gerust te stellen en twijfels weg te nemen. Laten we eens naar een paar van die profetieën kijken.

4. Waarvan verzekerde Jehovah de Joden?

4 Veiligheid. De ballingen zouden niet teruggaan naar een letterlijk paradijs maar naar een ver land dat zeventig jaar verlaten was geweest, een land dat maar weinigen van hen ooit hadden gezien. In die tijd kwamen er in Bijbelse landen leeuwen voor, en ook wolven, luipaarden en andere roofdieren. Een gezinshoofd vroeg zich misschien af: Hoe zorg ik ervoor dat mijn vrouw en kinderen veilig zijn? En de schapen en runderen, hoe moet ik die beschermen? Het zou niet meer dan normaal zijn om je daar zorgen over te maken. Bedenk daarom eens hoe vertroostend Gods belofte in Jesaja 11:6-9 moet zijn geweest. (Lees.) Met die liefdevolle poëtische woorden verzekerde Jehovah de ballingen ervan dat zij en hun vee veilig zouden zijn. Leeuwen zouden stro eten in de zin dat ze het vee van de Joden niet zouden verslinden. Getrouwe Joden hoefden niet bang te zijn voor zulke roofdieren. Jehovah beloofde dat zijn volk veilig zou zijn in het herstelde land Juda, zelfs in de wildernis en in de wouden (Ezech. 34:25).

5. Welke profetieën gaven de ballingen het vertrouwen dat Jehovah overvloedig in hun behoeften zou voorzien?

5 Overvloed. Er konden nog meer redenen voor bezorgdheid zijn: Hoe kom ik in het herstelde vaderland aan voedsel voor mijn gezin? Waar gaan we wonen? Zal er werk zijn, en zal het beter zijn dan het geestdodende werk dat we in ballingschap moesten doen? Uit consideratie beantwoordde Jehovah ook die vragen in geïnspireerde profetieën. Hij beloofde dat zijn gehoorzame volk erop kon rekenen dat het voldoende zou regenen, waardoor het land brood zou opbrengen dat „vet en olieachtig” was, wat op overvloed duidde (Jes. 30:23). Over huisvesting en zinvol werk zei Jehovah: „Zij zullen niet bouwen en iemand anders het bewonen; zij zullen niet planten en iemand anders ervan eten” (Jes. 65:21, 22). Het leven zou in veel opzichten geweldig zijn vergeleken met hun ballingschap in het heidense Babylon. Maar hoe zat het met de ernstige problemen die de reden voor hun ballingschap waren?

6. Wat voor gezondheidsproblemen had Gods volk al lange tijd, en welke verzekering gaf Jehovah de ballingen?

6 Geestelijke gezondheid. Lang vóór de ballingschap was Gods volk in geestelijk opzicht ziek geworden. Via de profeet Jesaja zei Jehovah over ze: „Het gehele hoofd is in een zieke toestand, en het gehele hart is krachteloos” (Jes. 1:5). Ze waren geestelijk blind en doof, want ze weigerden te luisteren naar Jehovah’s raad en sloten hun ogen voor de verlichting die hij bood (Jes. 6:10; Jer. 5:21; Ezech. 12:2). Als de ballingen na hun terugkeer dezelfde problemen zouden hebben, zouden ze dan niet opnieuw Jehovah’s goedkeuring verliezen? De volgende belofte van Jehovah was heel geruststellend: „Op die dag zullen de doven stellig de woorden van het boek horen, en uit het donker en uit de duisternis zullen zelfs de ogen der blinden zien” (Jes. 29:18). Jehovah zou zijn gelouterde, berouwvolle volk geestelijk genezen. Zolang ze ontvankelijk en gehoorzaam bleven, zou hij ze leiding en verlichting geven.

7. Hoe werden Gods beloften aan zijn volk vervuld, en waarom is dat geloofversterkend voor ons?

7 Heeft Jehovah zich aan zijn beloften gehouden? De geschiedenis geeft het antwoord. De Joden die naar hun vaderland teruggingen, werden gezegend met veiligheid, overvloed en geestelijke gezondheid. Jehovah beschermde ze bijvoorbeeld tegen buurvolken die groter en sterker waren. Hun vee werd niet door roofdieren aangevallen. De paradijsbeloften die mannen zoals Jesaja, Jeremia en Ezechiël hadden opgeschreven, gingen maar beperkt in vervulling. Maar die vervulling was wel bijzonder en precies wat de Joden nodig hadden. Door erbij stil te staan wat Jehovah toen voor zijn volk heeft gedaan, kunnen we ons geloof versterken. Als de eerste, beperkte vervulling van die profetieën al bijzonder was, hoe geweldig zal de grotere vervulling dan wel niet zijn? Kijk eens wat Jehovah in deze tijd voor ons heeft gedaan.

Hoe Jehovah zijn beloften in deze tijd nakomt

8. Wat voor „land” heeft Gods volk in deze tijd?

8 Jehovah’s aanbidders vormen nu geen letterlijke natie, die in één bepaald land woont. Gezalfde christenen vormen een geestelijke natie, „het Israël Gods” (Gal. 6:16). De „andere schapen” bevinden zich samen met hen in een geestelijk „land” waar ze Jehovah verenigd aanbidden. Die aanbidding is voor hen een manier van leven (Joh. 10:16; Jes. 66:8). En wat voor „land” heeft Jehovah ons gegeven? Het is een geestelijk paradijs. Daar krijgen Gods beloften over paradijselijke omstandigheden een schitterende geestelijke vervulling. Hier volgen een paar voorbeelden.

9, 10. (a) Hoe gaat de profetie in Jesaja 11:6-9 in deze tijd in vervulling? (b) Welk bewijs is er dat Gods volk vrede geniet?

9 Veiligheid. De profetie in Jesaja 11:6-9 schetst een prachtig beeld van harmonie en vrede tussen wilde dieren aan de ene kant en mensen en hun vee aan de andere kant. Gaat die profetie in deze tijd geestelijk in vervulling? Ja! In vers 9 staat hoe het komt dat zulke schepselen niemand meer kwaad zullen doen: „Want de aarde zal stellig vervuld zijn van de kennis van Jehovah, zoals de wateren ook de zee bedekken.” Verandert „kennis van Jehovah” het gedrag van dieren? Nee, het zijn mensen die veranderen als ze de allerhoogste God leren kennen en zijn vredelievendheid leren navolgen. Daarom kunnen we nu in ons geestelijke paradijs een hartverwarmende vervulling van die profetie zien. Onder het Koninkrijksbestuur worden Christus’ volgelingen geholpen om wrede, dierlijke eigenschappen af te leren en in vrede en harmonie met hun broeders en zusters te leven.

10 Neem bijvoorbeeld de kwestie van christelijke neutraliteit. In dit boek hebben we het gehad over de Bijbelse basis voor ons standpunt en de vervolging die we vanwege onze neutraliteit hebben verduurd. Is het niet bijzonder dat er in deze gewelddadige wereld een grote groep mensen is die zich zelfs als ze met de dood bedreigd worden, afzijdig houden van elke vorm van geweld? Het is een duidelijk bewijs dat de onderdanen van de Messiaanse Koning inderdaad de vrede genieten die Jesaja beschreef! Jezus zei dat zijn volgelingen te herkennen zouden zijn aan hun liefde voor elkaar (Joh. 13:34, 35). Geduldig leert Christus via zijn „getrouwe en beleidvolle slaaf” alle ware christenen om vredelievend, liefdevol en zachtaardig te zijn (Matth. 24:45-47).

11, 12. Wat voor honger heerst er in de wereld, maar hoe geeft Jehovah zijn volk overvloed?

11 Overvloed. In de wereld heerst geestelijke honger. De Bijbel waarschuwde: „’Zie! Er komen dagen,’ is de uitspraak van de Soevereine Heer Jehovah, ’en ik zal stellig een hongersnood in het land zenden, geen honger naar brood, en geen dorst naar water, maar naar het horen van de woorden van Jehovah’” (Amos 8:11). Hebben de burgers van Gods Koninkrijk ook honger? Jehovah voorspelde het volgende contrast tussen zijn volk en zijn vijanden: „Míȷ́n knechten zullen eten, maar gíȷ́ zult honger lijden. Ziet! Míȷ́n knechten zullen drinken, maar gíȷ́ zult dorst lijden. Ziet! Míȷ́n knechten zullen zich verheugen, maar gíȷ́ zult beschaamd staan” (Jes. 65:13). Heb je die woorden in vervulling zien gaan?

12 Geestelijke voorzieningen komen tot ons als een rivier die steeds breder en dieper wordt. Onze Bijbelse publicaties, onze audiobestanden en films, onze vergaderingen en congressen, en het materiaal op onze site vormen een constante stroom van geestelijk voedsel in een wereld die geestelijk verhongert (Ezech. 47:1-12; Joël 3:18). Vind je het niet geweldig om in je dagelijkse leven de overvloed te zien die Jehovah beloofd heeft? Zorg je ervoor dat je je regelmatig aan Jehovah’s tafel voedt?

Dankzij de gemeente zijn we geestelijk goed gevoed en gezond en voelen we ons veilig

13. Hoe is Jehovah’s belofte dat blinden weer gaan zien en doven weer gaan horen in vervulling gegaan?

13 Geestelijke gezondheid. Geestelijke blindheid en doofheid zijn in deze tijd een pandemie (2 Kor. 4:4). Maar wereldwijd worden mensen door Christus van deze aandoeningen genezen. Heb je meegemaakt dat blinden weer gaan zien en doven weer gaan horen? Als je hebt gezien dat mensen nauwkeurige kennis van de waarheid uit Gods Woord krijgen en de religieuze leugens loslaten die hen eens blind en doof maakten voor de waarheid, dan heb je de volgende belofte in vervulling zien gaan: „Op die dag zullen de doven stellig de woorden van het boek horen, en uit het donker en uit de duisternis zullen zelfs de ogen der blinden zien” (Jes. 29:18). Over de hele wereld worden elk jaar honderdduizenden mensen geestelijk genezen. Iedereen die Babylon de Grote verlaat en God samen met ons in ons geestelijke paradijs gaat aanbidden, is een levend bewijs dat Jehovah zijn beloften waarmaakt!

14. Over welke bewijzen moeten we mediteren om ons geloof te versterken?

14 Elk hoofdstuk van dit boek bevat krachtige bewijzen dat Christus zijn volgelingen in de eindtijd in een echt geestelijk paradijs heeft gebracht. Laten we blijven mediteren over de vele manieren waarop we nu in dat paradijs worden gezegend. Dat zal ons geloof in Jehovah’s beloften voor de toekomst steeds sterker maken.

„Uw koninkrijk kome”

15. Waarom kunnen we er zeker van zijn dat de aarde een paradijs wordt?

15 Jehovah heeft altijd het voornemen gehad om de hele aarde in een paradijs te veranderen. Hij liet Adam en Eva in een paradijstuin wonen, en hij gaf ze het gebod de aarde met hun nageslacht te vullen en voor alle dieren te zorgen (Gen. 1:28). Maar Adam en Eva volgden Satan in zijn opstand en zadelden hun nageslacht op met onvolmaaktheid, zonde en dood. Toch is Gods voornemen nooit veranderd. Als hij iets zegt, komt dat altijd uit. (Lees Jesaja 55:10, 11.) We kunnen er dus zeker van zijn dat de nakomelingen van Adam en Eva deze aarde zullen vullen en onderwerpen; de hele aarde zal een paradijs zijn waar ze goed voor zorgen. Dan zal de uiteindelijke vervulling plaatsvinden van de profetieën over leven in paradijselijke omstandigheden die in eerste instantie voor de Joodse ballingen bedoeld waren. Kijk eens naar de volgende voorbeelden.

16. Hoe beschrijft de Bijbel de veiligheid die we in het paradijs zullen hebben?

16 Veiligheid. Eindelijk zal de prachtige beeldspraak in Jesaja 11:6-9 helemaal in vervulling gaan, zelfs in letterlijk opzicht. Mannen, vrouwen en kinderen zullen zich overal op aarde veilig en zeker voelen. Geen mens of dier zal nog een bedreiging vormen. Stel je een tijd voor waarin deze hele planeet je thuis is, waar je met een volkomen gerust gevoel kunt zwemmen in de rivieren, meren en zeeën, kunt wandelen in de bergen en kunt rondzwerven door de velden. En als de avond valt, hoef je je geen zorgen te maken. Omdat de woorden in Ezechiël 34:25 uitkomen, kunnen Gods aanbidders „in zekerheid in de wildernis wonen en in de wouden slapen”.

17. Waarom kunnen we ervan overtuigd zijn dat Jehovah overvloedig in onze behoeften zal voorzien als het Koninkrijk over de hele aarde regeert?

17 Overvloed. Stel je een tijd voor dat er geen armoede, ondervoeding, honger of welzijnszorg meer zal zijn. De geestelijke overvloed die Gods volk in deze tijd heeft, is een garantie dat de Messiaanse Koning zijn onderdanen in elk opzicht zal voeden. Toen Jezus op aarde was, liet hij in het klein zien dat hij zulke beloften kan laten uitkomen, want hij gaf duizenden hongerige mensen te eten met maar een paar broden en vissen (Matth. 14:17, 18; 15:34-36; Mark. 8:19, 20). Als Gods Koninkrijk over de hele aarde regeert, zullen profetieën zoals de volgende letterlijk in vervulling gaan: „Hij zal stellig de regen geven voor uw zaad waarmee gij de grond bezaait, en als de opbrengst van de grond, brood, dat vet en olieachtig moet worden. Uw vee zal op die dag op een uitgestrekte weide grazen” (Jes. 30:23).

18, 19. (a) Wat betekent de profetie in Jesaja 65:20-22 voor jou? (b) Wat betekent het dat onze dagen „als de dagen van een boom” zullen zijn?

18 Veel mensen kunnen zich nauwelijks voorstellen hoe het is om een comfortabel huis en leuk werk te hebben. In deze corrupte wereld moeten velen lang en hard werken. Vaak hebben ze het gevoel dat alleen de rijke en hebberige mensen er beter van worden terwijl zij en hun gezin amper kunnen rondkomen. Stel je eens voor hoe het zal zijn als deze profetie wereldwijd uitkomt: „Zij zullen stellig huizen bouwen en bewonen, en zij zullen stellig wijngaarden planten en hun vrucht eten. Zij zullen niet bouwen en iemand anders het bewonen; zij zullen niet planten en iemand anders ervan eten. Want als de dagen van een boom zullen de dagen van mijn volk zijn, en het werk van hun eigen handen zullen mijn uitverkorenen geheel verbruiken” (Jes. 65:20-22).

19 Wat betekent het dat onze dagen „als de dagen van een boom” zullen zijn? Als je onder een enorme boom staat en erover nadenkt hoe lang die boom al leeft, kan dat je een gevoel van ontzag geven; hij bestond misschien al lang voordat je overgrootouders werden geboren. Als je onvolmaakt zou blijven, zou zo’n boom je waarschijnlijk overleven en zijn lange, vredige bestaan zelfs voortzetten wanneer jij alleen nog in de herinnering verder leeft. Wat liefdevol van Jehovah om ons ervan te verzekeren dat onze eigen dagen in het toekomstige paradijs lang en vredig zullen zijn! (Ps. 37:11, 29) De tijd komt dat zelfs oude bomen net zo voorbijgaand lijken als grassprieten; ze komen en gaan terwijl wij voor altijd blijven leven!

20. Hoe zullen loyale onderdanen van het Koninkrijk een volmaakte gezondheid krijgen?

20 Volmaakte gezondheid. Alles in deze wereld wordt overschaduwd door ziekte en dood. In een bepaald opzicht zijn we allemaal ziek, besmet met een dodelijke ziekte die zonde wordt genoemd. Het enige geneesmiddel is Christus’ loskoopoffer (Rom. 3:23; 6:23). Tijdens de duizendjarige regering zullen Jezus en zijn mederegeerders de voordelen van dat offer volledig aanwenden en trouwe mensen geleidelijk vrijmaken van alle sporen van zonde. Jesaja’s profetie zal in de volste zin uitkomen: „Geen inwoner zal zeggen: ’Ik ben ziek.’ Het volk dat in het land woont, zal vergiffenis van zijn dwaling hebben ontvangen” (Jes. 33:24). Stel je een tijd voor dat niemand blind, doof of kreupel is. (Lees Jesaja 35:5, 6.) Er zal geen enkele ziekte zijn die Jezus niet kan genezen, of die nu fysiek, mentaal of psychisch is. Loyale onderdanen van het Koninkrijk zullen volmaakt gezond zijn!

21. Wat zal er met de dood gebeuren, en waarom vind je die belofte vertroostend?

21 Maar hoe zit het met het gevolg van ziekte en het onvermijdelijke resultaat van zonde — de dood? Dat is onze „laatste vijand”, waar alle onvolmaakte mensen vroeg of laat van verliezen (1 Kor. 15:26). Maar is de dood voor Jehovah ook zo’n intimiderende tegenstander? Jesaja voorzei: „Hij zal werkelijk de dood voor eeuwig verzwelgen, en de Soevereine Heer Jehovah zal stellig de tranen van alle aangezichten wissen” (Jes. 25:8). Zie je die tijd al voor je? Geen uitvaarten, geen begraafplaatsen, geen tranen van verdriet meer. Er zullen juist tranen van vreugde zijn als Jehovah zijn geweldige belofte waarmaakt om de doden weer tot leven te brengen! (Lees Jesaja 26:19.) Eindelijk zullen alle wonden die de dood heeft veroorzaakt genezen worden.

22. Wat zal er gebeuren als het Messiaanse Koninkrijk Gods wil helemaal gerealiseerd heeft op aarde?

22 Aan het eind van de duizend jaar zal het Koninkrijk Gods wil helemaal gerealiseerd hebben op aarde, en Christus zal het bestuur aan zijn Vader overdragen (1 Kor. 15:25-28). De mensheid, die dan volmaakt is, zal klaar zijn voor de laatste beproeving, als Satan uit zijn afgrond van inactiviteit wordt losgelaten. Daarna zal Christus die verachtelijke slang en al zijn aanhangers eindelijk verbrijzelen (Gen. 3:15; Openb. 20:3, 7-10). Maar iedereen die Jehovah trouw is, zal een schitterend vooruitzicht hebben. Dat wordt misschien wel het beste verwoord in de geïnspireerde belofte dat de getrouwen „de glorierijke vrijheid van de kinderen Gods” zullen hebben (Rom. 8:21).

Het Koninkrijk zal al Jehovah’s beloften voor de mensheid en de aarde vervullen

23, 24. (a) Hoe weten we dat Gods beloften uit zullen komen? (b) Wat heb je je voorgenomen?

23 Die beloften zijn geen dingen die we alleen maar hopen, wensen of dromen. Het staat vast dat Jehovah’s beloften zullen uitkomen! Waarom kunnen we dat zeggen? Denk nog eens aan de woorden van Jezus die we in het eerste hoofdstuk hebben besproken. Hij leerde zijn volgelingen tot Jehovah te bidden: „Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, zo ook op aarde” (Matth. 6:9, 10). Gods Koninkrijk is niet het product van iemands verbeelding. Het is een realiteit! Het regeert op dit moment in de hemel. Al een eeuw is in de christelijke gemeente duidelijk te zien dat het Jehovah’s beloften in vervulling laat gaan. We kunnen er dus zeker van zijn dat al Jehovah’s beloften waargemaakt zullen worden wanneer zijn Koninkrijk komt om de volledige macht over de aarde uit te oefenen!

24 We weten dat Gods Koninkrijk zal komen. We weten dat elke belofte van Jehovah zal uitkomen. Hoe weten we dat? Omdat GODS KONINKRIJK REGEERT! Maar vraag je af: regeert het Koninkrijk over mij? Doe alles wat je kunt om nu als trouwe onderdaan van dat Koninkrijk te leven, zodat je voor eeuwig voordeel zult trekken van die volmaakte, rechtvaardige regering!