Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Een reis naar het verleden

Een reis naar het verleden

Een brief uit de Verenigde Staten

Een reis naar het verleden

STEL u eens voor hoe interessant het zou zijn om te kunnen zien hoe uw voorouders leefden. In zekere zin hebben wij zo’n reis naar het verleden gemaakt. We lieten daarvoor Zwitserland achter ons en gingen naar de Verenigde Staten. De meeste mensen denken dat de Verenigde Staten in alle opzichten hypermodern zijn, maar wij gingen tweehonderd jaar terug in de tijd. Hier volgt ons verhaal.

Omdat we Schwyzerdütsch spreken, werden we uitgenodigd om drie maanden in de staat Indiana door te brengen. Ons doel was het goede nieuws van Gods koninkrijk te delen met amishgezinnen die de taal van hun voorouders hebben behouden. Honderden van die gezinnen wonen in Indiana.

De amish zijn afstammelingen van een groep wederdopers uit de zeventiende eeuw. Hun naam is afgeleid van hun leider, Jakob Amman, die in Zwitserland woonde. Door hun studie van de Bijbel gingen die godvrezende mensen beseffen dat kinderdoop en militaire dienst verkeerd waren. Vanwege hun standpunt werden ze door de regering vervolgd. Enkelen hebben het zelfs met hun leven moeten bekopen. De vervolging bleef maar toenemen, en sommigen werden gedwongen naar andere delen van Zwitserland en naar Frankrijk te vluchten. Tegen het midden van de negentiende eeuw waren duizenden naar de Verenigde Staten gevlucht. Ze namen hun cultuur en hun taal mee.

Toen we deze zachtaardige mensen bezochten, waren ze stomverbaasd ons aan de deur te zien staan en ons in hun taal te horen spreken! Het gesprek ging ongeveer als volgt.

„Hoe komt het dat u net als wij praat?”, vragen ze in het Schwyzerdütsch.

„Omdat we uit Zwitserland komen”, antwoorden we.

„Maar jullie zijn geen amish!” Ze snappen er niets van.

Heel wat mensen nodigen ons binnen, en we vangen een glimp op van een leefstijl die tot het verre verleden lijkt te behoren. In plaats van gloeilampen hebben ze olielampen; in plaats van auto’s, paard en wagen; in plaats van stromend water, een put en een windmolen; in plaats van radio’s, gezang.

We zijn vooral onder de indruk van de nederigheid en bescheidenheid van de mensen die we bezoeken. Veel amish hebben de gewoonte om elke dag in de Bijbel te lezen, en ze praten graag met elkaar over Gods Woord. Dat geeft ons de gelegenheid gesprekken te voeren over Gods voornemen met de mensheid en de aarde.

Al gauw wordt bekend dat er bezoekers uit Zwitserland zijn. Velen vragen of we hun familie willen bezoeken, wat we graag doen. Wanneer we uitgenodigd worden om een amishschool te bezoeken, worden we helemaal enthousiast. Wat kunnen we verwachten?

We kloppen aan bij de school. De leraar doet open en nodigt ons onmiddellijk het klaslokaal binnen, waar 38 paar nieuwsgierige ogen op ons, de vier bezoekers, gericht zijn. Acht klassen zitten samen in één klaslokaal. De leeftijd van de leerlingen varieert van zeven tot vijftien jaar. De meisjes zijn allemaal in het blauw en hebben een wit mutsje op; de jongens dragen een zwarte broek en een donkerblauw overhemd. Het lokaal heeft een hoog plafond. Drie muren zijn marineblauw geschilderd, en voor in de klas hangt een schoolbord. We zien ook een wereldbol en wat opgerolde wereldkaarten. In de hoek staat een grote ijzeren kachel.

Als we vooraan plaatsnemen, kijken de kinderen ons heel nieuwsgierig aan. Elke klas wordt naar voren geroepen en ondervraagd over het huiswerk van de dag ervoor. We zijn blij verrast wanneer de leraar de kinderen vragen stelt over een les over de Zwitserse Alpen. De lesboeken zijn tamelijk oud, en de leraar vraagt ons of Zwitserland nog steeds zo is als in zijn boeken beschreven wordt. Gaan de koeien in de zomer nog steeds de alpenweiden in, of ligt er dan nog sneeuw op de bergen? Wanneer we als aanvulling op de zwart-witfoto’s in zijn lesboek onze kleurenfoto’s van sneeuwtoppen laten zien, begint hij te stralen.

De vrouw van de leraar, die hem assisteert, komt met een veelgestelde vraag: „Kunnen jullie jodelen?” Dat kunnen we niet. Maar omdat we weten dat de amish heel goed kunnen zingen en jodelen, vragen we of zij een lied voor ons willen zingen. Dat willen ze wel, en we luisteren geboeid naar dit veertigkoppige koor. Vervolgens stuurt de leraar de kinderen naar buiten voor de pauze.

De vrouw van de leraar vraagt ons nu iets voor hen te zingen. Omdat we enkele volksliederen in het Schwyzerdütsch kennen, gaan we akkoord. Dat nieuws gaat op de speelplaats rond, en alle kinderen zijn in een mum van tijd weer binnen. Daar staan we dan voor de klas, en we proberen zo goed als we kunnen te zingen.

Later worden we uitgenodigd voor de lunch bij een amishgezin dat uit twaalf personen bestaat. Een lange houten tafel wordt vol gezet met lekkere dingen: aardappelpuree, ham, mais, brood, kaas, groenten, gebakjes en andere desserts. Vóór de maaltijd wordt er in stilte gebeden. Terwijl het voedsel wordt rondgegeven, praten we over Zwitserland, het land van hun voorouders, en zij vertellen ons iets over hun leven op de boerderij. De kinderen fluisteren en giechelen de hele tijd. Als iedereen klaar is met eten, wordt er een tweede keer gebeden, en dat is het teken dat de kinderen van tafel mogen — maar niet om te spelen. Iedereen heeft een taak bij het afruimen van de tafel en het afwassen, wat betekent dat ze eerst water moeten pompen en dat moeten verwarmen.

Terwijl de kinderen afwassen, nodigen de ouders ons uit met hen in de woonkamer te gaan zitten. Er is geen bank, maar we gaan in comfortabele houten schommelstoelen zitten. Er wordt een oude Duitse bijbel uit de kast gehaald, en al snel zijn we in een levendig geestelijk gesprek verwikkeld, wat heel gewoon is onder amishgezinnen. Welk doel had Jehovah God met de aarde en de mensheid? Wat bedoelde Jezus toen hij zei dat de zachtmoedigen de aarde zouden beërven? Is het echt Gods bedoeling slechte mensen eeuwig in een brandende hel te kwellen? Wie vervullen Jezus’ gebod om het goede nieuws over de hele bewoonde aarde te prediken? Het geeft ons vreugde al die vragen — en nog veel meer — met geestelijk ingestelde mensen te bespreken aan de hand van hun eigen bijbel.

We kijken nu met plezier terug op onze reis naar het verleden, waarin we zo veel schitterende ervaringen hebben meegemaakt. We hopen en bidden dat deze bezoeken en de gesprekken in het Schwyzerdütsch niet alleen veel deuren maar ook veel harten hebben geopend om nauwkeurige kennis van de waarheid uit Gods Woord, de Bijbel, te ontvangen.