Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

TERUGBLIK OP HET AFGELOPEN JAAR

Bijkantoorinwijdingen

Bijkantoorinwijdingen

Op 20 oktober 2012 werden tot grote vreugde van Jehovah’s Getuigen in Zuid-Korea hun gerenoveerde en nieuwgebouwde bijkantoorfaciliteiten aan Jehovah opgedragen. De gebeurtenis was bijzonder betekenisvol omdat de Getuigen terug konden zien op honderd jaar trouwe dienst. Bovendien had in 2012 het aantal verkondigers voor de eerste keer de 100.000 overschreden. Zo’n 1200 plaatselijke vrijwilligers en 239 internationale dienaren en vrijwilligers uit negen landen hadden een nieuw woongebouw, een drukkerij, audio/videostudio’s en een garage gebouwd. Daarnaast waren de meeste van de bestaande gebouwen totaal gerenoveerd.

Anthony Morris, een lid van het Besturende Lichaam, hield een aanmoedigende inwijdingslezing voor de 3037 aanwezige broeders en zusters. De dag daarop werd er een speciale vergadering gehouden in een grote expositiehal waarmee ruim 1300 gemeenten in Zuid-Korea verbonden waren via internet. In totaal 115.782 Getuigen en belangstellenden genoten van het schitterende programma.

In Liberia zal nog lang aan 9 maart 2013 gedacht worden als een mijlpaal in de geschiedenis van Jehovah’s aanbidders in dat land. Bezoekers uit elf landen kwamen bijeen voor de inwijding van het pas gerenoveerde en vergrote bijkantoor. Iedereen luisterde enthousiast naar de inwijdingstoespraak, die gehouden werd door Guy Pierce, een lid van het Besturende Lichaam. Nadat de planning en de bouw door ruim tien jaar van binnenlandse conflicten waren vertraagd, werd het bijkantoor uitgebreid met een aangrenzend perceel dat vroeger door rebellen gebruikt was als schuilplaats en vluchtelingenkamp. De 51 leden van de Bethelfamilie zijn blij met het 35 kamers tellende woongebouw, het gerenoveerde kantoorgebouw, de nieuwe opslagplaats annex verzendruimte, het nieuwe gebouw met onderhoudswerkplaatsen en de nieuwe keuken en eetzaal.

In Georgië wonen hartelijke, geestelijk ingestelde mensen. Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie was er een bijzondere periode van theocratische groei, gevolgd door een periode van zware vervolging. De tegenstand is grotendeels verdwenen en een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van Jehovah’s Getuigen in Georgië werd bereikt op zaterdag 6 april 2013, toen David Splane van het Besturende Lichaam de inwijdingslezing hield voor een gerenoveerd en vergroot bijkantoorcomplex, een congreshal en een nieuw gebouw voor de School voor Koninkrijkspredikers en de School voor Reizende Opzieners en hun Vrouwen. In totaal 338 gasten uit 24 landen voegden zich bij de ruim 800 Georgische Getuigen voor het inwijdingsprogramma.

Georgië

De dag daarna genoten 15.200 personen van broeder Splane’s speciale lezing, die dankzij een audio/videoverbinding in vergaderplaatsen in heel Georgië te volgen was. Dat internationale evenement was voor velen heel ontroerend. Een jonge broeder zei: „Nu weet ik hoe het in de nieuwe wereld zal zijn.”

Op 29 juni 2013 werd op het Bethelterrein in Yangon, Myanmar, een nieuw kantoorgebouw van drie verdiepingen ingewijd. Guy Pierce van het Besturende Lichaam hield de inwijdingslezing voor een gehoor van 1013 personen, onder wie gasten uit elf andere landen. De groep plaatselijke broeders en zusters die tot taak hadden deze gasten op de internationale luchthaven van Yangon welkom te heten, werd benaderd door een man uit een land waar het werk van Jehovah’s Getuigen verboden is. Hij wees op de borden met „Welcome Jehovah’s Witnesses” die ze bij zich hadden en vroeg: „Heet u getuigen welkom voor een of andere rechtszaak?” „Nee, we heten onze vrienden welkom”, antwoordden ze. „Wie is die Jehovah dan?”, vroeg de man. Onnodig te zeggen dat de broeders en zusters hem een voortreffelijk getuigenis gaven. De dag na het inwijdingsprogramma werd er een speciale vergadering gehouden in het congrescentrum van Myanmar, waar broeder Pierce sprak over het onderwerp „Dien Jehovah met een verstandig hart”. Het programma had een telefonische verbinding met zes andere over Myanmar verspreide locaties, zodat in totaal 2963 personen naar de interessante informatie konden luisteren. Een van de buschauffeurs die een groep plaatselijke broeders en zusters naar de speciale vergadering in Yangon reden, merkte op: „Het valt me op dat jullie heel anders zijn dan andere godsdiensten. Jullie zijn welgemanierd, goedgekleed en erg vriendelijk. Ik vervoer al heel wat jaren busgroepen, maar ik heb nog nooit zulke keurige mensen gezien!”

Myanmar: Plaatselijke verkondigers heten gasten welkom die voor de inwijding van het bijkantoor komen

Jehovah’s loyale aanbidders in Moldavië hadden alle reden tot blijdschap op woensdag 3 juli 2013, toen Stephen Lett van het Besturende Lichaam de inwijdingslezing hield voor het pas uitgebreide bijkantoor. Er is een gebouw van drie verdiepingen bijgekomen met een lectuurdepot en tien woonkamers, en een Koninkrijkszaal van twee verdiepingen, die door zeven gemeenten gebruikt wordt. De 33 leden van de Moldavische Bethelfamilie heetten de bezoekers uit Duitsland, Ierland, Nederland, Oekraïne, Roemenië, Rusland en de Verenigde Staten hartelijk welkom. Er waren ook een aantal broeders en zusters aanwezig die Jehovah trouw hadden gediend toen het werk verboden was. Sommigen van hen hadden geholpen bij het kopiëren en distribueren van lectuur. Onder de aanwezigen waren er heel wat die met hun ouders naar Siberië waren gedeporteerd tijdens de verschillende acties tegen Jehovah’s Getuigen in de voormalige Sovjet-Unie. Op zondag hield broeder Lett een bezielende lezing die in het Roemeens en het Russisch werd vertaald voor een gehoor van 14.705 personen, de grootste bijeenkomst van Jehovah’s Getuigen die ooit in Moldavië gehouden is.

Blijf bidden en geef het niet op

Jezus beklemtoonde dat we moeten ’bidden en het niet op moeten geven’ (Luk. 18:1). Als we ons uiten in gebed, versterken we onze hoop. Laten we dus ’bidden zonder ophouden’ en ’aanhouden in het gebed’ (1 Thess. 5:17; Rom. 12:12). Dan kunnen we de hoop koesteren dat ’de God van vrede ons zal toerusten met al het goede om zijn wil te doen, en dat hij door bemiddeling van Jezus Christus datgene in ons zal verrichten wat welgevallig is in zijn ogen’ (Hebr. 13:20, 21).