Exodus 25:1-40

  • Bijdragen voor tabernakel (1-9)

  • De ark (10-22)

  • De tafel (23-30)

  • De lampenstandaard (31-40)

25  Toen zei Jehovah tegen Mozes:  ‘Zeg tegen de Israëlieten dat ze mij een bijdrage geven. Neem de bijdrage in ontvangst van iedereen die vanuit zijn hart wil geven.+  Dit is de bijdrage die jullie van hen moeten aannemen: goud,+ zilver,+ koper,+  blauw draad, purperen* wol, scharlakenrood* draad, fijn linnen, geitenhaar,  roodgeverfde ramsvellen, robbenvellen, acaciahout,+  lampolie,+ balsem voor de zalfolie+ en voor de geurige wierook,+  en onyxstenen en andere stenen om de efod*+ en de borsttas+ mee in te zetten.  Ze moeten voor mij een heiligdom maken, en ik zal bij hen wonen.+  Jullie moeten de tabernakel en alle bijbehorende voorwerpen precies maken naar het voorbeeld* dat ik je laat zien.+ 10  Ze moeten een ark* van acaciahout maken, tweeënhalve el* lang, anderhalve el breed en anderhalve el hoog.+ 11  Bekleed de ark vervolgens vanbinnen en vanbuiten met zuiver goud+ en maak er een gouden lijst* omheen.+ 12  Giet vier gouden ringen en bevestig die boven de vier poten: twee ringen aan de ene kant en twee ringen aan de andere kant. 13  Maak draagstokken van acaciahout en bekleed ze met goud.+ 14  Steek de stokken door de ringen aan beide kanten van de ark: daarmee moet de ark gedragen worden. 15  De draagstokken moeten in de ringen van de ark blijven. Ze mogen er niet uit gehaald worden.+ 16  In de ark moet je de getuigenis* leggen, die ik je zal geven.+ 17  Je moet een deksel maken van zuiver goud, tweeënhalve el lang en anderhalve el breed.+ 18  Maak twee cherubs van goud. Je moet ze maken van gedreven goud, op beide uiteinden van het deksel.+ 19  Maak de cherubs op beide uiteinden, één op elk uiteinde van het deksel. 20  De twee vleugels van de cherubs moeten naar boven uitgespreid zijn, zodat ze met hun vleugels het deksel overschaduwen,+ en ze moeten tegenover elkaar staan. De gezichten van de cherubs moeten naar het deksel gekeerd zijn. 21  Leg het deksel+ op de ark, en in de ark moet je de getuigenis leggen, die ik je zal geven. 22  Daar, boven het deksel, zal ik aan je verschijnen en met je spreken.+ Tussen de twee cherubs die op de ark van de getuigenis zijn, zal ik alle geboden aan je bekendmaken die je aan de Israëlieten moet doorgeven. 23  Maak ook een tafel+ van acaciahout, twee el lang, één el breed en anderhalve el hoog.+ 24  Bekleed die met zuiver goud en maak er een gouden lijst omheen. 25  Maak er een rand van een handbreedte* omheen en voorzie die van een gouden lijst. 26  Je moet er vier gouden ringen voor maken en de ringen bevestigen aan de vier hoeken, waar de vier poten vastzitten. 27  De ringen moeten dicht bij de rand zitten; het zijn de houders voor de stokken waarmee de tafel gedragen wordt. 28  Maak de draagstokken van acaciahout en bekleed ze met goud. Hiermee moet de tafel gedragen worden. 29  Maak ook de bijbehorende schotels en bekers en de kannen en schalen waarmee drankoffers uitgegoten zullen worden. Je moet ze van zuiver goud maken.+ 30  Op de tafel, vóór mij, moet je steeds het toonbrood leggen.+ 31  Maak een lampenstandaard+ van zuiver goud. De lampenstandaard moet van gedreven goud zijn en uit één stuk gemaakt worden: de voet, de schacht, de armen, de kelken, de knoppen en de bloesems.+ 32  De schacht van de lampenstandaard moet zes zijarmen hebben: drie armen aan de ene kant en drie armen aan de andere kant. 33  De armen aan de ene kant moeten elk drie kelken in de vorm van amandelbloemen hebben, met telkens een knop en een bloesem. Ook de armen aan de andere kant moeten elk drie kelken in de vorm van amandelbloemen hebben, met telkens een knop en een bloesem. Zo moeten de zes armen aan de schacht van de lampenstandaard eruitzien. 34  Op de schacht van de lampenstandaard zitten vier kelken in de vorm van amandelbloemen, met telkens een knop en een bloesem. 35  Er moet een knop zitten onder de eerste twee zijarmen aan de schacht, onder de volgende twee armen en ook onder de laatste twee armen. Zo moet gedaan worden met de zes armen aan de schacht. 36  De knoppen, de armen en de hele lampenstandaard moeten uit één stuk zuiver, gedreven goud bestaan.+ 37  Je moet er zeven lampen voor maken, en als de lampen worden aangestoken, zullen ze schijnen op de ruimte ervóór.+ 38  Ook de snuiters* en de vuurpannen moeten van zuiver goud zijn.+ 39  De lampenstandaard en de bijbehorende voorwerpen moeten gemaakt worden van een talent* zuiver goud. 40  Houd je bij het maken ervan aan het voorbeeld* dat je op de berg is getoond.+

Voetnoten

Of ‘roodpurpergeverfde’.
Of ‘karmozijnen’.
Of ‘ontwerp’.
Of ‘kist’.
Een el was 44,5 cm. Zie App. B14.
Of ‘sierlijst’.
Ongeveer 7,4 cm. Zie App. B14.
Of ‘tangen’. Zie Woordenlijst.
Een talent woog 34,2 kg. Zie App. B14.
Of ‘ontwerp’.