Spreuken 24:1-34
24 Wees niet jaloers* op slechte mensenen verlang niet naar hun gezelschap.+
2 Want hun hart mediteert over gewelden hun lippen spreken over ellende.
3 Door wijsheid wordt een huis* opgebouwd+en door inzicht wordt het stabiel.
4 Door kennis worden de kamers gevuldmet allerlei mooie en kostbare schatten.+
5 Een wijze man is sterk+en door kennis krijgt een man meer kracht.
6 Voer je oorlog met deskundige leiding,*+met veel raadgevers behaal je de overwinning.*+
7 Ware wijsheid is onbereikbaar voor een dwaas.+
In de stadspoort heeft hij niets te zeggen.
8 Iedereen die kwaad in de zin heeft,wordt een meester in listige plannen genoemd.+
9 Wat de dwaas verzint* is zondigen mensen walgen van een spotter.+
10 Als je de moed laat zakken op de dag van ellende,*zul je weinig kracht hebben.
11 Red hen die worden weggevoerd naar de dooden houd hen tegen die naar de slachting wankelen.+
12 Als je zegt: ‘Maar we wisten er niets van’,zal hij die de harten* onderzoekt het dan niet merken?+
Hij die je* in het oog houdt, weet heten zal elk mens vergelden naar zijn daden.+
13 Mijn zoon, eet honing, want dat is goed.
Raathoning smaakt zoet.
14 Besef ook dat wijsheid goed voor je* is.+
Als je die vindt zul je een toekomst hebbenen zal je hoop niet verdwijnen.+
15 Wees niet zo slecht een hinderlaag te leggen bij het huis van de rechtvaardige.
Vernietig zijn verblijfplaats niet.
16 De rechtvaardige kan zeven keer vallen en hij zal weer opstaan,+maar de goddelozen zullen door rampspoed tot struikelen worden gebracht.+
17 Als je vijand valt, wees dan niet blij,en als hij struikelt, laat je hart dan geen vreugde voelen.+
18 Anders zal Jehovah toekijken en het afkeurenen Hij zal zijn woede van hem* afkeren.+
19 Wind je niet op* over slechte mensen.
Wees niet jaloers* op boosdoeners,
20 want er is geen toekomst voor wie slecht is.+
De lamp van slechte mensen wordt uitgedoofd.+
21 Mijn zoon, heb ontzag voor Jehovah en voor de koning+en laat je niet in met opstandige mensen.*+
22 Want plotseling zal hun ongeluk komen.+
Wie weet wat voor ondergang beiden* over hen zullen brengen?+
23 Ook deze woorden zijn van de wijzen:partijdig oordelen is niet goed.+
24 Wie tegen de slechte zegt: ‘Je bent rechtvaardig’,+wordt door de volken vervloekt en door de naties veroordeeld.
25 Maar het zal goed gaan met wie hem terechtwijzen.+
Ze zullen gezegend worden met goede dingen.+
26 Mensen zullen de lippen kussen van iemand die een eerlijk antwoord geeft.*+
27 Regel eerst je werk buiten en maak alles klaar op het land.
Bouw daarna je huis.*
28 Getuig niet tegen je naaste zonder enige grond.+
Gebruik je lippen niet om anderen te bedriegen.+
29 Zeg niet: ‘Wat hij mij heeft aangedaan doe ik hem aan.
Ik zet het hem betaald.’+
30 Ik kwam langs het veld van een luiaard,+langs de wijngaard van iemand zonder verstand.*
31 Ik zag dat het overwoekerd was met onkruid.
De grond was bedekt met netelsen de stenen muur lag in puin.+
32 Ik keek ernaar en nam het ter harte,ik zag het en leerde de volgende les:*
33 nog even slapen, nog even sluimeren,nog even de handen over elkaar om te rusten,
34 en armoede zal je overvallen als een rover,gebrek als een gewapend man.+
Voetnoten
^ Of ‘afgunstig’.
^ Of ‘huisgezin’.
^ Of ‘wijze raad’.
^ Of ‘succes’, ‘redding’.
^ Of ‘domme plannen’.
^ Of ‘in moeilijke tijden’.
^ Of ‘motieven’.
^ Of ‘je ziel’.
^ Of ‘zoet voor je ziel’.
^ D.w.z. de vijand.
^ Of ‘betoon je niet verhit’.
^ Of ‘afgunstig’.
^ Of ‘wie voor verandering zijn’.
^ D.w.z. Jehovah en de koning.
^ Of mogelijk ‘een eerlijk antwoord is als een kus’.
^ Of ‘huisgezin’.
^ Lett.: ‘met gebrek aan hart’.
^ Lett.: ‘en aanvaardde de correctie’.