Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Jehovah geeft ons een Redder

Jehovah geeft ons een Redder

Jehovah geeft ons een Redder

29 Het eerste door God gemaakte geestelijke schepsel was als een eerstgeboren zoon voor hem.

God houdt veel van hem en zal hem gebruiken om slechte mensen te vernietigen en gehoorzame mensen te redden. — Johannes 3:16, 36

30 Jehovah zond zijn Zoon naar de aarde om daar als mens geboren te worden. Hij werd Jezus genoemd. Zijn moeder heette Maria. — Lukas 1:30-35

31 Toen Jezus opgroeide, onderwees hij vele goede dingen. Hij leerde dat alleen Jehovah de ware God is. — Markus 12:29, 30

Jezus zei dat wij alleen Jehovah moeten aanbidden. — Mattheüs 4:10; Johannes 4:23, 24

Hij onderwees de mensen ook over Jehovah’s koninkrijk. — Lukas 17:20, 21

32 Jezus genas de zieken en deed vele goede dingen. Hij deed geen slechte dingen. — Handelingen 10:38; 1 Petrus 2:21, 22

Maar hoe zou hij ons van zonde en de dood verlossen?

33 Hij moest een offer aan God brengen om goede mensen te redden. In het verleden gebood God de mensen om dieren voor hun zonden te offeren. — Hebreeën 7:25, 27

34 Jezus offerde geen dieren. Hij gaf zichzelf als een offer voor ons. — Mattheüs 20:28; Hebreeën 10:12

Weet u waarom?