Erech
(E̱rech).
Een van de vier steden die „het begin van [Nimrods] koninkrijk” in het land Sinear vormden (Ge 10:10). Erech is thans nog slechts terug te vinden in een aantal opeengepakte aardheuvels op de plaats die door de Arabieren Warka wordt genoemd en in de oudheid bij de Akkadiërs van Mesopotamië als Uruk bekend was. De ruïnes liggen ongeveer 180 km ten ZO van Babylon aan de westelijke oever van de oude Eufraatbedding (Shatt-ek-Kar), of zo’n 6 km ten O van de huidige loop van die rivier. Men heeft daar een oude zigurrat blootgelegd, alsook vele grafheuvels en doodkisten, die erop schijnen te duiden dat Erech eens een begraafplaats van de Assyrische koningen was.
Tot de volken die door de Assyrische koning Asnappar naar Samaria werden gedeporteerd, behoorden inwoners van Erech („Archevieten”, SV). — Ezr 4:9, 10.