Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Gehazi

Gehazi

(Geha̱zi).

Een bediende van de profeet Elisa.

Toen Elisa wilde weten wat hij voor een gastvrije Sunamitische vrouw kon doen, was het Gehazi die hem erop attent maakte dat zij geen kinderen had en dat haar man oud was. Dientengevolge vertelde Elisa haar dat zij beloond zou worden met een zoon. Jaren later werd deze zoon, die zij inmiddels door een wonder gekregen had, ziek en stierf. Daarop reed de Sunamitische naar Elisa, die zich bij de berg Karmel ophield, en greep zijn voeten vast. Toen Gehazi dit zag, probeerde hij haar weg te duwen, maar werd vermaand haar met rust te laten. Nadat zij uitgesproken was, stuurde Elisa onmiddellijk Gehazi vooruit naar de jongen, terwijl Elisa en de vrouw volgden. Toen zij nog onderweg waren, kwam Gehazi hun tegemoet en berichtte dat ’de jongen niet wakker geworden was’, hoewel hij Elisa’s staf op het gezicht van de jongen had gelegd. Elisa wekte echter kort na zijn aankomst de zoon van de Sunamitische op. — 2Kon 4:12-37.

Later raadde Elisa de Sunamitische en haar huisgezin aan om, wegens een zevenjarige hongersnood die zou komen, elders als vreemdeling te vertoeven. Na de hongersnood keerde zij uit Filistea naar Israël terug en wendde zich tot de koning met het verzoek haar haar huis en haar veld terug te geven. Nu wilde het geval dat juist op dat moment Gehazi de koning aan het vertellen was hoe Elisa de zoon van deze vrouw had opgewekt. Nadat de koning dit uit de mond van de Sunamitische zelf had gehoord, gaf hij bevel haar alles terug te geven, met inbegrip van de hele opbrengst die haar veld tijdens haar afwezigheid had voortgebracht. — 2Kon 8:1-6.

Gehazi werd uiteindelijk het slachtoffer van hebzucht. Dit gebeurde in verband met de genezing van de Syriër Naäman. Hoewel Elisa had geweigerd van Naäman een geschenk voor diens genezing van melaatsheid aan te nemen (2Kon 5:14-16), begeerde Gehazi een geschenk en redeneerde hij dat het alleen maar juist en billijk was om het te krijgen. Daarom rende hij Naäman achterna en vroeg uit naam van Elisa om een talent zilver (een waarde van $6606) en twee wisselklederen, onder het voorwendsel dat dit bestemd was voor twee jonge mannen uit de profetenzonen, die zojuist uit het bergland van Efraïm waren aangekomen. Naäman gaf hem verheugd niet slechts één, maar twee talenten zilver, alsook de twee wisselklederen, en gaf twee van zijn bedienden de opdracht het geschenk voor Gehazi te dragen. In Ofel nam Gehazi de bedienden het geschenk uit handen, zond hen weg en legde het geschenk in zijn huis neer. Daarop verscheen hij met lege handen voor Elisa en ontkende zelfs dat hij weg was geweest, toen Elisa hem vroeg: „Vanwaar zijt gij gekomen, Gehazi?” Als gevolg daarvan werd Gehazi met melaatsheid geslagen. Aldus verloor hij door zijn hebzucht en bedrog het voorrecht nog langer Elisa’s bediende te zijn en bracht bovendien melaatsheid over zichzelf en zijn nageslacht. — 2Kon 5:20-27.