Jimla
(Ji̱mla) [Moge (God) vullen; of: (God) late regeren].
Vader van Michaja, een profeet van Jehovah in de tijd van de koningen Achab en Josafat. — 1Kon 22:8, 9; 2Kr 18:7, 8.
(Ji̱mla) [Moge (God) vullen; of: (God) late regeren].
Vader van Michaja, een profeet van Jehovah in de tijd van de koningen Achab en Josafat. — 1Kon 22:8, 9; 2Kr 18:7, 8.