Kalno
(Ka̱lno).
Een stad die genoemd wordt in de profetie die Jesaja uitte in verband met het gepoch van de Assyriërs over hun veroveringen en de nutteloosheid om te trachten hun macht te weerstaan (Jes 10:5, 9-11). De meeste geleerden beschouwen Kalno als een andere spelling voor Kalne (Am 6:2). Dat Kalno genoemd wordt in verband met Karkemis zou in overeenstemming zijn met de identificatie van Kalne met het Kullani uit de Assyrische teksten, dat tussen Karkemis en Aleppo lag. Kullani werd door Tiglath-Pileser III, een tijdgenoot van koning Menahem van Israël, veroverd.