Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Merg

Merg

In de bijbel heeft dit woord altijd betrekking op beenmerg. Beenmerg is een zacht en vetachtig weefsel dat zich in de holten van de meeste beenderen bevindt. Men onderscheidt rood beenmerg en geel beenmerg. Bij volwassenen zijn de lange pijpbeenderen gevuld met geel beenmerg, dat niet meer actief is en voornamelijk uit vet bestaat, terwijl de platte beenderen van de schedel, de ribben, het borstbeen en het bekken rood beenmerg bevatten, dat actief is. Het rode beenmerg speelt een belangrijke rol bij de bloedvorming. Het produceert de zuurstoftransporterende rode bloedcellen, de belangrijke bloedplaatjes, die de bloedstolling bewerken, en een groot percentage van de witte bloedlichaampjes, die vooral een rol spelen bij de bestrijding van infecties. Als bloedvormend orgaan oefent het beenmerg een directe invloed uit op iemands gezondheid en kracht. Vandaar dat Job (21:24), toen hij het over een goedgevoede, gezonde persoon had, op symbolische wijze over hem sprak als iemand wiens beenmerg „vochtig wordt gehouden”.

Dierlijk beenmerg werd klaarblijkelijk door de Israëlieten als voedsel gebruikt. (Vgl. Mi 3:2, 3.) Daar het rijk aan proteïne, vet en ijzer is, heeft het een zeer hoge voedingswaarde. Symbolisch gezien, bestaat het feestmaal dat Jehovah voor alle volken heeft bereid dan ook op passende wijze uit „schotels rijk aan olie en vol merg”. — Jes 25:6.

In Hebreeën 4:12 wordt „het woord van God” vergeleken met een wapen dat scherper is dan enig tweesnijdend zwaard en dat iemands gedachten en beweegredenen kan blootleggen, doordat het als het ware rechtstreeks doordringt tot het merg, het binnenste gedeelte van de beenderen.