Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Pahath-Moab

Pahath-Moab

(Pa̱hath-Mo̱ab) [Stadhouder van Moab].

Stamvader van een familie in Israël. Indien hij als een functionaris over Moab was aangesteld, zoals zijn naam te kennen schijnt te geven, was dit waarschijnlijk in de tijd dat Moab onder heerschappij van Juda stond. Maar of hij een dergelijke positie heeft bekleed is onzeker, aangezien er in het bijbelse verslag niets over hem persoonlijk wordt gezegd.

De in Ezra en Nehemia genoemde nakomelingen van Pahath-Moab zijn allen uit de tijd na de ballingschap. Sommigen van hen vormden de op een na talrijkste familie die in 537 v.G.T. met Zerubbabel terugkeerde (Ezr 2:1, 2, 6; Ne 7:11). Vergezeld van nog meer nakomelingen van Pahath-Moab keerde Ezra in 468 v.G.T. terug. Intussen hadden sommigen van de eerste groep (of hun nakomelingen) buitenlandse vrouwen genomen, maar zij reageerden gunstig op Ezra’s aansporing hen weg te zenden (Ezr 8:1, 4; 10:30, 44). Tot dezelfde familie behoorde ook Hassub, die Nehemia hielp bij het herstellen van Jeruzalems muur, en een andere nakomeling of vertegenwoordiger van deze familie bekrachtigde met zijn zegel de overeenkomst van trouw die kort daarna werd gesloten. — Ne 3:11; 9:38; 10:1, 14.