Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Zenas

Zenas

(Ze̱nas).

Een bekende van Paulus over wie de apostel tot Titus zei: „Voorzie Zenas . . . en Apollos zorgvuldig van het nodige voor hun reis” (Tit 3:13). Destijds bevond Zenas zich kennelijk op het eiland Kreta, maar waar hij en Apollos naar toe gingen — hetzij naar Nikopolis, waar Paulus hoopte Titus te ontmoeten (Tit 3:12), of naar een andere plaats — wordt niet gezegd. Paulus zegt dat Zenas ’goed onderlegd was in de Mozaïsche wet’, hetgeen kan betekenen dat hij hetzij een jood of een joodse proseliet was die tot het christendom was bekeerd. Zijn Griekse naam schijnt voor de laatste conclusie te pleiten, maar dit is geenszins doorslaggevend, want in de 1ste eeuw G.T. was het niet ongewoon dat joden een Griekse of Romeinse naam hadden. Voorbeelden hiervan zijn onder andere Justus, Dorkas en Markus. — Han 1:23; 9:36; 12:25.