Jehovah’s getuigen gaan voorwaarts

Nadat wij het bericht over de geschiedenis van Jehovah’s getuigen in de tegenwoordige tijd hebben gelezen, moeten wij beslist aan de woorden denken die Paulus aan Timótheüs schreef: „Juist om die reden herinner ik u eraan de gave van God die in u is door de oplegging van mijn handen, als een vuur aan te wakkeren. Want God heeft ons niet een geest van lafhartigheid gegeven, maar van kracht en van liefde en van gezond verstand. Schaam u daarom niet voor het getuigenis over onze Heer, noch voor mij, een gevangene om zijnentwil, maar draag uw deel in het lijden van kwaad voor het goede nieuws overeenkomstig de kracht van God” (2 Tim. 1:6-8). Die woorden stroken ook met onze huidige omstandigheden. Jehovah’s getuigen hebben zich stellig niet lafhartig betoond, maar hebben veeleer blijk gegeven van kracht en liefde en een gezond verstand. Zij hebben hard gewerkt en kwaad geleden ter wille van het „goede nieuws”! Jehovah’s getuigen zullen niet terugdeinzen, maar zullen vol ijver voorwaarts gaan in dit weergaloze expansiewerk.

Er zijn miljoenen mensen van alle natiën die de ijver van Jehovah’s getuigen gadeslaan, en op woensdagavond, 29 maart 1972, kwamen er 3.662.407 personen naar de Koninkrijkszalen van Jehovah’s getuigen om de herdenking van de dood van Christus Jezus bij te wonen. Zij hebben waardering voor wat hij voor de mensheid heeft gedaan. Van dit aantal waren er 1.658.990 getuigen van Jehovah, die in de afgelopen jaren allen een aandeel hebben gehad aan de bekendmaking van het goede nieuws, en met bijna evenveel mensen werden er privé-huisbijbelstudies geleid opdat zij zich erop konden voorbereiden de onverdiende goedheid van God  door bemiddeling van zijn Zoon Jezus Christus te aanvaarden. Zult u hen, nu zij begonnen zijn geestelijke vooruitgang te maken, helpen op de juiste weg te blijven? In de loop van het jaar hebben de 28.407 gemeenten van Jehovah’s getuigen ruim een miljoen openbare lezingen, ofte wel bijbelse toespraken, gehouden om al deze ruim 3 1/2 miljoen mensen te helpen. Ook is het werkelijk geweldig dat 13.995 speciale pioniers en zendelingen, alsmede 78.031 gewone pioniers en de vele honderdduizenden gemeenteverkondigers degenen die nieuw in de waarheid zijn helpen Gods Woord te leren kennen en vervolgens een aandeel te hebben aan de bekendmaking van het goede nieuws van Gods koninkrijk. Terzelfder tijd hebben kring- en districtsopzieners de gemeenten een uitstekende dienst bewezen door geestelijke dingen mee te delen, die wij allen nodig hebben. Bovendien zijn de kringvergaderingen en de districtsvergaderingen voor Gods volk overal een wonderbaarlijke troost gebleken. Alles bij elkaar zijn er voortreffelijke krachtsinspanningen gedaan om „het goede nieuws overeenkomstig de kracht van God” te prediken.

Het Wachttorengenootschap is ook zeer dankbaar dat er van harte zo vrijgevig geld is geschonken om ertoe bij te dragen dat de zendelingen in hun buitenlandse toewijzing kunnen blijven en de speciale pioniers hun werk kunnen voortzetten en ook de onkosten van de kring- en districtsopzieners voor hun reizen naar de gemeenten betaald kunnen worden. Alleen al aan speciale pioniers, kring- en districtsopzieners is ruim 22 miljoen gulden besteed. Wij stellen de bijdragen die onze broeders en zusters hebben gegeven, zeer op prijs. Deze bijdragen hebben ook meegeholpen aan het grote expansiewerk dat het Wachttorengenootschap verricht door nieuwe drukkerijen te bouwen en ze met machines uit te rusten om het goede nieuws van Gods koninkrijk te drukken.

 De leden van de Bethelfamilie verheugen zich ten volle in hun voorrechten op de bijkantoren en bieden zich vrijwillig aan om huiswerk, bureauwerk en koken te leren, in wasserijen te werken, regelzetmachines, gietapparaten voor drukplaten en drukpersen te bedienen, boeken te binden en ze naar alle delen van de wereld te verzenden. In 95 bijkantoren verrichten zij met elkaar een enorme taak. Te zamen willen Jehovah’s getuigen, waar zij zich ook bevinden, hun opdracht om de wil van God te doen nakomen, in welke hoedanigheid dit ook van hen wordt gevraagd.

Ruim dertig jaar geleden, in januari 1942, eindigde broeder Rutherford zijn aardse dienst en moesten er veranderingen worden aangebracht in de bestuurders van de Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania en andere corporaties waarvan Jehovah’s getuigen zich bedienden. Degenen die overbleven van het besturende lichaam van Jehovah’s getuigen waren niet verslagen, maar gingen getrouw voort, waarbij zij Jehovah’s wil zochten, en het is heel duidelijk dat Jehovah de „getrouwe en beleidvolle slaaf”-klasse door zijn heilige geest heeft geleid en het zichtbare besturende lichaam tot op deze dag heeft gezegend.

Een van de eerste dingen waartoe het besturende lichaam in 1942 besloot, was de invoering van de theocratische bedieningsschool in het Bethelhuis, wat ertoe leidde dat deze school het jaar daarop in alle gemeenten van Jehovah’s getuigen werd doorgevoerd. Toen richtte het Genootschap in 1943 de Wachttoren-Bijbelschool Gilead op om zendelingen op te leiden en tot de einden der aarde uit te zenden. In 1942 waren er over de gehele aarde vijfentwintig bijkantoren van het Genootschap en werd het goede nieuws van het Koninkrijk in vierenvijftig landen gepredikt. Nu, na ruim dertig jaar onder leiding van Christus Jezus werkzaam te zijn geweest, heeft het Genootschap vijfennegentig bijkantoren opgericht  en heeft het werk van het bekendmaken van het goede nieuws van het Koninkrijk zich tot 208 verschillende landen en eilanden van de wereldzeeën uitgebreid.

De afgelopen dertig jaar (tot en met 1971) is het een vreugde voor het besturende lichaam van Jehovah’s getuigen geweest om meer dan zestig gebonden boeken, waaronder dertig jaarboeken, samen te stellen en ervoor te zorgen dat er 230.530.314 bijbels en bijbelstudiehulpmiddelen vervaardigd konden worden. Gedurende dezelfde periode werden er ook 532.179.367 brochures, van zowel 32 als 64 bladzijden, vervaardigd. Deze zijn over de gehele aarde in meer dan 160 talen intensief bij huisbijbelstudies gebruikt. Gedurende de afgelopen dertig jaar werden er 2.206.704.870 exemplaren van De Wachttoren en 1.973.204.860 exemplaren van het tijdschrift Ontwaakt! gedrukt en verspreid. Met andere woorden: „De organisatie van Jehovah’s getuigen over de gehele wereld heeft er in slechts dertig jaar voor gezorgd dat er 4.942.619.411 publikaties werden gedrukt, die in het evangelisatiewerk van Jehovah’s getuigen gebruikt konden worden.

Het besturende lichaam van Jehovah’s getuigen gaat ermee voort niet alleen voor het overblijfsel van de „getrouwe en beleidvolle slaaf”-klasse, maar ook voor een grote schare mensen die vóór Jehovah’s troon staat, geestelijk voedsel te verschaffen.

Nu kijken wij met grote verwachting uit naar een nieuw jaar, terwijl wij Jehovah God dankbaar zijn voor de kracht die wij bezitten en verheugd zijn dat ons nog wat tijd ter beschikking staat om dit goede nieuws bekend te maken voordat het einde komt. Hoe wonderbaarlijk is het om als Jehovah’s christelijke getuigen deze toewijzing te beschouwen in verband met Petrus’ woorden: „Ofschoon gij hem nimmer hebt gezien, hebt gij hem lief. Ofschoon gij hem op het ogenblik niet aanschouwt,  oefent gij toch geloof in hem en verheugt gij u ten zeerste met een onuitsprekelijke en verheerlijkte vreugde, daar gij het einddoel van uw geloof ontvangt, de redding van uw ziel” (1 Petr. 1:8, 9). Petrus sprak weliswaar tot de gezalfden, maar stellig voelen de leden van de grote schare opgedragen christelijke getuigen van Jehovah, die vóór Zijn troon staan, zich net zo als de gezalfden. Ook zij hebben de Zoon van God, Jezus Christus, werkelijk lief, en door liefde voor hem te tonen, tonen zij intense liefde voor de Vader, Jehovah. Daarom zijn zij allen te zamen vastbesloten in de komende tijd steeds Jehovah’s christelijke getuigen te zijn om alles te doen wat er gedaan moet worden ten einde een nog groter getuigenis te geven, tot eer en heerlijkheid van Jehovah’s naam.

Bij het inzenden van hun jaarberichten hebben de bijkantooropzieners over de gehele wereld gevraagd de liefde van de broeders in hun gebied over te brengen aan al hun medewerkers over de gehele wereld, en dit kan het beste worden gedaan door middel van deze boodschap van groeten aan al Jehovah’s getrouwe dienstknechten. Deze hartelijke christelijke liefde wordt in alle christelijke gemeenten aangetroffen. Na het lezen van dit Jaarboek kunnen wij allen de eenheid van Jehovah’s christelijke getuigen over de gehele wereld voelen. Zij zullen ermee voortgaan een machtige roep te laten weerklinken en te zamen zullen zij „onder de natiën [zeggen]: ’Jehovah zelf is koning geworden.’” — Ps. 96:10.

Jullie mededienaar,

N. H. Knorr, President

Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania