De geschiedenis van Jehovah’s getuigen in deze tijd
De geschiedenis van Jehovah’s getuigen in deze tijd
Toen Jezus Christus, de Zoon van God, negentienhonderd jaar geleden op aarde was, begon hij zaad te zaaien. In een gelijkenis vergeleek Jezus zich met een zaaier die voortreffelijk zaad op zijn veld zaaide, waar later een vijand onkruid tussen het goede zaad zaaide. In plaats van het risico te lopen te zamen met het onkruid de tarwe uit te trekken, liet hij beide opgroeien tot de oogst wanneer het verschil tussen beide onmiskenbaar duidelijk zou zijn.
Jezus verklaarde dat het onkruid de zonen van de goddeloze waren; de tarwe daarentegen de zonen van het koninkrijk. Mensen die geen onderscheidingsvermogen hadden, zouden dit onkruid, de schijnchristenen, voor tarwe houden. En zo zijn in de loop der eeuwen de tarwe en het onkruid samen opgegroeid. In de oogsttijd, aan „het besluit van het samenstel van dingen”, zouden de oogsters, engelen, het onkruid verzamelen en vernietigen. De met tarwe te vergelijken klasse van christenen zou echter zo helder schijnen als de zon in het koninkrijk van hun Vader (Matth. 13:24-30, 36-43). Daarom heeft er zich zoals het Jaarboek toont, een groot aantal andere mensen over de gehele wereld bij hen aangesloten om Jehovah te verheerlijken en Zijn koninkrijk als de enige hoop voor de mensheid bekend te maken.
Op Pinksteren in 33 G.T. verscheen de tarweklasse en nam daarna in aantal toe (Hand. 2:1, 41, 47; 4:4). In heel Israël werden christelijke gemeenten opgericht en later zelfs in de gehele toenmaals bekende wereld. Zoals voorzegd, slaagde de Duivel er echter in onkruid op het tarweveld te zaaien. Tegen de vierde eeuw G.T. hadden Babylonische religieuze denkbeelden en Griekse filosofie hun stempel op belijdende christenen gedrukt. De afval van het ware christendom was tot volle bloei gekomen en het onkruid (de schijnchristenen) begon te woekeren. De protestantse Reformatie, die in werkelijkheid slechts een rebellie tegen de katholieke Kerk was, leidde tot de vorming van vele sekten, die diep in religieuze dwaling verstrikt waren. Ondanks de afval waren er echter tijdens alle eeuwen van geestelijke duisternis met tarwe te vergelijken mensen te bekennen.
Toen het besluit van het samenstel van dingen naderbij kwam, ondernam de Allerhoogste God stappen om de tarwe duidelijker naar voren te doen treden. Op Gods bebouwde akkerveld voltrokken zich zeer interessante dingen. Dit bleek vooral zo te zijn tijdens de tweede helft van de negentiende eeuw in één bepaald gebied van dit wereldomvattende veld. Wat destijds plaatsvond, maakt deel uit van de moderne geschiedenis van Jehovah’s christelijke getuigen. Die geschiedenis, die meer dan honderd jaar beslaat, wordt op zeer interessante wijze onder onze aandacht gebracht wanneer wij de activiteit van Jehovah’s getuigen in de Verenigde Staten van Amerika beschouwen.