Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Ons ontzagwekkende universum

Ons ontzagwekkende universum

Hoofdstuk 9

Ons ontzagwekkende universum

1, 2. (a) Hoe kunnen de stoffelijke hemelen worden beschreven? (b) Welke vragen stellen mensen die dieper nadenken, en waarbij zal men door de antwoorden geholpen worden?

REEDS duizenden jaren kijken mensen met bewondering naar de sterrenhemel. Op een heldere nacht steken de prachtige sterren als flonkerende juwelen af tegen de donkere ruimte. Een maanverlichte nacht baadt de aarde in een geheel eigen schoonheid.

2 Degenen die nadenken over wat zij zien, vragen zich vaak af: ’Wat is er nu eigenlijk in de ruimte? Hoe is het georganiseerd? Kunnen we erachter komen hoe het allemaal ontstaan is?’ Antwoorden op deze vragen zouden ongetwijfeld een hulp vormen om nauwkeuriger vast te stellen waarom de aarde, met de mensen en andere levensvormen erop, tot bestaan is gekomen en wat de toekomst voor ons in petto heeft.

3. Wat is één resultaat van de toenemende kennis omtrent het universum?

3 Vele eeuwen geleden dacht men dat het universum uit de paar duizend sterren bestond die men met het blote oog kon zien. Maar nu men met krachtige instrumenten de hemel kan afspeuren, weten geleerden dat er veel en veel meer is. Ja, wat men heeft waargenomen, is veel ontzagwekkender dan iemand zich ooit had voorgesteld. De menselijke geest staat versteld van de onmetelijkheid en de ingewikkeldheid van dat alles. In het tijdschrift National Geographic werd dan ook gezegd dat hetgeen de mens thans over het universum te weten komt, hem ’verbluft heeft doen staan’.1

Ontzagwekkende afmetingen

4. Wat ontdekte men in de jaren twintig van deze eeuw?

4 In de afgelopen eeuwen ontdekten astronomen die met de eerste telescopen de hemel afspeurden, enkele wazige, wolkachtige formaties. Zij namen aan dat het nabije gaswolken waren. Maar in de jaren twintig van deze eeuw, toen er grotere, krachtigere telescopen in gebruik kwamen, ontdekte men dat deze „gaswolken” iets veel reusachtigers en belangrijkers waren: sterrenstelsels.

5. (a) Wat is een sterrenstelsel? (b) Wat bevat ons Melkwegstelsel?

5 Een sterrenstelsel is een reusachtige groep sterren die, met gas en ander materiaal, rond een centrale kern draait. Dergelijke stelsels heeft men wel eiland-universums genoemd, want elk op zich is als een universum. Beschouw bijvoorbeeld eens het sterrenstelsel waarin wij ons bevinden en dat het Melkwegstelsel wordt genoemd. Ons zonnestelsel, dat wil zeggen de zon en de aarde en andere planeten met hun manen, vormt een deel van dit sterrenstelsel. Maar het is slechts een heel klein gedeelte ervan, want ons Melkwegstelsel bevat meer dan 100 miljard sterren! Sommige geleerden schatten het aantal op minstens 200 tot 400 miljard. En één wetenschappelijk schrijver zei zelfs: „Er zouden wel vijf tot tien biljoen sterren in het Melkwegstelsel kunnen zijn.”2

6. Hoe groot is de diameter van ons Melkwegstelsel?

6 De diameter van ons Melkwegstelsel is zo enorm groot, dat als u met de snelheid van het licht kon reizen (300.000 kilometer per seconde), het u 100.000 jaar zou kosten om deze afstand af te leggen! Hoeveel kilometer is dat? Wel, aangezien licht ongeveer 9,5 biljoen (9.500.000.000.000) kilometer per jaar aflegt, moet u dit met 100.000 vermenigvuldigen en u heeft het antwoord: de diameter van ons Melkwegstelsel bedraagt bijna een triljoen (dat is 1.000.000.000.000.000.000) kilometer! Men zegt dat de gemiddelde afstand tussen de afzonderlijke sterren ongeveer zes lichtjaren, of ongeveer 57 biljoen kilometer, bedraagt.

7. Welke schattingen zijn er gemaakt ten aanzien van het aantal sterrenstelsels in het universum?

7 Het is voor de menselijke geest welhaast onmogelijk zulke afmetingen en afstanden te bevatten. En toch is ons Melkwegstelsel nog maar het begin van wat zich in de ruimte bevindt! Er is iets dat nog verbluffender is, namelijk het volgende: Er zijn nu zo veel sterrenstelsels ontdekt dat er al is gezegd dat ze „zo algemeen zijn als grassprietjes in een weide”.3 Er zijn ongeveer tien miljard sterrenstelsels in het waarneembare universum! Maar er zijn er nog veel meer buiten het bereik van de hedendaagse telescopen. Sommige astronomen schatten dat er 100 miljard sterrenstelsels in het universum zijn! En elk daarvan kan wel honderden miljarden sterren bevatten!

Clusters van sterrenstelsels

8. Hoe zijn sterrenstelsels gerangschikt?

8 Maar er is nog meer. Deze ontzagwekkende sterrenstelsels zijn niet lukraak in de ruimte verspreid. In plaats daarvan zijn ze gewoonlijk gerangschikt in duidelijk begrensde groepen die clusters worden genoemd, net als druiven aan een tros. Er zijn reeds duizenden van zulke clusters waargenomen en gefotografeerd.

9. Hoe groot is de cluster waarin zich ons Melkwegstelsel bevindt?

9 Sommige clusters bevatten betrekkelijk weinig sterrenstelsels. Onze Melkweg bijvoorbeeld maakt deel uit van een cluster van ongeveer twintig sterrenstelsels. Binnen deze lokale groep is er één „naburig” stelsel dat op een heldere nacht zonder telescoop te zien is. Het is de Andromedanevel, die net als ons eigen Melkwegstelsel spiraalvormig is.

10. (a) Uit hoeveel sterrenstelsels kan een cluster wel bestaan? (b) Hoe groot zijn de afstanden tussen sterrenstelsels, en tussen clusters?

10 Andere clusters bestaan uit vele tientallen, misschien wel honderden of duizenden sterrenstelsels. Van één zo’n cluster wordt aangenomen dat hij wel 10.000 sterrenstelsels bevat! De afstand tussen de sterrenstelsels binnen een cluster kan gemiddeld ongeveer een miljoen lichtjaren bedragen. Maar de afstand van de ene cluster naar de andere kan wel honderdmaal zo groot zijn. En er zijn zelfs aanwijzingen dat de clusters zelf weer zijn gegroepeerd in „superclusters”, net als druiventrossen aan een wijnstok. Wat een kolossale afmetingen en wat een briljante organisatie!

Een soortgelijke organisatie

11. Welke soortgelijke organisatie treffen wij in ons zonnestelsel aan?

11 Wanneer wij ons zo veel kleinere zonnestelsel beschouwen, treffen wij nog een uitstekend georganiseerde rangschikking aan. De zon, die een middelgrote ster is, vormt de „kern” waaromheen de aarde en de andere planeten, met hun manen, nauwkeurige banen beschrijven. Jaar in jaar uit maken ze omwentelingen met zulk een wiskundige zekerheid dat astronomen nauwkeurig kunnen voorspellen waar ze zich op elk willekeurig tijdstip in de toekomst zullen bevinden.

12. Hoe zijn atomen georganiseerd?

12 Wanneer wij de wereld van het oneindig kleine — de atomen — onderzoeken, zien wij dat daar dezelfde precisie bestaat. Een atoom is een wonder van orde, gelijkend op de orde van het zonnestelsel. Het bevat een kern waarin zich deeltjes bevinden die protonen en neutronen worden genoemd, en die kern is omgeven door minuscule eromheen draaiende elektronen. Alle materie is opgebouwd uit deze bouwstenen. Wat de ene stof van de andere doet verschillen, is het aantal protonen en neutronen in de kern, en het aantal en de rangschikking van de elektronen in hun baan rond de kern. Er is hierbij sprake van een schitterende orde, want alle elementen waaruit materie is opgebouwd, kunnen in een nauwkeurige volgorde worden gerangschikt aan de hand van het aantal aanwezige bouwstenen.

Wat schuilt er achter deze organisatie?

13. Waardoor wordt het gehele universum gekenmerkt?

13 Zoals wij hebben opgemerkt, zijn de afmetingen van het universum werkelijk ontzagwekkend. En ontzagwekkend is ook de wonderbaarlijke orde die er heerst. Van het oneindig grote tot het oneindig kleine, van clusters van sterrenstelsels tot atomen, wordt het universum gekenmerkt door een werkelijk uitstekende organisatie. In het tijdschrift Discover werd hierover opgemerkt: „De orde die wij ontdekten, was een verrassing, en onze kosmologen en natuurkundigen vinden nog steeds nieuwe en verbazingwekkende aspecten van de orde. . . . Vroeger zeiden wij dat het een wonder was, en wij permitteren ons nog steeds om het gehele universum een wonder te noemen.”4 Deze ordelijke structuur vindt zelfs haar erkenning in het woord dat in de astronomie gewoonlijk wordt gebruikt om het universum te beschrijven — „kosmos”. In één woordenboek wordt het gedefinieerd als „een ordelijk harmonieus systematisch universum”.5

14. Welke opmerking maakte een vroegere astronaut?

14 De vroegere astronaut John Glenn maakte gewag van „de ordelijkheid van het ganse universum rondom ons”, en hoe de sterrenstelsels „zich allemaal in vaste banen ten opzichte van elkaar bewegen”. Daarom vroeg hij zich af: „Zou dit zomaar ontstaan kunnen zijn? Was het toeval dat al die brokken materie uit zichzelf plotseling deze banen gingen beschrijven?” Hij concludeerde: „Ik kan dat niet geloven. . . . De een of andere Macht heeft dit alles in banen gebracht en houdt het daar.”6

15. Waarop duidt de precisie van ontwerp en organisatie in het universum?

15 Ja, het universum is georganiseerd met een zo grote precisie dat de mens de hemellichamen kan gebruiken als basis voor het bijhouden van de tijd. Maar elk goed ontworpen uurwerk is vanzelfsprekend het produkt van een ordelijke geest met het vermogen te ontwerpen. Alleen een intelligent persoon kan een ordelijke geest bezitten die ontwerpen maakt. Hoe staat het dan met het veel ingewikkelder ontwerp en de veel grotere betrouwbaarheid die uit het gehele universum spreken? Zou dit niet eveneens duiden op een ontwerper, een maker, een geest — intelligentie? En hebt u enige reden om te geloven dat intelligentie los van persoonlijkheid kan bestaan?

16. Tot welke conclusie moeten wij met betrekking tot het universum komen?

16 Wij ontkomen er niet aan: Uitstekende organisatie vereist een uitstekende organisator. Wij hebben nog nooit ervaren dat iets wat georganiseerd is, zomaar, toevallig, ontstaat. Heel onze ervaring in het leven toont veeleer aan dat alles wat georganiseerd is, een organisator moet hebben. Elke machine, computer, elk gebouw, ja zelfs pen en papier, heeft een maker, een organisator. Het is logisch dat de veel ingewikkelder en ontzagwekkender organisatie in het universum ook een organisator moet hebben gehad.

Wetten duiden op een wetgever

17. Welke rol spelen wetten in het universum?

17 Ook wordt het gehele universum, van atomen tot sterrenstelsels, door duidelijk omschreven natuurwetten geregeerd. Er zijn bijvoorbeeld wetten voor warmte, licht, geluid en zwaartekracht. De natuurkundige Stephen W. Hawking zei hierover: „Hoe meer wij het universum onderzoeken, hoe meer wij tot de ontdekking komen dat het verre van willekeurig is maar aan bepaalde scherpomlijnde wetten gehoorzaamt, die voor verschillende terreinen gelden. Het schijnt zeer redelijk te veronderstellen dat er enkele verenigende beginselen zijn, zodat alle wetten een onderdeel vormen van een grotere wet.”7

18. Tot welke conclusie kwam een raketspecialist?

18 De raketspecialist Wernher von Braun ging nog een stap verder toen hij zei: „De natuurwetten van het universum zijn zo nauwkeurig dat wij er geen moeite mee hebben een ruimteschip te bouwen dat naar de maan kan reizen, en dat wij tot op een fractie van een seconde nauwkeurig kunnen bepalen hoe die vlucht zal verlopen. Deze wetten moeten door iemand zijn ingesteld.”8 Geleerden die een raket in een baan rond de aarde of de maan willen brengen, moeten in harmonie met die universele wetten werken als zij in hun opzet willen slagen.

19. Waarop duidt het bestaan van wetten?

19 Wanneer wij aan wetten denken, erkennen wij dat ze van een wetgever of een wetgevende instantie afkomstig zijn. Een verkeersbord waar „Stop” op staat, heeft beslist een persoon of een groep personen achter zich die de wet heeft gemaakt. Hoe staat het dan met de veelomvattende wetten waardoor het stoffelijke universum wordt geregeerd? Zulke briljant ontworpen wetten getuigen beslist van een uiterst intelligente wetgever.

De organisator en wetgever

20. Wat werd in Science News opgemerkt?

20 In verband met al die speciale omstandigheden van orde en wetmatigheid die in het universum zo duidelijk te zien zijn, merkte Science News op: „Het overdenken van deze dingen verontrust de kosmologen, omdat het lijkt alsof zulke bijzondere en precies gedefinieerde omstandigheden nooit toevallig kunnen zijn ontstaan. Eén manier om de kwestie aan te pakken, is te zeggen dat het allemaal het resultaat van ontwerp is en aan Goddelijke Voorzienigheid toegeschreven moet worden.”9

21. Wat zijn sommigen bereid te concluderen?

21 Veel mensen, onder wie ook veel geleerden, zijn niet bereid dat toe te geven. Maar anderen zijn wel bereid datgene te erkennen waarop het bewijsmateriaal blijft duiden — intelligentie. Zij erkennen dat zulke kolossale afmetingen, alsook de precisie en de wetten zoals die in het gehele universum bestaan, nooit door louter toeval kunnen zijn ontstaan. Al deze dingen moeten voortbrengselen zijn van een superieure geest.

22. Hoe werd Degene die het universum deed ontstaan, door een bijbelschrijver geïdentificeerd?

22 Dit is de conclusie waartoe een bijbelschrijver kwam die over de stoffelijke hemelen zei: „Heft uw ogen naar omhoog en ziet. Wie heeft deze dingen geschapen? Het is Degene die het heerleger daarvan zelfs naar het getal uitleidt, ze alle zelfs bij name roept.” „Degene” over wie hier wordt gesproken, wordt geïdentificeerd als „de Schepper van de hemelen en de grootse Uitspanner ervan”. — Jesaja 40:26; 42:5.

Bron van energie

23, 24. Hoe kan materie worden voortgebracht?

23 De bestaande materie wordt door universele wetten geregeerd. Maar waar is alle materie vandaan gekomen? Carl Sagan zegt in zijn boek Cosmos: „Aan het begin van dit heelal waren er geen sterrenstelsels, sterren of planeten, geen leven, geen beschavingen.” Hij noemt de overgang van die toestand naar het huidige universum „de ontzagwekkendste transformatie van materie en energie waarvan we het voorrecht hebben gekregen een glimp op te vangen”.10

24 Dat is de sleutel om het ontstaan van het universum te begrijpen: Er moet een transformatie van energie en materie zijn geweest. Deze relatie werd gestaafd door Einsteins beroemde formule: E=mc2 (energie is gelijk aan massa maal lichtsnelheid in het kwadraat). Eén conclusie die men uit deze formule kan afleiden, is dat materie uit energie kan ontstaan, net zoals enorme energie door materie voortgebracht kan worden. Dit laatste is bewezen door de atoombom. De astrofysicus Josip Kleczek zei dan ook: „De meeste en mogelijk alle elementaire deeltjes kunnen gecreëerd worden door materialisatie van energie.”11

25. Wat is de bron van de ontzagwekkende kracht die nodig is geweest om het universum te scheppen?

25 Er zijn dus wetenschappelijke bewijzen dat een bron van onbegrensde energie zou beschikken over de grondstof om de bestanddelen van het universum te scheppen. De eerder aangehaalde bijbelschrijver merkte op dat deze bron van energie een levende, intelligente persoonlijkheid is, want hij zei: „Vanwege de overvloed van dynamische energie, en omdat hij sterk is in kracht, ontbreekt er niet één [van de hemellichamen] aan.” Vanuit bijbels standpunt bezien, wordt er dus op deze bron van grenzeloze energie gedoeld als er in Genesis 1:1 staat: „In het begin schiep God de hemel en de aarde.”

Geen chaotisch begin

26. Wat erkennen geleerden thans over het algemeen?

26 Thans wordt over het algemeen door geleerden erkend dat het universum inderdaad een begin heeft gehad. Eén belangrijke theorie waarmee men tracht dit begin te beschrijven, is die van de Big Bang, de Oerknal. „Bijna alle recente verhandelingen over het ontstaan van het heelal zijn gebaseerd op de Big Bang theorie”, zo merkt Francis Crick op.12 Jastrow zegt over deze kosmische „explosie”: „Letterlijk genomen was dat het ogenblik waarop de schepping plaatsvond.”13 Maar, zoals de astrofysicus John Gribbin in de New Scientist toegaf, geleerden kunnen dan wel „over het algemeen beweren dat zij zeer gedetailleerd kunnen beschrijven” wat er na dit „ogenblik” gebeurde, datgene waardoor „het moment van schepping” werd veroorzaakt, blijft toch „een mysterie”. En, zo mijmerde hij, „misschien heeft toch God het gemaakt”.14

27. Waarom schiet de Big Bang theorie te kort?

27 De meeste geleerden zijn echter niet bereid dit „moment” aan God toe te schrijven. Daarom wordt meestal gezegd dat de explosie chaotisch was, zoals de explosie van een kernbom. Maar leidt zo’n explosie tot een hogere graad van organisatie? Veroorzaken de bommen die in oorlogstijd op steden vallen het ontstaan van schitterend ontworpen gebouwen, straten en borden met verkeersvoorschriften? Integendeel, zulke explosies veroorzaken vernieling, wanorde, chaos, ontwrichting. En wanneer het een kernbom betreft, dan is de desorganisatie volkomen, zoals de Japanse steden Hirosjima en Nagasaki in 1945 hebben ondervonden.

28. Wat moet men concluderen ten aanzien van de enorme krachten die een rol hebben gespeeld bij het scheppen van het universum?

28 Nee, louter een „explosie” zou niet ons ontzagwekkende universum met zijn verbazingwekkende orde, ontwerp en wetten kunnen creëren. Alleen een machtige organisator en wetgever zou de enorme krachten die hierbij een rol spelen, zo kunnen besturen dat ze tot een grootse organisatie en wetmatigheid leiden. Wetenschappelijke bewijzen en de rede verschaffen derhalve een deugdelijke ondersteuning voor de bijbelse verklaring: „De hemelen maken de heerlijkheid van God bekend; en het uitspansel vertelt het werk van zijn handen.” — Psalm 19:1.

29. Wat wordt door zowel de waarnemingen van de wetenschap als onze eigen waarnemingen bevestigd?

29 De bijbel beantwoordt dus vragen waarmee de evolutietheorie zich maar heel vaag heeft beziggehouden. In plaats van ons in het duister te laten rondtasten ten aanzien van wat er achter de oorsprong van alle dingen schuilt, vertelt de bijbel ons het antwoord eenvoudig en begrijpelijk. Hij bevestigt de waarnemingen van de wetenschap, alsook onze eigen waarnemingen, dat niets uit zichzelf tot bestaan komt. Hoewel wij persoonlijk niet aanwezig waren toen het universum werd geconstrueerd, is het duidelijk dat er een Meesterbouwer aan het werk moet zijn geweest, zoals de bijbel beredeneert: „Natuurlijk wordt elk huis door iemand gebouwd, maar hij die alle dingen heeft gebouwd, is God.” — Hebreeën 3:4.

[Studievragen]

[Inzet op blz. 115]

Wat de mens thans over het universum te weten komt, heeft „hem verbluft doen staan”

[Inzet op blz. 117]

Ons Melkwegstelsel bevat meer dan 100 miljard sterren

[Inzet op blz. 118]

Sterrenstelsels zijn gerangschikt in clusters, net als druiven aan een tros

[Inzet op blz. 122]

Geleerden „vinden nog steeds nieuwe en verbazingwekkende aspecten van de orde”

[Inzet op blz. 123]

Uitstekende organisatie vereist een uitstekende organisator

[Inzet op blz. 123]

Het universum ’gehoorzaamt bepaalde scherpomlijnde wetten’

[Inzet op blz. 125]

„Het lijkt alsof zulke bijzondere en precies gedefinieerde omstandigheden nooit toevallig kunnen zijn ontstaan”

[Paginagrote illustratie op blz. 114]

[Illustratie op blz. 116]

Een karakteristiek spiraalvormig sterrenstelsel

[Illustratie op blz. 116, 117]

Ons zonnestelsel, in het vierkantje hierboven, verdwijnt in het niet vergeleken met ons Melkwegstelsel

[Illustratie op blz. 119]

De Andromedanevel, net zo’n stelsel als ons Melkwegstelsel, vormt slechts een klein onderdeel van het ontzagwekkende universum, waarvan sommigen zeggen dat het ongeveer 100 miljard sterrenstelsels bevat

[Illustraties op blz. 120, 121]

De planeten van ons zonnestelsel beschrijven met grote nauwkeurigheid banen rond de zon

De orde in een atoom lijkt op die van het zonnestelsel

[Illustratie op blz. 122]

Een nauwkeurig lopend uurwerk is het produkt van een intelligente ontwerper. Is de veel grotere precisie in het universum dan niet het produkt van een superieure, intelligente ontwerper?

[Illustratie op blz. 124]

Wil men een raket in een bepaalde baan brengen, dan moet men zich houden aan wetten van beweging en gravitatie. Zulke wetten betekenen dat er een wetgever moet bestaan

[Illustratie op blz. 125]

Verkeersvoorschriften moeten aan iemands geest zijn ontsproten

[Illustraties op blz. 126]

Door de atoombom werd gedemonstreerd dat materie en energie met elkaar in verband staan

Veroorzaken bomexplosies dat gebouwen een hogere graad van organisatie verwerven?

[Illustratie op blz. 127]

„Natuurlijk wordt elk huis door iemand gebouwd, maar hij die alle dingen heeft gebouwd, is God.” — Hebreeën 3:4