Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Waarom zou God lijden toelaten?

Waarom zou God lijden toelaten?

Hoofdstuk 16

Waarom zou God lijden toelaten?

1. Wat is een veelgehoorde reden voor twijfel aan het bestaan van een Schepper?

EEN veelgehoorde reden voor twijfel aan het bestaan van een Schepper is dat er zoveel leed in de wereld is. In de loop der eeuwen is er heel veel wreedheid, bloedvergieten en volslagen goddeloosheid geweest, en dat heeft veel lijden veroorzaakt voor miljoenen onschuldige mensen. Velen vragen zich dan ook af: ’Als er een God is, waarom laat hij dit dan allemaal toe?’ Kan nu de bijbel, die naar wij hebben gezien, in zijn scheppingsverslag het beste met de feiten overeenkomt, ons ook helpen te begrijpen waarom een machtige Schepper gedurende zo lange tijd zoveel lijden zou toelaten?

2. Hoe beschrijft de bijbel de omgeving waarin het eerste mensenpaar werd geplaatst?

2 De eerste hoofdstukken van Genesis verschaffen de achtergrond voor het antwoord op deze vraag. Ze beschrijven de schepping van een wereld zonder lijden. De eerste man en vrouw werden in een paradijselijke omgeving geplaatst, een prachtig, op een tuin gelijkend tehuis, Eden genaamd, en kregen werk te doen dat aangenaam was en een uitdaging vormde. Zij ontvingen de opdracht om de aarde „te bebouwen en er zorg voor te dragen”. Zij hadden ook het toezicht over „de vissen der zee en de vliegende schepselen van de hemel en elk levend schepsel dat zich op de aarde beweegt”. — Genesis 1:28; 2:15.

3. Wat werd Adam en Eva in het vooruitzicht gesteld?

3 Omdat bovendien de eerste mensen geschapen werden met een volmaakt lichaam en een volmaakte geest, kleefde er aan hen geen enkel gebrek. Er bestond dus geen reden waarom zij ooit ziek of oud zouden worden of zouden sterven. In plaats daarvan hadden zij het vooruitzicht op een eindeloze toekomst in een aards paradijs. — Deuteronomium 32:4.

4. Wat was Gods voornemen met betrekking tot de mensen en de aarde zelf?

4 Het eerste mensenpaar kreeg ook de opdracht ’vruchtbaar te zijn en tot velen te worden en de aarde te vullen’. Zij zouden kinderen voortbrengen, de menselijke familie zou groter worden en de grenzen van het paradijs zouden uitgebreid worden zodat het uiteindelijk de gehele aarde zou omvatten. Aldus zou het mensenras één verenigde familie zijn, en alle mensen zouden in volmaakte gezondheid op een paradijsaarde wonen.

De noodzaak Gods bestuur te aanvaarden

5. Waarom moesten de mensen Gods bestuur aanvaarden?

5 Wilde deze harmonie echter van blijvende duur zijn, dan moest het eerste mensenpaar aanvaarden dat hun Schepper het recht bezat om de menselijke aangelegenheden te besturen. Dat wil zeggen, zij moesten zijn soevereiniteit aanvaarden. Waarom? Allereerst omdat het juist was. De maker van iets mag stellig een zekere zeggenschap hebben over datgene wat hij heeft gemaakt. Dit beginsel is al eeuwenlang weerspiegeld in wetten met betrekking tot eigendomsrecht. Bovendien moesten mensen de leiding van hun Maker aanvaarden om de volgende uiterst belangrijke reden: Zij waren niet gemaakt met het vermogen om zichzelf, los van hun Schepper, met succes te besturen, net zo min als zij in leven konden blijven zonder te eten, te drinken en te ademen. De geschiedenis heeft bewezen dat de volgende uitspraak in de bijbel waar is: „Het [is] niet aan de aardse mens . . . zijn weg te bepalen. Het staat niet aan een man die wandelt, zelfs maar zijn schrede te richten” (Jeremia 10:23). Zolang de mensen binnen de richtlijnen bleven die hun Schepper voor hen had vastgesteld, zou hun leven succesvol en gelukkig zijn en geen eind nemen.

6, 7. (a) Wat voor soort van vrijheid verleende God de mensen, en waarom? (b) Welke slechte keuze deden de eerste mensen?

6 Mensen werden ook met een vrije wil geschapen. Zij werden niet gemaakt om als robots te reageren, of gedwongen om bepaalde dingen hoofdzakelijk op grond van instinct te doen, zoals met dieren het geval is. Maar deze vrijheid zou relatief, niet absoluut zijn. Zij moesten deze vrijheid op een verantwoorde wijze gebruiken, binnen de grenzen van Gods wetten, wetten die het gemeenschappelijk welzijn dienden. Merk op hoe de bijbel dit beginsel uiteenzet: „Weest als vrije mensen, en gebruikt toch uw vrijheid niet als een voorwendsel voor zedelijke verdorvenheid maar als slaven van God” (1 Petrus 2:16). Zonder wetten die de menselijke betrekkingen regelen, zou er anarchie zijn. Het zou een nadelige uitwerking hebben op het leven van alle mensen.

7 Relatieve vrijheid is derhalve wenselijk, maar te veel vrijheid niet. Indien u een kind te veel vrijheid geeft, kan dit ertoe leiden dat hij in een drukke straat gaat spelen of zijn handje op een hete kachel legt. Volkomen vrijheid om helemaal zelf al onze beslissingen te nemen zonder de leiding van onze Maker in aanmerking te nemen, kan tot alle mogelijke problemen leiden. Dat was het geval met de eerste mensen. Zij verkozen de hun geschonken vrijheid te misbruiken. Zij namen de verkeerde beslissing zich onafhankelijk te maken van hun Schepper en aldus ’als God te zijn’. Zij meenden dat zij zelf konden bepalen wat juist en wat verkeerd was. — Genesis 3:5.

8. Wat gebeurde er toen Adam en Eva zich aan Gods bestuur onttrokken?

8 Wat er met de eerste mensen gebeurde toen zij zich aan de leiding van hun Schepper onttrokken, is te vergelijken met wat er gebeurt wanneer u de stekker van een ventilator uit het stopcontact trekt. Zolang de ventilator op een krachtbron is aangesloten, draait hij. Maar wanneer de stekker eruit wordt getrokken, gaat de ventilator steeds langzamer draaien en komt uiteindelijk tot stilstand. Iets dergelijks gebeurde toen Adam en Eva zich terugtrokken van hun Schepper, „de bron van het leven” (Psalm 36:9). Aangezien zij opzettelijk verkozen onafhankelijk van hun Maker te zijn, liet hij hen de volledige betekenis van hun keuze ondervinden door hen aan zichzelf over te laten. Een bijbels beginsel luidt: „Indien gij [God] verlaat, zal hij u verlaten” (2 Kronieken 15:2). Zonder de ondersteunende kracht van hun Schepper begonnen hun lichaam en geest geleidelijk af te takelen. Mettertijd werden zij oud en stierven. — Genesis 3:19; 5:5.

9. Hoe heeft de gehele mensheid de uitwerking ondervonden van de slechte keuze van de eerste mensen?

9 Toen Adam en Eva voor onafhankelijkheid van hun Maker kozen, verloren zij hun volmaaktheid. Kinderen hadden zij toen nog niet, maar het gevolg van hun daad was dat de kinderen die zij later kregen, onvolmaaktheid weerspiegelden omdat hun ouders onvolmaakt waren geworden. De eerste mensen werden dus als een gietvorm met gebreken. Alles wat zij voortbrachten, vertoonde eveneens gebreken. Daarom worden wij allemaal onvolmaakt geboren en erven gebreken zoals ouderdom, ziekte en de dood. Deze onvolmaaktheid, gevoegd bij het feit dat de mensen zich van de Schepper en zijn wetten afkeerden, opende de sluizen van menselijke dwaasheid. Daarom is de geschiedenis van de mensheid vervuld met lijden, verdriet, ziekte en de dood. — Psalm 51:5; Romeinen 5:12.

10. (a) Welke opstand vond er in het geestenrijk plaats? (b) Hoe kon zo iets gebeuren?

10 Wil dit zeggen dat goddeloosheid haar oorsprong enkel en alleen bij mensen heeft gevonden? Nee, er is meer bij betrokken. Mensen zijn niet de enige intelligente schepselen. God had reeds talloze geestelijke schepselen in de hemel geschapen (Job 38:4, 7). Ook deze schepselen bezaten een vrije wil en konden kiezen of zij de leiding van hun Schepper zouden aanvaarden. Een van deze geestelijke schepselen verkoos te mijmeren over een verlangen naar onafhankelijkheid. Zijn eerzucht werd zo groot dat ze hem ertoe aanzette Gods autoriteit te betwisten. Hij vertelde Adams vrouw, Eva, dat zij Gods wet konden overtreden en toch, zoals hij haar verzekerde, ’volstrekt niet zouden sterven’ (Genesis 3:4; Jakobus 1:13-15). Zijn woorden gaven bedektelijk te kennen dat zij voor blijvend leven en geluk hun Schepper niet nodig hadden. Hij zei in feite dat zij er in werkelijkheid beter op zouden worden wanneer zij Gods wet overtraden, omdat zij daardoor als God konden zijn. Aldus betwistte hij de deugdelijkheid van Gods wetten en trok hij de wijze waarop God zijn bestuur over hen uitoefende, in twijfel. Ja, hij trok zelfs het recht van hun Schepper om hen te besturen, in twijfel. Vanwege deze verkeerde voorstelling van zaken werd hij Satan genoemd, wat „tegenstrever” betekent, en Duivel, wat „lasteraar” betekent. De afgelopen 6000 jaar heeft deze houding van Satan de mensheid beïnvloed, en haar aangezet tot een politiek van ’heersen of vernielen’. — Lukas 4:2-8; 1 Johannes 5:19; Openbaring 12:9.

11. Waarom heeft God de opstandelingen niet meteen weggevaagd?

11 Maar waarom heeft God deze menselijke en geestelijke wetsovertreders niet meteen vernietigd? Het antwoord is hierin gelegen, dat er ten overstaan van de gehele intelligente schepping diepgaande strijdpunten waren gerezen. Bij een van de strijdpunten waren vragen betrokken zoals: Zou onafhankelijkheid van Gods soevereiniteit ooit blijvende voordelen met zich brengen? Zou Gods leiding beter voor de mensen zijn, of zou ’s mensen eigen leiding beter zijn? Zouden mensen deze wereld met succes onafhankelijk van hun Schepper kunnen besturen? Kortom, hadden mensen Gods leiding werkelijk nodig? De tijd zou moeten uitwijzen wat de antwoorden op deze vragen waren.

Waarom zo lang?

12. Indien God in het begin tussenbeide was gekomen, welke beschuldiging had er dan tegen hem ingebracht kunnen worden?

12 Maar waarom heeft God zo veel tijd — nu al ongeveer 6000 jaar — voorbij laten gaan alvorens deze zaken recht te zetten? Hadden ze niet reeds lang geleden naar tevredenheid rechtgezet kunnen worden? Welnu, indien God lang geleden tussenbeide was gekomen, had men de beschuldiging kunnen uiten dat de mensen niet genoeg tijd hadden gekregen om een bruikbaar bestuur en de noodzakelijke technologie te ontwikkelen om iedereen vrede en voorspoed te schenken. In zijn wijsheid wist God dus dat het tijd zou vergen om de opgeworpen strijdpunten volkomen op te lossen. Hij stond die tijd toe.

13, 14. Wat zijn de gevolgen van onafhankelijkheid van God?

13 In de loop der eeuwen zijn allerlei regeringsvormen, allerlei maatschappelijke stelsels en allerlei economische stelsels uitgeprobeerd. Bovendien hebben de mensen voldoende tijd gekregen om vele technologische vorderingen te maken, zoals bijvoorbeeld het gebruik van atoomenergie en het maken van maanreizen. Met welk resultaat? Heeft dit alles de soort van wereld voortgebracht die een werkelijke zegen voor de gehele menselijke familie is?

14 Verre van dat. Niets dat de mens heeft uitgeprobeerd, heeft ware vrede en waar geluk voor iedereen gebracht. In plaats daarvan zijn de toestanden na al die tijd onstabieler dan ooit. Het ene land na het andere wordt geteisterd door misdaad, oorlog, het uiteenvallen van gezinnen, armoede en honger. Zelfs het voortbestaan van de mensheid is in gevaar. Kernwapens met een ontzagwekkende vernietigende kracht zouden de mensheid grotendeels, zo niet helemaal, kunnen verdelgen. Dus ondanks duizenden jaren van krachtsinspanningen, ondanks vele eeuwen van menselijke ervaring om op voort te bouwen, ondanks het bereiken van nieuwe hoogtepunten in technologische vooruitgang, worstelt de mensheid nog steeds zonder succes met haar meest fundamentele problemen.

15. Wat is er als gevolg van ’s mensen opstand met de aarde gebeurd?

15 Ook de aarde zelf is er niet zonder schade afgekomen. Uit hebzucht en achteloosheid heeft de mens bepaalde gebieden in woestijnen veranderd, doordat hij beschermende wouden heeft omgekapt. Chemicaliën en andere afvalprodukten hebben het land, de zee en de lucht vervuild. De beschrijving die de bijbel 2000 jaar geleden gaf van de omstandigheden waarin het leven op aarde zich toen al bevond, namelijk dat „de gehele schepping tot nu toe voortdurend te zamen zucht en te zamen pijn lijdt”, geldt thans in nog sterkere mate. — Romeinen 8:22.

Wat is er bewezen?

16, 17. Wat is er bewezen nu er zoveel tijd is verstreken?

16 Wat hebben de gebeurtenissen gedurende al die tijd zonder enige twijfel bewezen? Dat menselijk bestuur onafhankelijk van ’s mensen Schepper onbevredigend is. Duidelijk is aangetoond dat het onmogelijk is om, los van de Maker van de mens, met succes de aangelegenheden van de aarde te behartigen. Steeds opnieuw bevestigt de geschiedenis het openhartige oordeel van de bijbel ten aanzien van menselijke pogingen om bestuur uit te oefenen: „De ene mens [heeft] over de andere mens . . . geheerst tot diens nadeel.” — Prediker 8:9.

17 Wat hebben de krachtsinspanningen van de mens een rampspoedige uitwerking gehad in vergelijking met de orde en precisie die men aantreft in het universum zoals dat wordt bestuurd door de wetten van de Schepper ervan! Het is duidelijk dat ook de mensen dit soort van leiding bij het besturen van hun aangelegenheden nodig hebben, omdat het veronachtzamen van Gods supervisie rampspoedig is geweest. Er is duidelijk en voor altijd aangetoond dat wij behoefte hebben aan Gods leiding, net zo zeker als wij lucht, water en voedsel nodig hebben. — Matthéüs 4:4.

18. Hoe heeft het toestaan van tijd voor het oplossen van de strijdpunten een blijvend precedent voor de toekomst geschapen?

18 Ook heeft God, door voldoende tijd toe te staan om de strijdpunten met betrekking tot menselijk bestuur op te lossen, een blijvend precedent voor de toekomst geschapen. Het zou vergeleken kunnen worden met een fundamentele uitspraak van het opperste gerechtshof. De strijdvraag is voor altijd opgelost: Menselijk bestuur zonder God kan geen wenselijke omstandigheden op aarde teweegbrengen. Wanneer derhalve in de toekomst enig schepsel met een vrije wil Gods wijze van handelen in twijfel zou trekken, zou het niet nodig zijn nog eens duizenden jaren toe te staan om te zien of hij zijn bewering kan waarmaken. Alles wat bewezen moet worden, is bewezen in deze periode van ongeveer 6000 jaar die God heeft toegestaan. In de eeuwigheid van tijd die voor ons ligt, zal het dus geen enkele opstandeling opnieuw worden toegestaan om de vrede en het geluk van het leven op aarde te bederven, of om elders in het universum inbreuk te maken op Gods soevereiniteit. Het is zoals de bijbel met nadruk verklaart: „De benauwdheid zal geen tweede maal oprijzen.” — Nahum 1:9.

Gods oplossing

19. Wat is Gods oplossing voor het probleem van goddeloosheid?

19 De bijbel geeft dus een redelijke verklaring voor het bestaan van lijden in een wereld die door God is geschapen. Ook toont de bijbel duidelijk aan dat de tijd nabij is dat God zijn almacht zal gebruiken om degenen die lijden veroorzaken, te verwijderen. In Spreuken 2:21, 22 staat: „De oprechten zijn het die op de aarde zullen verblijven, en de onberispelijken zijn het die erop zullen overblijven. Wat de goddelozen betreft, zij zullen van de aarde zelf worden afgesneden; en wat de verraderlijken betreft, zij zullen ervan worden weggerukt.” Ja, God zal degenen „verderven die de aarde verderven” (Openbaring 11:18). Dat zal uiteindelijk ook het uitschakelen van Satan de Duivel inhouden (Romeinen 16:20). God zal de goddelozen niet veel langer toestaan zijn prachtige schepping, de aarde, te bederven. Iedereen die zich niet aan zijn wetten houdt, zal worden uitgeroeid. Alleen degenen die Gods wil doen, zullen blijven leven (1 Johannes 2:15-17). U zou geen bloementuin planten op een stuk grond waar onkruid groeit, of kippen en vossen in hetzelfde hok zetten. Zo zal ook God, wanneer hij paradijstoestanden op aarde herstelt, niet terzelfder tijd vandalen hun gang laten gaan.

20. Hoe zal het vroegere lijden worden uitgewist?

20 Hoewel het eeuwenlange lijden erg pijnlijk is geweest voor degenen die er het slachtoffer van waren, heeft het toch een goed doel gediend. Het zou vergeleken kunnen worden met een situatie waarin u uw kind een pijnlijke operatie laat ondergaan om een ernstig gezondheidsprobleem te verhelpen. De voordelen op lange termijn wegen ruimschoots op tegen de tijdelijke pijn. Bovendien zal de toekomst die God voor deze aarde en voor de mensen erop in petto heeft, de herinneringen aan het verleden hun drukkende karakter ontnemen: „De vroegere dingen zullen niet in de geest worden teruggeroepen, noch zullen ze in het hart opkomen” (Jesaja 65:17). Ongeacht welk lijden mensen hebben ondervonden, het zal uiteindelijk uit de geest van degenen die dan leven, worden weggewist wanneer Gods bestuur over de gehele aarde regeert. Dan zullen de vreugden alle nare herinneringen aan vroeger verdrijven, want God „zal elke traan uit hun ogen wegwissen en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn. De vroegere dingen zijn voorbijgegaan. En hij die op de troon zat, zei: ’Zie! Ik maak alle dingen nieuw.’” — Openbaring 21:4, 5.

21. Welke gelegenheid zullen zelfs dode mensen ontvangen?

21 Jezus Christus sprak over deze komende Nieuwe Ordening als „de herschepping” (Matthéüs 19:28). De vroegere slachtoffers van lijden en de dood zullen dan te weten komen dat God zich wel degelijk om hen bekommert, want in die tijd zullen degenen die zich dood in het graf bevinden, letterlijk herschapen worden. Jezus zei: ’Allen die in de herinneringsgraven zijn, zullen te voorschijn komen’ in een opstanding tot leven op aarde (Johannes 5:28, 29). Op die manier zullen ook de doden de gelegenheid krijgen zich aan Gods rechtvaardige bestuur te onderwerpen en het voorrecht te ontvangen voor eeuwig „in het Paradijs” te leven, zoals Jezus het noemde. — Lukas 23:43.

22. Welke situatie zal in het dierenrijk worden hersteld?

22 Ook in het dierenrijk zal vrede heersen. De bijbel zegt: „De wolf en het lam zullen eendrachtig weiden, en de leeuw zal stro eten net als de stier.” En zelfs „een kleine jongen nog maar zal leider over ze zijn”. De dieren zullen „geen kwaad doen noch enig verderf stichten” in Gods nieuwe ordening, niet jegens elkaar en ook niet jegens de mensen. — Jesaja 11:6-9; 65:25.

23. In welke toestand zal Gods gehele schepping geraken?

23 Zo zal dus in elk opzicht, zoals in Romeinen 8:21 staat, „de schepping zelf vrijgemaakt . . . worden van de slavernij des verderfs en de glorierijke vrijheid van de kinderen Gods . . . hebben”. Mettertijd zal de aarde een paradijs worden, bewoond door volmaakte mensen die vrij zijn van ziekte, verdriet en de dood. Lijden zal voor altijd tot het verleden behoren. Alle onderdelen van Gods aardse schepping zullen in volledige harmonie geraken met zijn voornemen, waardoor de lelijke vlek wordt verwijderd die zijn universum duizenden jaren lang heeft ontsierd.

24. Welke vraag stelt men misschien omtrent de bijbel?

24 Dat zegt de bijbel over de reden waarom God lijden heeft toegelaten en over de wijze waarop hij het probleem zal oplossen. Toch vragen sommigen zich wellicht af: ’Hoe weet ik dat ik werkelijk vertrouwen kan stellen in wat de bijbel zegt?’

[Studievragen]

[Inzet op blz. 188]

Velen vragen: ’Als er een God is, waarom laat hij dit dan allemaal toe?’

[Inzet op blz. 190]

Mensen werden niet geschapen om zichzelf, los van hun Schepper, met succes te besturen

[Inzet op blz. 190]

Vrijheid zou relatief zijn, niet absoluut

[Inzet op blz. 192]

Wanneer men blijft nadenken over iets wat verkeerd is, kan dit ertoe leiden dat men het verkeerde gaat doen

[Inzet op blz. 193]

Het zou tijd vergen om de opgeworpen strijdpunten volkomen op te lossen

[Inzet op blz. 194]

Wij zien hoe „de gehele schepping tot nu toe voortdurend te zamen zucht en te zamen pijn lijdt”

[Inzet op blz. 196]

De Schepper zal de goddelozen niet veel langer toestaan zijn prachtige aarde te bederven

[Inzet op blz. 198]

In elk opzicht zal „de schepping zelf vrijgemaakt . . . worden van de slavernij des verderfs”

[Illustratie op blz. 189]

De eerste mensen hadden het vooruitzicht voor eeuwig op een paradijsaarde te leven

[Illustraties op blz. 191]

Een ventilator gaat langzamer draaien en komt tot stilstand als de stekker uit het stopcontact wordt getrokken; zo werden Adam en Eva oud en stierven zij toen zij zich van hun levensbron hadden teruggetrokken

[Illustraties op blz. 194]

Na al die eeuwen zijn de wereldtoestanden dreigender dan ooit

[Illustratie op blz. 195]

Door voldoende tijd toe te staan om de strijdpunten op te lossen, heeft God een precedent voor de toekomst geschapen, vergelijkbaar met een fundamentele beslissing van het opperste gerechtshof

[Illustratie op blz. 197]

Ongeacht welk lijden mensen in het verleden hebben ondervonden, het zal door de vreugden in Gods nieuwe ordening worden uitgewist