Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Waarom mensen slechte dingen doen

Waarom mensen slechte dingen doen

Hoofdstuk 18

Waarom mensen slechte dingen doen

ZOU het niet heerlijk zijn als iedereen goed was? — Dan zou niemand ooit een ander pijn doen.

Maar bestaat er wel iemand die werkelijk altijd goed is? Wat denk je? — De bijbel vertelt ons dat Jehovah God altijd goed is. En Jezus, de Grote Onderwijzer, doet altijd wat goed is. Maar niemand van ons kan zeggen dat hij altijd goed is.

Wij proberen misschien goed te zijn. Maar er zijn tijden dat wij slechte dingen denken, is het niet? — En soms doen wij slechte dingen. De eerste mens, Adam, was opzettelijk ongehoorzaam aan God. Wat hij deed, was heel slecht. Het gevolg daarvan was dat wij allemaal onvolmaakt geboren werden. Wij zijn allemaal kinderen van Adam. Dat is één reden waarom mensen slechte dingen doen, ook al willen zij niet slecht zijn.

Maar sommige mensen doen met opzet slechte dingen. Zij haten andere mensen en doen dingen om hen pijn te doen. Denk je dat zo iemand ooit zou kunnen veranderen en zou kunnen leren goed te zijn? —

De bijbel geeft voorbeelden van slechte mensen die veranderden. Ik zal je over een van hen vertellen. En laten wij samen eens kijken of wij te weten kunnen komen waarom hij slecht was.

De naam van de man was Saulus. Saulus was heel erg godsdienstig. Hij behoorde tot een religieuze groepering, de Farizeeën genaamd. Zij hadden Gods Woord, maar zij schonken meer aandacht aan de leerstellingen van enkelen van hun eigen leiders. Denk je dat dat verstandig was? — Het kon tot grote moeilijkheden leiden.

Toen Saulus op zekere dag in Jeruzalem was, werd er een discipel van Jezus, Stéfanus genaamd, gearresteerd. Hij werd naar het gerechtshof gebracht. Sommigen van de rechters van de rechtbank waren Farizeeën. Stéfanus was niet bang, ook al werden er slechte dingen over hem gezegd. Hij sprak vrijuit en gaf de rechters een goed getuigenis over God en over Jezus.

Maar wat de rechters hoorden, beviel hun niet. Zij werden heel erg kwaad. Zij grepen Stéfanus beet en sleurden hem de stad uit. Zij sloegen hem neer en wierpen stenen naar hem totdat zij hem gedood hadden.

Saulus stond erbij te kijken hoe Stéfanus ter dood werd gebracht. Hij dacht dat het goed was hem te doden. Maar hoe kon hij zo iets slechts denken? —

Wel, Saulus was opgegroeid als een Farizeeër. Zijn hele leven lang had men hem geleerd dat de Farizeeën gelijk hadden. Hij keek naar deze mensen op als zijn voorbeeld. Dus bootste hij hen na.

Nu Stéfanus dood was, wilde Saulus ook de rest van Jezus’ discipelen uitroeien. Hij begon hun huizen binnen te dringen en zowel mannen als vrouwen naar buiten te sleuren. Daarna liet hij hen in de gevangenis werpen. Veel discipelen trokken weg uit Jeruzalem om uit Saulus’ buurt te blijven. Maar zij hielden niet op met prediken over Jezus. — Handelingen 8:1-4.

Dit maakte dat Saulus Jezus’ discipelen nog meer ging haten. Hij ging daarom naar de hogepriester en kreeg toestemming om christenen in de stad Damaskus te arresteren. Maar op weg naar Damaskus gebeurde er iets verbazingwekkends.

Een licht flitste plotseling uit de hemel, zo fel dat het Saulus blind maakte. En een stem zei: ’Saul, Saul, waarom vervolg je mij?’ Het was de Heer Jezus die vanuit de hemel sprak! Saulus werd dus blind naar Damaskus gebracht.

Drie dagen later verscheen Jezus in een visioen aan een van zijn discipelen, Ananías genaamd. Jezus zei Ananías dat hij Saulus moest bezoeken, zijn blindheid moest wegnemen en met hem moest spreken. Saulus was nu bereid te luisteren. Toen Ananías met hem sprak, aanvaardde Saulus de waarheid over Jezus. Zijn ogen konden weer zien. Zijn hele levenswijze veranderde. Hij werd een getrouwe dienstknecht van God. — Handelingen 9:1-22.

Zie je nu waarom Saulus zo slecht was? — Men had hem verkeerde dingen geleerd. Hij volgde mensen die God niet getrouw waren. En hij behoorde tot een groep mensen die de gedachten van mensen boven het Woord van God stelden. Maar Saulus veranderde omdat hij de waarheid niet werkelijk haatte.

Er zijn tegenwoordig veel mensen die net als Saulus zijn. Zij kunnen veranderen, maar het is niet gemakkelijk. Eén reden is dat er iemand is die veel moeite doet om iedereen ertoe te brengen slecht te doen. Weet je wie dat is? — Jezus sprak over hem toen hij vanuit de hemel tot Saulus sprak. Hij zei tot Saulus: ’Ik zend je om de ogen van mensen te openen, om hen van de duisternis tot het licht en van de macht van Satan tot God te keren.’ — Handelingen 26:17, 18.

Ja, het is Satan de Duivel die er de oorzaak van is dat mensen slechte dingen leren. Hij wil dat de mensen slecht zijn. Als wij dus doen wat slecht is, dan behagen wij de Duivel. Maar wij willen Jehovah behagen, is het niet? — Hoe kunnen wij er zeker van zijn dat wij dit doen? —

Wij zullen God behagen als wij altijd aandacht schenken aan de bijbel en doen wat de bijbel zegt. Als de bijbel laat zien dat wij iets slechts gedaan hebben, moeten wij ermee ophouden. Als wij uit de bijbel dingen leren waarvan God wil dat wij ze doen, moeten wij ze graag willen doen. Als wij doen wat God behaagt, doen wij goede dingen, want God is goed.

(Als hulp om niet het slechte te doen, kunt u samen Spreuken 3:5-7, 12:15, 2:10-14 en Psalm 119:9-11 lezen.)