Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Het soort van leven dat de overlevenden ten deel zal vallen

Het soort van leven dat de overlevenden ten deel zal vallen

Hoofdstuk 4

Het soort van leven dat de overlevenden ten deel zal vallen

1. Waarom zal de aarde door de toekomstige „dag van Jehovah” niet tot een verlaten woestenij worden gemaakt? (Jesaja 45:18)

OOK al zal de toekomstige „dag van Jehovah” vrees inboezemend zijn, toch zal de aarde daardoor niet tot een onbewoonbare planeet worden gemaakt. De gevolgen ervan zullen niet hetzelfde zijn als van een nucleaire holocaust, die naar men vreest de ecologie volledig zou ontregelen en de overlevenden aan de afschuwelijke gevolgen van radioactieve straling zou blootstellen. In plaats van de aarde te ruïneren en voor de mens onbewoonbaar te maken, zal de Schepper degenen „verderven die de aarde verderven”. — Joël 2:30, 31; Openbaring 11:18.

2. Wat geeft ons het vertrouwen dat Jehovah zijn getrouwe dienstknechten veilig door de grote verdrukking heen zal brengen?

2 In de geest van Jehovah’s getrouwe dienstknechten bestaat er geen zweem van twijfel over dat God hen ondanks de verwoestende krachten die hij dan rondom hen zal ontketenen, kan redden. Zij weten dat toen de moreel verdorven steden Sodom en Gomorra door ’zwavel en vuur uit de hemel’ werden vernietigd, engelen van Jehovah Lot en zijn twee dochters redden (Genesis 19:15-17, 24-26). Zij weten ook dat toen de eerstgeborenen van heel Egypte in de dagen van Mozes werden gedood, Jehovah’s terechtstellingsengel voorbijging aan de huizen van de Israëlieten, de huizen die gemerkt waren met het bloed van het paschalam (Exodus 12:21-29). Zo zal Jehovah ook wanneer de verwoestende razernij van de grote verdrukking losbarst, degenen redden die hem tot hun toevlucht hebben gemaakt. — Psalm 91:1, 2, 14-16; Jesaja 26:20.

3. Waarom zal het enorme aantal lijken geen gevaar vormen voor de gezondheid van de overlevenden?

3 Weliswaar zal de aarde als gevolg van de grote vernietiging overdekt zijn met de lijken van hen die door Jehovah zijn neergeveld, maar niemand weet beter dan God wat er gedaan moet worden om de gezondheid van de overlevenden niet te schaden. Hij vertelt ons dat hij de vogels van de hemel en de wilde dieren van het veld tot zijn „grote avondmaal” zal uitnodigen en dat zij zich zat zullen eten aan de vleesdelen van allen die omgebracht zijn (Openbaring 19:17, 18; Ezechiël 39:17-20). Wat zij niet verorberen, kan hij met andere middelen uit de weg ruimen. Gods in Eden bekendgemaakte voornemen met betrekking tot de aarde zal dan geleidelijk worden vervuld.

WAT GODS OORSPRONKELIJKE VOORNEMEN ONTHULT

4. Wat voor begin gaf Jehovah het eerste mensenpaar, en waarom is dit voor ons van speciaal belang?

4 Uit het soort van begin dat Jehovah de menselijke familie in Eden gaf, kunnen wij opmaken wat de toekomst inhoudt voor de overlevenden van de grote verdrukking. Toen de Schepper de aarde ter bewoning van de mens gereedmaakte, bracht hij niet alleen een overvloedige plantengroei voort, maar schiep hij ook een verrukkelijke verscheidenheid van vissen, vogels en landdieren. „Jehovah God [plantte] een tuin in Eden, tegen het oosten, en daar plaatste hij de mens die hij gevormd had” (Genesis 2:8). Maar God maakte niet de gehele aarde tot een paradijspark dat hij daarna voor de mens in stand hield. In plaats daarvan gaf Jehovah het eerste mensenpaar een wonderbaarlijk begin, zegende hen en gaf hun een werktoewijzing. Zij kregen projecten opgedragen die hen in staat zouden stellen hun bekwaamheden volledig te benutten en voldoening te putten uit hun prestaties. Dit zou hun leven zinvol maken. Wat een fascinerende toewijzing ontvingen zij! Zij moesten hun kinderen zo opvoeden dat zij Gods eigenschappen zouden weerspiegelen, en te zamen zouden zij het Paradijs tot de einden der aarde uitbreiden en zorg dragen voor de aarde met al haar verscheidenheid van dierenleven. Als Adam en Eva Jehovah’s soevereiniteit zouden blijven respecteren, zouden zij nooit sterven. Zij zouden zich voor eeuwig in volmaakt leven op aarde verheugen. — Genesis 1:26-28; 2:16, 17.

5. Welk vooruitzicht zullen de overlevenden van de grote verdrukking derhalve hebben?

5 Natuurlijk zullen de toestanden op aarde onmiddellijk na de grote verdrukking niet zo zijn als in Eden. Maar Gods oorspronkelijke voornemen met betrekking tot de aarde en de mensheid zal onveranderd blijven. De gehele aarde zal tot een paradijs worden gemaakt, de mensen zullen er zorg voor dragen en zij zullen allen verenigd zijn in de aanbidding van de ware God. Zij zullen het vooruitzicht hebben eeuwig te leven, terwijl zij zich verheugen in de glorierijke vrijheid van de kinderen Gods. — Lukas 23:42, 43; Openbaring 21:3, 4; Romeinen 8:20, 21.

6. (a) Wat zal er met overgebleven oorlogstuig worden gedaan? (b) Waarom zal er nooit meer iemand honger hoeven te lijden?

6 In het begin zullen de ruïnes van het oude samenstel ongetwijfeld opgeruimd moeten worden. Overgebleven oorlogstuig zal voor vredige doeleinden worden aangewend (Ezechiël 39:8-10; vergelijk Micha 4:3). De nog op het veld staande oogsten zullen ongetwijfeld binnengehaald worden om als voedsel voor de overlevenden te dienen. Vervolgens zal, wanneer er gezaaid wordt en er nieuwe oogsten worden binnengehaald, de belofte in vervulling gaan: „De aarde zelf zal stellig haar opbrengst geven; God, onze God, zal ons zegenen” (Psalm 67:6; vergelijk Deuteronomium 28:8). Aangezien de zelfzuchtige en verdeeldheid brengende elementen van het oude samenstel verdwenen zijn, zal er nooit meer iemand hoeven te zijn die ’s avonds hongerig naar bed gaat. — Psalm 72:16.

7. Hoe is Jehovah’s keuze van de nieuwe Koning der aarde een weerspiegeling van Gods wijsheid en liefde?

7 Dit zal een wereld zijn die bestaat uit mensen die beseffen hoe belangrijk het is onder Jehovah’s leiding te staan en zijn zegen te genieten. En hierin zal worden voorzien op een wijze waardoor Gods wijsheid en liefde worden weerspiegeld. Degene die door Jehovah tot de nieuwe Koning der aarde is aangesteld, is zijn eigen Zoon, Jezus Christus. De bijbel onthult dat God door bemiddeling van hem de aarde en al de diverse levensvormen daarop heeft geschapen (Kolossenzen 1:15-17). De Zoon van God is grondig op de hoogte van wat er voor de instandhouding van het leven op aarde nodig is en hij is bijzonder gesteld op alles wat met de mensheid verband houdt. — Spreuken 8:30, 31.

8. Hoe zal Christus zijn aardse onderdanen helpen zich aan Jehovah’s soevereiniteit te onderwerpen?

8 Bovenal houdt de Zoon op loyale wijze Jehovah’s soevereiniteit hoog. Over Jezus werd voorzegd: „Op hem moet de geest van Jehovah komen te rusten, de geest van wijsheid en van verstand, de geest van raad en van kracht, de geest van kennis en van de vrees voor Jehovah; en hij zal genot vinden in de vrees voor Jehovah” (Jesaja 11:2, 3). Hij zal zijn aardse onderdanen helpen er net zo’n vreugde in te vinden hun leven naar Jehovah’s wegen te schikken. Onder zijn koningschap zullen de overlevenden van de grote verdrukking zich weer in het soort van leven verheugen dat God voor de mensheid in petto had toen onze eerste ouders Eden als hun tehuis ontvingen.

WAT DOOR DE BEDIENING VAN JEZUS WORDT ONTHULD

9. (a) Wat zijn enkele van de smartelijke gevolgen van overgeërfde zonde? (b) Welke hoop bieden Jezus’ wonderen?

9 Maar om ons in dat soort van leven te kunnen verheugen, moeten wij bevrijd worden van de smartelijke gevolgen van de zonde. Wij allen hebben zonde geërfd van Adam, die zijn volmaaktheid verloor toen hij blijk gaf van een wetteloze minachting voor Jehovah’s soevereiniteit. De gevolgen van zonde treden op diverse manieren aan het licht. Zonde kan aanleiding geven tot ziekte en lichamelijke gebreken, alsook tot een geneigdheid om met een verkeerd motief dingen te zeggen en te doen. Ten slotte brengt de zonde de dood voort (Romeinen 5:12; 6:23). Tijdens zijn aardse bediening verrichtte Jezus vele wonderen, waardoor werd aangetoond wat hij zal doen om de onderdanen van Gods koninkrijk van hun handicaps te bevrijden.

10. Waarom is het niet onredelijk dat Jezus wonderen kon verrichten die geleerden niet kunnen nabootsen?

10 Maar wanneer bepaalde personen de opwindende bijbelse verslagen over de wonderen van Jezus lezen, brengen zij twijfel tot uitdrukking. Waarom? Omdat wij in een wereld leven waarin scepticisme populair is geworden. Sceptici denken misschien dat men pas in wonderen kan geloven wanneer hedendaagse geleerden ze kunnen nabootsen of verklaren. Maar waarom blijven geleerden een grote hoeveelheid tijd en geld aan onderzoekingen besteden? Omdat er veel is wat zij niet begrijpen. Waar het in onze houding ten aanzien van Jezus’ bediening werkelijk op aankomt, is de bereidheid om goddelijk ingrijpen in menselijke aangelegenheden te erkennen.

11. Welke uitdrukkingen worden in Handelingen 2:22 gebruikt om Jezus’ wonderen te beschrijven, en wat wordt hierdoor te kennen gegeven?

11 Toen de apostel Petrus in 33 G.T. tot een menigte mensen in Jeruzalem sprak, noemde hij Jezus „een man die door God in het openbaar aan u is getoond door middel van krachtige werken en wonderen en tekenen, welke God door bemiddeling van hem . . . heeft gedaan” (Handelingen 2:22). Zoals Petrus hier te kennen gaf, waren de wonderen „krachtige werken”, niet iets wat andere mensen konden nadoen of verklaren, maar een bewijs dat Gods macht door bemiddeling van Jezus werkzaam was. Het waren „tekenen” die te kennen gaven dat hij werkelijk de Messías, Gods Zoon, was. Het waren ook „wonderen” of wondertekenen, voorvallen die wezen op hartverwarmende toekomstige gebeurtenissen.

12. (a) Waarom vindt u de verslagen over de reiniging van mensen die melaats waren, aanmoedigend? (b) Wat was vooral opmerkelijk in verband met Jezus’ genezing van een verlamde?

12 Leest u alstublieft de evangelieverslagen in de bijbel en houd dan tijdens het lezen in gedachte dat de door Jezus verrichte wonderen een toekomstbeeld verschaffen van wat hij zal doen voor de mensheid die onder Gods Messiaanse koninkrijk op aarde zal leven. Dat zal een tijd zijn waarin mensen met misvormende ziekten zoals melaatsheid rein gemaakt zullen worden, net zoals Jezus in het jaar 33 G.T. op weg naar Jeruzalem tien melaatsen reinigde. Hij toonde daarmee aan dat hij zulke personen kan helpen en dat hij dit ook werkelijk wil (Lukas 17:11-19; Markus 1:40-42). Veel mensen zijn verlamd. Ook voor hen zal er genezing zijn, net als in het geval van de aan bed gekluisterde verlamde die door Jezus werd genezen en wiens genezing Jezus in verband bracht met de vergeving van diens zonden. — Markus 2:1-12.

13. Vertel iets over een van Jezus’ wonderen waaruit blijkt dat er hoop bestaat voor (a) de blinden, (b) mensen die doof zijn of een spraakgebrek hebben, (c) personen die zonder resultaat door vele artsen zijn behandeld. (d) Hoe weet u dat Jezus in staat zal zijn allerlei ziekten en gebreken te genezen?

13 Blinde ogen zullen geopend worden, dove oren zullen ontsloten worden en de tong van mensen met een spraakgebrek zal losgemaakt worden, precies zoals Jezus dit in de eerste eeuw voor mensen in Galiléa en in Dekápolis heeft gedaan (Matthéüs 9:27-30; Markus 7:31-37). Velen in deze tijd kunnen door artsen niet genezen worden. Dat was ook het geval met een vrouw in Kapérnaüm. Het verslag zegt: „Vele geneesheren hadden haar veel pijn bezorgd en zij had haar gehele vermogen uitgegeven, maar zonder er baat bij te vinden.” Doch Jezus genas haar, en hij zal hetzelfde doen voor vele anderen zoals zij (Markus 5:25-29). Kanker, hartziekten, malaria, schistosomiasis — niets zal te moeilijk zijn, zoals bleek gedurende zijn bediening in Galiléa, toen hij „elke soort van kwaal en elk soort van gebrek genas”. — Matthéüs 9:35.

14. Hoe blijkt uit verslagen over de door Jezus verrichte opwekkingen uit de dood wat de opstanding voor de overlevenden zal betekenen?

14 Dat zal ook een tijd zijn waarin de doden — niet degenen die door God in de grote verdrukking zijn vernietigd, maar miljarden anderen die in de loop der eeuwen gestorven zijn — de gelegenheid zullen krijgen weer te leven, met vooruitzichten die nooit binnen hun bereik hebben gelegen. Wat zal dit voor de overlevenden betekenen? Vlak bij het dorpje Naïn droogde Jezus de tranen van een weduwe die diepbedroefd was over de dood van haar enige zoon, door hem weer tot leven te brengen. In Kapérnaüm bracht hij de ouders van een jong meisje in verrukking door hun kind uit de dood op te wekken (Lukas 7:11-16; Markus 5:35-42). Zou u graag aanwezig zijn wanneer degenen die u hebt liefgehad uit de doden terugkeren? Dat zal de vreugdevolle ervaring zijn van de overlevenden die de „nieuwe aarde” zullen binnengaan.

15. (a) Hoe blijkt uit het onderwijs dat Jezus gaf, wat voor mensen dan op aarde zullen leven? (b) Hoe kunnen wij nu reeds een voorproefje van dat soort van leven krijgen?

15 Het leven zal dan geen herhaling zijn van het hartzeer en het verdriet waardoor mensen thans zo vaak terneergedrukt worden. Dit blijkt niet alleen uit Jezus’ wonderen maar ook uit hetgeen hij onderwees, want alleen degenen die werkelijk zijn discipelen zijn, zullen gespaard blijven en de „nieuwe aarde” binnengaan (Johannes 3:36). Hij leerde zijn volgelingen meer waarde toe te kennen aan geestelijke zaken dan aan het najagen van materiële belangen, op Jehovah te vertrouwen, voor leiding naar Hem op te zien en Zijn zegeningen te waarderen. Door woord en voorbeeld liet Jezus uitkomen hoe belangrijk het is liefde en nederigheid aan de dag te leggen, zich intens om anderen te bekommeren en zich ten behoeve van hen te geven. Degenen die Christus’ discipelen worden en die deze beginselen werkelijk toepassen, ontvangen nu reeds grote verkwikking voor hun ziel en schenken op hun beurt verkwikking aan anderen (Matthéüs 11:28, 29; Johannes 13:34, 35). Dit is slechts een voorproefje van het soort van leven waarin degenen zich zullen verheugen die nog in leven zijn wanneer de huidige liefdeloze wereld verdwenen is. Indien u nu verstandig handelt, kan dat leven u ten deel vallen.

[Studievragen]

[Kader/Illustratie op blz. 33]

GODS OORSPRONKELIJKE VOORNEMEN MET DE MENSHEID

De aarde met mensen vullen die Gods eigenschappen weerspiegelen

Het Paradijs over de gehele aarde uitbreiden en zorg dragen voor de aarde met al haar dierenleven

Voor eeuwig op aarde leven