Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Gedachtenisviering (Avondmaal des Heren)

Gedachtenisviering (Avondmaal des Heren)

Gedachtenisviering (Avondmaal des Heren)

Definitie: Een maaltijd ter gedachtenis aan de dood van Jezus Christus, de dood die verstrekkender gevolgen heeft gehad dan die van enig ander mens. Het is de enige gebeurtenis die de Heer Jezus Christus zijn discipelen geboden heeft te gedenken. De herdenking staat ook bekend als het Avondmaal des Heren. — 1 Kor. 11:20.

Wat is de betekenis van de Gedachtenisviering?

Tot zijn getrouwe apostelen zei Jezus: „Blijft dit tot een gedachtenis aan mij doen” (Luk. 22:19). Toen de apostel Paulus aan leden van de door de geest verwekte christelijke gemeente schreef, voegde hij eraan toe: „Zo dikwijls als gij dit brood eet en deze beker drinkt, blijft gij de dood des Heren verkondigen totdat hij gekomen zal zijn” (1 Kor. 11:26). De Gedachtenisviering vestigt dus speciaal de aandacht op de betekenis van de dood van Jezus Christus in de verwezenlijking van Jehovah’s voornemen. Ze beklemtoont de betekenis van Jezus’ offerandelijke dood vooral in verband met het nieuwe verbond en de wijze waarop zijn dood van invloed is op degenen die met hem erfgenamen van het hemelse koninkrijk zullen zijn. — Joh. 14:2, 3; Hebr. 9:15.

De Gedachtenisviering herinnert ons er ook aan dat Jezus’ dood en de wijze waarop hij stierf — in overeenstemming met Gods in Genesis 3:15 en daarna bekendgemaakte voornemen — ten doel hadden Jehovah’s naam te rechtvaardigen. Doordat Jezus tot aan zijn dood trouw bleef, bewees hij dat Adams zonde niet te wijten was aan een fout bij de schepping van de mens, maar dat een mens zelfs onder zware druk in staat is om volmaakte godvruchtige toewijding aan de dag te blijven leggen. Aldus heeft Jezus Jehovah God als Schepper en Universele Soeverein gerechtvaardigd. Bovendien was het Jehovah’s voornemen dat door Jezus’ dood het volmaakte menselijke slachtoffer verschaft zou worden dat nodig was om Adams nageslacht los te kopen en het aldus mogelijk te maken dat — ter verwezenlijking van Jehovah’s oorspronkelijke voornemen en als blijk van zijn grote liefde voor de mensheid — miljarden mensen die geloof zouden oefenen, eeuwig op een paradijsaarde zouden leven. — Joh. 3:16; Gen. 1:28.

Wat rustte er die laatste nacht dat hij als mens op aarde was, een enorme last op Jezus! Hij wist wat het voornemen van zijn hemelse Vader met betrekking tot hem was, maar hij wist ook dat hij zich onder beproeving getrouw moest betonen. Wat een smaad zou het voor zijn Vader hebben betekend en wat een verlies zou het voor de mensheid zijn geweest indien hij gefaald had! Met het oog op alles wat er door zijn dood tot stand zou worden gebracht, was het zeer passend dat Jezus gebood deze gebeurtenis te gedenken.

Wat is de betekenis van het brood en de wijn?

Over het ongezuurde brood dat Jezus bij de instelling van de Gedachtenisviering aan zijn apostelen gaf, zei hij: „Dit betekent mijn lichaam” (Mark. 14:22). Dat brood symboliseerde zijn eigen zondeloze vleselijke lichaam. Hij zou dit geven ten behoeve van de toekomstige levensvooruitzichten van de mensheid, en bij deze gelegenheid wordt speciaal de aandacht gevestigd op de levensvooruitzichten die daardoor mogelijk zijn gemaakt voor degenen die uitgekozen zouden worden om met Jezus in het hemelse koninkrijk te delen.

Toen Jezus de wijn aan zijn getrouwe apostelen doorgaf, zei hij: „Dit betekent mijn ’bloed van het verbond’, dat ten behoeve van velen vergoten zal worden” (Mark. 14:24). Die wijn symboliseerde zijn eigen levensbloed. Door middel van zijn vergoten bloed zou vergeving van zonden mogelijk zijn voor degenen die er geloof in stellen. Bij deze gelegenheid legde Jezus de nadruk op de reiniging van zonden die daardoor mogelijk gemaakt zou worden voor zijn toekomstige medeërfgenamen. Zijn woorden geven ook te kennen dat door zijn bloed het nieuwe verbond tussen Jehovah God en de met de geest gezalfde christelijke gemeente van kracht zou worden.

Zie ook blz. 294-296, onder „Misoffer”.

Wie gebruiken van het brood en de wijn?

Wie gebruikten van het brood en de wijn toen Jezus kort voor zijn dood het Avondmaal des Heren instelde? Elf getrouwe volgelingen tot wie Jezus zei: „Ik sluit een verbond met u, evenals mijn Vader een verbond met mij heeft gesloten, voor een koninkrijk” (Luk. 22:29). Zij waren allen personen die uitgenodigd werden om met Christus in zijn hemelse koninkrijk te delen (Joh. 14:2, 3). Allen die thans van het brood en de wijn gebruiken, dienen ook personen te zijn die Christus in dat ’verbond voor een koninkrijk’ opneemt.

Hoeveel deelnemers zijn er? Jezus zei dat slechts een „kleine kudde” het hemelse koninkrijk als beloning zou ontvangen (Luk. 12:32). Het volledige aantal zou 144.000 bedragen (Openb. 14:1-3). Met het uitkiezen van deze groep werd in 33 G.T. een aanvang gemaakt. Redelijkerwijs zou er in deze tijd nog maar een klein aantal deelnemers zijn.

Geeft Johannes 6:53, 54 te kennen dat alleen de deelnemers eeuwig leven zullen verwerven?

Joh. 6:53, 54: „Jezus [zei] tot hen: ’Voorwaar, voorwaar, ik zeg u: Indien gij het vlees van de Zoon des mensen niet eet en zijn bloed niet drinkt, hebt gij geen leven in uzelf. Wie zich met mijn vlees voedt en mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven, en ik zal hem op de laatste dag opwekken.’”

Dit eten en drinken zou vanzelfsprekend in figuurlijke zin dienen te gebeuren; anders zou degene die dit deed, Gods wet overtreden (Gen. 9:4; Hand. 15:28, 29). Gelieve echter op te merken dat Jezus’ uitspraak in Johannes 6:53, 54 niet werd gedaan in verband met de instelling van het Avondmaal des Heren. Niemand van degenen die hem hoorden, had enig idee van een viering waarbij brood en wijn werden gebruikt om Christus’ vlees en bloed af te beelden. Die regeling werd pas ongeveer een jaar later ingevoerd, en het verslag van de apostel Johannes omtrent het Avondmaal des Heren begint in het Evangelie dat zijn naam draagt pas meer dan zeven hoofdstukken later (in Johannes 14).

Hoe kan men dan in figuurlijke zin ’het vlees van de zoon des mensen eten en zijn bloed drinken’ anders dan door van het brood en de wijn bij de Gedachtenisviering te gebruiken? Merk op dat Jezus zei dat degenen die aldus aten en dronken, „eeuwig leven” zouden hebben. Wat was volgens zijn eerdere uitspraak in vers 40, toen hij uitlegde wat mensen moesten doen om eeuwig leven te hebben, de wil van zijn Vader? Dat „een ieder die de Zoon aanschouwt en geloof in hem oefent, eeuwig leven moge hebben”. Redelijkerwijs „eet” men dus in figuurlijke zin ’van zijn vlees’ en „drinkt” men figuurlijk gesproken ’van zijn bloed’ door geloof te oefenen in de verlossende kracht van Jezus’ vlees en bloed, dat hij als offer heeft gebracht. Dit oefenen van geloof wordt vereist van allen die de volheid des levens zullen verwerven, hetzij in de hemel met Christus of in het aardse Paradijs.

Hoe vaak dient de Gedachtenisviering gehouden te worden, en wanneer?

Jezus heeft niet specifiek vermeld hoe vaak ze gehouden moest worden. Hij zei eenvoudig: „Blijft dit tot een gedachtenis aan mij doen” (Luk. 22:19). Paulus zei: „Want zo dikwijls als gij dit brood eet en deze beker drinkt, blijft gij de dood des Heren verkondigen totdat hij gekomen zal zijn” (1 Kor. 11:26). De uitdrukking „zo dikwijls” hoeft niet vele malen per jaar te betekenen; het kan eens per jaar betekenen, maar dan over een periode van vele jaren. Als u een belangrijke gebeurtenis herdenkt, uw trouwdag bijvoorbeeld, of als een natie een belangrijke gebeurtenis in haar geschiedenis herdenkt, hoe dikwijls wordt dat dan gedaan? Eens per jaar, op de verjaardag ervan. Dit zou ook in overeenstemming zijn met het feit dat het Avondmaal des Heren werd ingesteld op de dag van het joodse Pascha, een jaarlijkse viering die door de tot het christendom bekeerde joden niet langer in acht genomen hoefde te worden.

Jehovah’s Getuigen houden de Gedachtenisviering op 14 Nisan na zonsondergang, volgens de berekening van de kalender die in de eerste eeuw door de joden werd gebruikt. De joodse dag begint bij zonsondergang en duurt tot de volgende zonsondergang. Jezus stierf dus op dezelfde joodse kalenderdag als waarop hij de Gedachtenisviering instelde. De maand Nisan begon met de zonsondergang nadat de nieuwe maan die het dichtst bij de lente-equinox lag, in Jeruzalem zichtbaar werd. De datum van de Gedachtenisviering is 14 dagen daarna. (Het kan dus voorkomen dat de datum voor de Gedachtenisviering niet samenvalt met die waarop hedendaagse joden hun Pascha vieren. Hoe komt dat? Het begin van hun kalendermaanden is zo vastgesteld dat die samenvalt met de astronomische nieuwe maan, niet met het tijdstip waarop de nieuwe maan boven Jeruzalem zichtbaar wordt, wat wel 18 tot 30 uur later kan zijn. Bovendien houden de meeste joden het Pascha thans op 15 Nisan, en niet op de 14de, waarop Jezus het in overeenstemming met de Mozaïsche wet vierde.)