Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

De kracht van goedheid

De kracht van goedheid

Lied 66

De kracht van goedheid

(Romeinen 2:4)

1. Hoe dankbaar dienen wij te zijn

Dat God in zijn geduld

Ons onverdiende goedheid schenkt,

Zoals zijn Woord onthult.

Hoewel hij groot en machtig is,

Toont hij steeds grote zorgzaamheid.

Zijn goedheid trekt ons tot hem aan,

Leert ons loyaliteit.

2. Toen Jezus daaglijks predikte,

Deed hij getrouw Gods werk;

Vol goedheid hielp hij ned’rigen;

Hij maakte zwakken sterk.

Door mild te zijn en liefdevol

Gaf hij vermoeiden nieuwe kracht;

De zondaars werden weer hersteld

En in Gods gunst gebracht.

3. Die goedheid is een geestesvrucht,

Naar ons de bijbel toont.

Wie daarin God en Christus volgt,

Wordt stellig rijk beloond.

Een groot probleem, dat drukt of kwelt,

Verdwijnt als sneeuw voor zonneschijn:

’t Wordt vaak eenvoudig opgelost

Door goed en mild te zijn.

4. U kunt veel goeddoen in Gods dienst

Als u ’t besef behoudt

Dat goedheid bij een christen past

En duurzaam is als goud.

Al is ontvangen vreugdevol,

’t Brengt nog meer zegen als men geeft.

Door goedheid loven wij ook God,

Door wie elk schepsel leeft.