IJver voor Jehovah’s huis
Lied 31
IJver voor Jehovah’s huis
1. Ongekend was Jezus’ ijver
In wat hij voor Gods huis deed;
Als een vuurgloed was zijn geestdrift
Toen hij onrecht fel bestreed.
Redding bood hij alle mensen;
’t Koninkrijk werd hun geleerd.
Voor zijn Vaders reputatie
Werd hij als door vuur verteerd.
2. De apost’len en discip’len
Zijn ook ijverig geweest.
Lees hoe hun gemeenten groeiden
Door de hulp van heil’ge geest,
Hoe men toen van huis tot huis ging,
In de prediking nooit lauw;
Ja, zij brachten nieuws van redding,
Mensen manend tot berouw.
3. Ook vandaag heeft God een naamvolk,
IJv’rend voor rechtvaardigheid.
Niets weerhoudt hen God te dienen
In een wereld vol van strijd,
Want Jehovah maakt hen vurig.
Hem van harte toegewijd,
Wordt het Koninkrijk gepredikt,
Steeds vrijmoedig en met vlijt.