Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Vreugde over de opstanding

Vreugde over de opstanding

Lied 102

Vreugde over de opstanding

(Openbaring 20:13)

1. Lazarus lag slapend

In een graf van steen.

Droefheid bij zijn zusters;

Alom veel geween.

’Was toch zijn vriend Jezus

Eerder hier geweest,

Dan zou hij nog leven’,

Zei men droef van geest.

Eindelijk kwam Jezus

— Spanning steeg ten top! —

Hij sprak luid de woorden:

’Lazarus, sta op!’

Deze kwam naar buiten,

Zwachtels om zich heen;

Blijdschap bij zijn vrienden:

Vreugde voor geween!

2. Jezus’ vrienden hoopten

Snel bevrijd te zijn.

Maar zijn dood bracht wanhoop,

Moedeloosheid, pijn.

Droevig legden zij toen

Jezus in een graf,

Voelden zich zo somber:

Liep nu alles af?

Maar het kille Hades

Had niet lang gezag;

God bracht hem tot leven

Op de derde dag.

Vreugde bij zijn vrienden:

Hij was opgewekt!

’Dood en Hades’-sleutels

Werden hem verstrekt.

3. Adams val in Eden

Heeft de dood gebracht.

T’rugkeer van de doden

Komt door Christus’ macht.

Doden in de Hades

Horen ééns zijn stem

En, te voorschijn komend,

Leven zij door hem.

Ieder wordt geoordeeld

Voor Gods witte troon

Naar wat dan gedaan wordt,

En verkrijgt zijn loon.

En als Gods gedenkboek

Dan hun naam bewaart,

Wacht hun eeuwig leven

Op zijn nieuwe aard.