Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Zing het lied van Koninkrijksvreugde

Zing het lied van Koninkrijksvreugde

Lied 20

Zing het lied van Koninkrijksvreugde

(Psalm 96:1, 10)

1. Bezing vol vreugd het Koninkrijk,

Al wie op aarde woont.

Ja, zing dit lied als huldeblijk:

God heeft zijn Zoon gekroond.

Hoe lieflijk zijn de voeten van

Al wie goed nieuws verbreidt,

Aan elk vertellend, als één man,

Dat God de mens bevrijdt.

2. Dit nieuwe lied van ’t Koninkrijk

Bezingt Jehovah’s faam.

Aanbid en vrees hem tegelijk

En eer zijn heil’ge naam.

Wie valse goden toebehoort,

Vindt nimmer baat daarbij.

Jehovah God brengt waarheid voort,

Dus hèm aanbidden wij.

3. Zing mee dit lied en zeg verheugd:

„God heerst nu door zijn Zoon!”

De heem’len juichen ook van vreugd;

Hun lied klinkt wonderschoon.

Jehovah oordeelt heel de aard

In zijn rechtvaardigheid.

Hij zegent wie zich bij hem schaart,

Beloont loyaliteit.