Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

LES 13

Magie en tovenarij zijn slecht

Magie en tovenarij zijn slecht

Satan wil dat u magie beoefent. Velen brengen offers aan voorouders of geesten om zich tegen kwaad te beschermen. Zij doen dat omdat zij bang zijn voor de krachten van de geestenwereld. Zij dragen magische ringen of armbanden. Zij drinken „medicijnen” waarvan verondersteld wordt dat ze magische kracht bezitten of wrijven hun lichaam daarmee in. In hun huis of in de grond verstoppen sommige mensen voorwerpen waarvan geloofd wordt dat ze beschermende kracht bezitten. Anderen gebruiken magische „medicijnen” omdat zij geloven dat die succes brengen in zaken, bij examens of in de liefde.

Uw beste bescherming tegen Satan is Jehovah tot vriend te hebben. Jehovah God en zijn engelen zijn veel machtiger dan Satan en zijn demonen (Jakobus 2:19; Openbaring 12:9). Jehovah toont heel graag zijn sterkte ten behoeve van zijn vrienden — degenen die hem volkomen loyaal zijn. — 2 Kronieken 16:9.

Gods Woord zegt: „Gij moogt geen magie beoefenen.” Jehovah veroordeelt magie en tovenarij omdat die praktijken iemand rechtstreeks in de macht van Satan de Duivel kunnen brengen. — Leviticus 19:26.