INDONESIË
Een pionier zonder angst
André Elias
-
GEBOREN 1915
-
GEDOOPT 1940
-
BIJZONDERHEDEN Een moedige pionier die altijd standhield onder bedreigingen en ondervragingen.
TIJDENS de Tweede Wereldoorlog moesten broeder Elias en zijn vrouw, Josephine, voor regeringsambtenaren in Sukabumi (West-Java) verschijnen. En wel op het hoofdkwartier van de gevreesde Kempeitai, de Japanse militaire politie. André werd als eerste ondervraagd. De ene na de andere vraag werd op hem afgevuurd: ‘Wie zijn Jehovah’s Getuigen? Zijn jullie tegen de Japanse regering? Ben je een spion?’
‘Wij dienen de almachtige God en hebben niets verkeerds gedaan’, zei André. De bevelvoerende officier greep een samoeraizwaard van de muur en hief het omhoog.
‘En als ik je nu eens zou doden?’, snauwde hij. André legde zijn hoofd voorover op het bureau en bad in zichzelf. Na een lange stilte begon de man te lachen. ‘Jij bent moedig!’, zei hij. Daarna liet hij Josephine halen. Toen haar getuigenis
overeen bleek te komen met dat van André, blafte de officier: ‘Jullie zijn geen spionnen. Maak dat je wegkomt!’Een paar maanden later werd André aangegeven door ‘valse broeders’ en belandde hij in de gevangenis (2 Kor. 11:26). Maandenlang overleefde hij door etensresten uit de goot in zijn cel te vissen. Maar de bewakers konden zijn geloof niet breken. Toen Josephine hem mocht bezoeken, fluisterde hij door de tralies: ‘Wees niet bang. Of ze me nu doden of vrijlaten, ik blijf trouw aan Jehovah. Ik ga nog liever dood dan dat ik als verrader naar buiten loop.’
Na zes maanden gevangenis voerde André zijn eigen verdediging voor het Hooggerechtshof van Jakarta, wat leidde tot zijn vrijlating.
Ongeveer 30 jaar later werden Jehovah’s Getuigen opnieuw verboden. De openbare aanklager in Manado (Noord-Sulawesi) liet André naar zijn kantoor halen en vroeg: ‘Weet u dat Jehovah’s Getuigen verboden zijn?’
‘Ja’, zei André.
‘Bent u nu bereid van religie te veranderen?’
André leunde naar voren en sloeg vol overgave op zijn borst. ‘U kunt mijn hart uit mijn lichaam rukken, maar ik zal nooit van religie veranderen’, zei hij met bulderende stem.
De openbare aanklager liet André gaan en viel hem nooit meer lastig.
In 2000 stierf André op 85-jarige leeftijd, na een loopbaan van 60 jaar als ijverige pionier.