RESULTATEN UIT HET WERELDWIJDE VELD
Europa
-
LANDEN 47
-
INWONERS 743.421.605
-
VERKONDIGERS 1.614.244
-
BIJBELSTUDIES 842.091
Een misverstand leidt tot een Bijbelstudie
Het internationale congres in Londen (Engeland) was een gedenkwaardig evenement voor zowel de afgevaardigden als de plaatselijke broeders en zusters. Andrew en Elizabeth gingen naar een hotel in Londen om kennis te maken met enkele afgevaardigden. In de receptie zagen ze een vrouw in nette kleding. Ze zag eruit als een zuster. Elizabeth
begroette haar met een omhelzing. De vrouw reageerde verbaasd en Elizabeth zei: ‘O, sorry. Ik dacht dat u een afgevaardigde was!’‘Een afgevaardigde?’, vroeg de vrouw.
Elizabeth wees naar een bordje bij de receptie waarop Jehovah’s Getuigen welkom geheten werden. Tot haar verrassing zei de vrouw: ‘Wat grappig! Zie ik eruit als een Getuige?’
Er volgde een gesprekje en Elizabeth kwam erachter dat de vrouw Vivien heette, oorspronkelijk uit Nigeria kwam en maar een paar minuten bij hen vandaan woonde. Vivien wilde graag Bijbelstudie — samen met haar kinderen. Toen Andrew en Elizabeth haar later bezochten, was het hun beurt om omhelsd te worden. De toevallige ontmoeting in het centrum van Londen had duidelijk veel indruk op Vivien gemaakt. Andrew en Elizabeth lieten Vivien het Leert de bijbel-boek zien. Tot hun verbazing zei Vivien dat ze al een exemplaar had en het samen met vier van haar kinderen las. Toen ze hoorde dat dat het boek is dat bij de Bijbelstudie gebruikt wordt, zei ze: ‘Laten we meteen beginnen!’
Een brief van een Romabroeder
In november 2014 werd de eerste Romani-gemeente in Slowakije opgericht. Kort geleden werden er op een kringvergadering 21 Romani-sprekende verkondigers gedoopt. Ze kwamen allemaal uit hetzelfde dorp. Tijdens het Avondmaal van de Romani-gemeente waren er 495 aanwezigen. Een pasgedoopte broeder schreef het volgende:
‘Ik behoor tot de Roma in Žehra, Slowakije. Waar ik woon, kijken veel blanken op ons neer. Ze vinden ons vies en denken dat we liegen en stelen. Toen ik een keer een kerkdienst wilde bezoeken, zei de conciërge dat ik daar niet thuishoorde en maar beter kon gaan. Jullie kunnen je voorstellen dat dat soort ervaringen veel invloed hadden op mijn mening over blanken. Toen nodigden Jehovah’s Getuigen me uit voor een vergadering in de Koninkrijkszaal. Vol argwaan ging ik erheen, want ik verwachtte weer teleurgesteld te worden. Maar tot mijn grote verbazing werd ik al buiten de Koninkrijkszaal hartelijk welkom geheten door een blanke man die me de hand schudde. Tijdens de openbare lezing kon ik niet opletten. Het enige waaraan ik kon denken, was: hoe is het mogelijk dat iedereen zo aardig voor me is?
Die nacht kon ik niet slapen door wat ik in de Koninkrijkszaal had meegemaakt. Ik besloot nog een vergadering te bezoeken om te zien of die vriendelijkheid gewoon toeval was geweest. Maar tijdens mijn volgende bezoek was iedereen nóg aardiger. Het was alsof ik een goede vriend van ze was. Ik bleef de vergaderingen bezoeken en werd uiteindelijk gedoopt. Na mijn doop bleven de broeders en zusters aardig. Het is duidelijk dat ze me waarderen. Als ik bijvoorbeeld bij ze uitgenodigd ben om te eten, is alleen het beste goed genoeg! Ik wil deze organisatie nooit meer verlaten en Jehovah altijd blijven dienen.’
Haar gebed om moed werd verhoord
In Azerbeidzjan reisde een zuster, Aysel, met de bus van Ganja naar Bakoe. Ze bad tot Jehovah en vertelde hem dat ze tijdens de reis zo graag met iemand over de
Bijbel zou willen praten. Hoewel Aysel een gereserveerde plaats had, vroeg een vrouw of ze alsjeblieft naast haar wilde zitten. Ze raakten met elkaar aan de praat en Aysel wist het gesprek richting de Bijbel te sturen. De vrouw vertelde haar dat ze van Jezus hield en graag meer over hem wilde weten. Ze wisselden telefoonnummers uit en spraken af elkaar weer te ontmoeten. De vrouw vroeg of Aysel dan een bijbel zou kunnen meebrengen.Terug in Ganja bezocht Aysel de vrouw op haar werk. De vrouw vertelde dat ze een ‘gebedenboek’ had waarin ze elke dag las. Aysel was aangenaam verrast toen dat het dagtekstboekje van 2013 bleek te zijn! Er werd een Bijbelstudie begonnen en Aysel was blij dat Jehovah haar de moed had gegeven informeel getuigenis te geven.
Een bedankbrief uit de gevangenis
De volgende brief komt uit Spanje:
‘Om te beginnen wil ik jullie bedanken voor jullie werk om alle soorten mensen met het goede nieuws uit de Bijbel te bereiken.
Ik ontmoette Jehovah’s Getuigen voor het eerst in Tirana, Albanië. Dat is nu 15 jaar geleden. Ik hoorde bij een bende van tien jongeren. Tot mijn verbazing was er een Getuige die de moed had op ons af te stappen. We droegen wapens en niemand durfde met ons te praten. Maar hij wel. Hij sprak moedig met ons over de Bijbel. Dat maakte veel indruk op me.
Vier jaar geleden werd ik hier in Spanje, in de gevangenis, door een Getuige bezocht. Hij bood aan de Bijbel met me te bestuderen en daar ging ik op in. Daardoor ben ik geleidelijk aan een beter mens geworden. Ik ben
niet meer gewelddadig en agressief. Ik ben al jaren niet meer bij criminaliteit betrokken. Ik heb Jehovah leren kennen en dat heeft richting aan mijn leven gegeven. Ik probeer met iedereen de vrede te bewaren en ben al meer dan een jaar ongedoopte verkondiger.Ik zit nu al 12 jaar in de gevangenis, maar de afgelopen 4 jaar ben ik gelukkiger en rustiger dan ooit tevoren. Hiervoor bedank ik Jehovah elke dag.
Een paar weken geleden bekeek ik een paar filmpjes op jw.org. Het filmpje over een broeder in de Verenigde Staten die in de gevangenis heeft gezeten, greep me erg aan. Ik ben van nature niet emotioneel, maar toen ik zag welke veranderingen hij in zijn leven had aangebracht, kon ik mijn tranen niet bedwingen.
Mag Jehovah jullie inspanningen blijven zegenen om het goede nieuws in veel talen te vertalen en om in gevangenissen te prediken, zodat nog veel mensen bereikt kunnen worden.
Heel erg bedankt.’
‘Ik heb eindelijk rust gevonden’
Felicity (68) uit Zweden vertelt: ‘Ik had altijd het gevoel dat er iets ontbrak in mijn leven. Ik had geen doel in het leven en was voortdurend op zoek naar innerlijke rust, wat niet voor mij weggelegd leek.’ Omdat ze niet tevreden was met haar katholieke geloof, begon ze zich in allerlei religies te verdiepen. Uiteindelijk raakte ze verwikkeld in hekserij en waarzeggerij.
Omdat ze geen doel in haar leven vond, werd ze zo wanhopig dat ze overwoog uit het leven te stappen. ‘Met mijn gezicht nat van de tranen vroeg ik God luid wat hij wilde dat ik deed. Twee weken later werd er op mijn deur geklopt. Daar stond een vriendelijke jonge man die me vroeg of ik meer wilde weten over de Bijbel. Ik dacht: nee, God, dat bedoelde ik niet; geen Jehovah’s Getuigen!’
Hoewel ze in eerste instantie de deur dicht wilde doen, besloot ze naar hem te luisteren. Ze aanvaardde een Bijbelstudie uit het Leert de bijbel-boek. ‘We bestudeerden de Bijbel vanuit een voor mij nieuw perspectief’, vertelt ze. Felicity werd in 2014 gedoopt tijdens een regionaal congres in Zweden. Ze zegt: ‘Dit is waar ik mijn hele leven naar gezocht heb. Ik heb eindelijk rust gevonden.’