Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

HOOFDSTUK 6

‘Hij heeft gehoorzaamheid geleerd’

‘Hij heeft gehoorzaamheid geleerd’

1, 2. Waarom is een vader blij als hij ziet dat zijn zoontje hem gehoorzaamt, en wat leert dat ons over Jehovah’s gevoelens?

 EEN vader kijkt uit het raam naar zijn zoontje die met een paar vriendjes in de voortuin speelt. Ineens stuitert hun bal de straat op. De jongen wil de bal natuurlijk graag terug, en een van zijn vriendjes spoort hem aan om de bal te gaan halen. Maar de jongen schudt zijn hoofd en zegt: ‘Daar mag ik niet komen.’ Er komt een glimlach op het gezicht van de vader.

2 Waarom is de vader zo blij? Omdat hij tegen zijn zoon heeft gezegd dat hij niet in zijn eentje de straat op mag. Als zijn zoon gehoorzaamt terwijl hij niet doorheeft dat zijn vader kijkt, weet de vader dat zijn zoon gehoorzaamheid leert en daardoor veel minder gevaar loopt. Die vader voelt hetzelfde als onze hemelse Vader. Jehovah weet dat als we hem trouw willen blijven en de mooie toekomst willen meemaken die hij ons heeft beloofd, we moeten leren op hem te vertrouwen en hem te gehoorzamen (Spreuken 3:5, 6). Om ons daarbij te helpen heeft hij voorzien in de beste menselijke leraar ooit.

3, 4. Hoe heeft Jezus ‘gehoorzaamheid geleerd’ en hoe is hij ‘volmaakt geworden’? Illustreer dat.

3 De Bijbel zegt iets bijzonders over Jezus: ‘Hoewel hij een zoon was, heeft hij gehoorzaamheid geleerd door wat hij heeft geleden. En toen hij volmaakt was geworden, werd hij verantwoordelijk voor de eeuwige redding van iedereen die hem gehoorzaamt’ (Hebreeën 5:8, 9). Jezus had onmetelijk lang in de hemel geleefd. Hij had gezien dat Satan en de andere opstandige engelen Jehovah niet gehoorzaamden, maar hij had zich nooit bij hen aangesloten. In een geïnspireerde profetie werden de volgende woorden op hem toegepast: ‘Ik was niet opstandig’ (Jesaja 50:5). Als Jezus altijd volmaakt gehoorzaam was aan zijn Vader, waarom wordt er dan over hem gezegd: ‘Hij heeft gehoorzaamheid geleerd’? En hoe kon de volmaakte Zoon ‘volmaakt worden’?

4 Sta eens stil bij de volgende illustratie: Een soldaat heeft een ijzeren zwaard. Hoewel het nooit in de strijd is getest, is het perfect van vorm en goed gemaakt. Toch ruilt de soldaat het in voor een zwaard van een sterker metaal: gehard staal. Dat nieuwe zwaard heeft zijn diensten al bewezen in de strijd. Dat is zeker een verstandige ruil! Ook op de gehoorzaamheid van Jezus was niets aan te merken voordat hij naar de aarde kwam. Maar na zijn leven op aarde was zijn gehoorzaamheid van een totaal andere kwaliteit. Die was nu als het ware gehard — getest door beproevingen waarmee hij in de hemel nooit geconfronteerd had kunnen worden.

5. Waarom was Jezus’ gehoorzaamheid zo belangrijk, en wat zullen we in dit hoofdstuk bespreken?

5 Gehoorzaamheid was een essentieel onderdeel van de taak waarvoor Jezus naar de aarde kwam. Jezus wordt ‘de laatste Adam’ genoemd omdat hij kwam doen wat Adam had nagelaten: gehoorzaam blijven aan Jehovah, zelfs onder beproevingen (1 Korinthiërs 15:45). Toch gehoorzaamde Jezus Jehovah niet uit plichtsgevoel. Jezus gehoorzaamde met heel zijn verstand, hart en ziel. En hij deed dat met vreugde. Het doen van de wil van zijn Vader was zelfs belangrijker voor hem dan eten! (Johannes 4:34) Wat zal ons helpen Jezus’ gehoorzaamheid na te volgen? We zullen eerst stilstaan bij Jezus’ motieven. Als we Jehovah met dezelfde motieven gehoorzamen als Jezus, zal dat ons helpen om verleidingen te weerstaan en Gods wil te doen. Daarna gaan we bespreken hoe Jehovah ons zal belonen als we hem net als Jezus gehoorzamen.

Jezus’ motieven om Jehovah te gehoorzamen

6, 7. Wat waren enkele motieven van Jezus om gehoorzaam te zijn?

6 Jezus’ gehoorzaamheid was het resultaat van wat er in zijn hart leefde. Zoals we in hoofdstuk 3 hebben gezien, was hij nederig van hart. Mensen die trots zijn willen helemaal niemand gehoorzamen, maar nederigheid zal iemand helpen om Jehovah bereidwillig te gehoorzamen (Exodus 5:1, 2; 1 Petrus 5:5, 6). Nog iets wat Jezus hielp om gehoorzaam te zijn, waren de dingen waar hij van hield en de dingen die hij haatte.

7 Jezus hield in de eerste plaats van zijn hemelse Vader, Jehovah. Over die liefde zullen we het in hoofdstuk 13 uitgebreid hebben. Door die liefde ontwikkelde Jezus ontzag voor Jehovah. Zijn liefde voor Jehovah was zo groot en zijn ontzag voor hem zo diep dat hij niets wilde doen om de goedkeuring van zijn Vader te verliezen. Jezus’ ontzag voor Jehovah was een van de redenen waarom zijn gebeden werden verhoord (Hebreeën 5:7). Nu Jezus de Koning van Gods Koninkrijk is, blijkt uit zijn bestuur dat hij nog steeds diep ontzag voor Jehovah heeft (Jesaja 11:3).

Blijkt uit je keus van entertainment dat je het slechte haat?

8, 9. Hoe dacht Jezus over rechtvaardigheid en slechtheid, en hoe toonde hij dat?

8 Liefde voor Jehovah betekent ook te haten wat hij haat. Kijk bijvoorbeeld eens naar deze profetie, die tot de Messiaanse Koning gericht is: ‘Je hebt rechtvaardigheid liefgehad en slechtheid gehaat. Daarom heeft God, jouw God, je gezalfd met de olie van vreugde, meer dan je metgezellen’ (Psalm 45:7). De ‘metgezellen’ van Jezus waren de andere koningen in de geslachtslijn van koning David. Toen Jezus door Jehovah werd gezalfd als Koning, had hij meer vreugde dan al die andere koningen. Waarom? Zijn beloning zou veel groter zijn dan die van hen, en zijn koningschap zou oneindig veel meer tot stand brengen. Hij werd beloond omdat zijn liefde voor rechtvaardigheid en zijn haat tegen slechtheid hem motiveerden om God in alles te gehoorzamen.

9 Hoe liet Jezus zien hoe hij over rechtvaardigheid en slechtheid dacht? Hoe reageerde hij bijvoorbeeld toen zijn volgelingen zijn instructies voor de prediking gehoorzaamden en daarvoor werden gezegend? ‘Hij werd vervuld met vreugde’ (Lukas 10:1, 17, 21). En hoe voelde Jezus zich toen de inwoners van Jeruzalem maar niet naar hem wilden luisteren, ondanks al zijn pogingen om hen te helpen? Hij huilde vanwege hun opstandige gedrag (Lukas 19:41, 42). Jezus werd heel diep geraakt door zowel goed als slecht gedrag.

10. Wat voor gevoelens moeten we ontwikkelen tegenover het goede en het slechte, en wat zal ons daarbij helpen?

10 Als we over Jezus’ gevoelens mediteren, zal dat ons helpen onze eigen motieven voor gehoorzaamheid aan Jehovah te onderzoeken. Hoewel we onvolmaakt zijn, kunnen we leren om van het goede te houden en het slechte intens te haten. We moeten Jehovah in gebed vragen ons te helpen dezelfde gevoelens als hij en zijn Zoon te ontwikkelen (Psalm 51:10). Tegelijkertijd moeten we invloeden vermijden die zulke gevoelens zullen afstompen. Daarvoor is het belangrijk om goede keuzes te maken op het gebied van entertainment en omgang (Spreuken 13:20; Filippenzen 4:8). Als we dezelfde motieven als Jezus ontwikkelen, zullen we niet gewoon gehoorzamen uit plichtsbesef. We zullen het goede doen omdat we het graag doen. We zullen verkeerd gedrag vermijden, niet uit angst om betrapt te worden maar omdat we zulk gedrag haten.

‘Hij heeft geen zonde begaan’

11, 12. (a) Wat gebeurde er aan het begin van Jezus’ bediening? (b) Wat was Satans eerste poging om Jezus op de proef te stellen, en welke sluwe tactieken gebruikte hij?

11 Jezus’ haat tegen zonde werd al aan het begin van zijn bediening op de proef gesteld. Na zijn doop bracht hij 40 dagen en nachten in de woestijn door zonder te eten. Aan het eind van die periode kwam Satan om hem op de proef te stellen. Let eens op hoe sluw Satan was (Mattheüs 4:1-11).

12 Satan zei eerst: ‘Als je een zoon van God bent, zeg dan tegen deze stenen dat ze broden moeten worden’ (Mattheüs 4:3). Hoe voelde Jezus zich nadat hij zo lang gevast had? De Bijbel zegt: ‘Hij had honger’ (Mattheüs 4:2). Satan maakte dus misbruik van het natuurlijke verlangen naar voedsel, en ongetwijfeld wachtte hij met opzet tot Jezus lichamelijk verzwakt was. Let ook op de spot in Satans woorden: ‘Als je een zoon van God bent.’ Satan wist heel goed dat Jezus ‘de eerstgeborene van de hele schepping’ was (Kolossenzen 1:15). Maar Jezus liet zich niet door Satan provoceren om Jehovah ongehoorzaam te zijn. Jezus wist dat het niet Gods wil was dat hij zijn vermogens zou gebruiken voor zelfzuchtige doelen. Door te weigeren dat te doen toonde hij dat hij er nederig op vertrouwde dat Jehovah in voedsel en leiding zou voorzien (Mattheüs 4:4).

13-15. (a) Wat waren Satans tweede en derde poging om Jezus te beproeven, en hoe reageerde Jezus? (b) Waarom kon Jezus nooit zijn waakzaamheid laten verslappen?

13 Voor de tweede beproeving nam Satan Jezus mee naar het hoogste punt van de tempel. Satan verdraaide Gods Woord op een slimme manier om Jezus ertoe te verleiden iets spectaculairs te doen door zich van die hoogte naar beneden te laten vallen, zodat engelen hem zouden moeten redden. Als de mensen bij de tempel zo’n wonder zagen, zou waarschijnlijk niemand er nog aan twijfelen dat Jezus de beloofde Messias was. En als de mensen Jezus op basis van die spectaculaire vertoning als de Messias aanvaardden, zou Jezus waarschijnlijk heel veel problemen en ellende kunnen vermijden. Maar Jezus dacht niet zo. Hij wist dat Jehovah wilde dat hij nederig zou zijn, en niet dat hij spectaculaire vertoningen zou gebruiken om te bewijzen dat hij de Messias was (Jesaja 42:1, 2). Opnieuw weigerde Jezus ongehoorzaam te zijn aan Jehovah. Hij was niet geïnteresseerd in roem.

14 Maar zou hij verleid kunnen worden door macht? Bij zijn derde poging bood Satan Jezus alle koninkrijken van de wereld aan als Jezus hem één keer zou aanbidden. Heeft hij Satans aanbod serieus overwogen? ‘Ga weg, Satan!’, was zijn antwoord. En hij voegde eraan toe: ‘Want er staat geschreven: “Jehovah, je God, moet je aanbidden en alleen voor hem moet je heilige dienst doen”’ (Mattheüs 4:10). Niets zou Jezus er ooit toe kunnen brengen een andere god te aanbidden. Geen enkel aanbod van macht of invloed in deze wereld zou hem ertoe kunnen bewegen Jehovah ongehoorzaam te worden.

15 Gaf Satan het op? Op Jezus’ bevel ging hij inderdaad weg. Maar in Lukas’ evangelie staat dat de Duivel ‘bij hem wegging tot er weer een geschikt moment zou komen’ (Lukas 4:13). Satan zou andere gelegenheden zoeken om Jezus op de proef te stellen, tot aan Jezus’ dood. De Bijbel zegt dat Jezus ‘in alle opzichten op de proef is gesteld’ (Hebreeën 4:15). Jezus kon dus nooit zijn waakzaamheid laten verslappen, en dat geldt ook voor ons.

16. Hoe probeert Satan Gods aanbidders in deze tijd tot zonde te verleiden, en hoe kunnen we zijn pogingen weerstaan?

16 In deze tijd probeert Satan nog steeds Gods aanbidders te beproeven. Jammer genoeg maken onze onvolmaaktheden ons vaak tot een makkelijk doelwit. Satan maakt listig misbruik van zelfzucht, trots en een verlangen naar macht. En als hij ons tot materialisme probeert te verleiden, doet hij soms zelfs een beroep op al die eigenschappen tegelijk! Het is heel belangrijk dat we af en toe de tijd nemen voor een eerlijk zelfonderzoek. Het zou goed zijn over 1 Johannes 2:15-17 te mediteren. Als je over die verzen nadenkt, kun je je afvragen of je liefde voor Jehovah misschien verzwakt is door de vleselijke verlangens van deze wereld, het verlangen naar materiële bezittingen of de wens om indruk op anderen te maken. We mogen niet vergeten dat deze wereld op het punt staat te verdwijnen, en dat geldt ook voor de heerser ervan, Satan. Weersta dus zijn listige pogingen om je tot zonde te verleiden! Volg het voorbeeld van onze Meester, die ‘geen zonde heeft begaan’ (1 Petrus 2:22).

‘Ik doe altijd wat hij wil’

17. Hoe dacht Jezus over gehoorzaamheid aan zijn Vader, maar wat zeggen sommigen misschien?

17 Gehoorzaamheid houdt veel meer in dan zonde te vermijden. Jezus volgde actief elk gebod van zijn Vader op. Hij zei: ‘Ik doe altijd wat hij wil’ (Johannes 8:29). Die gehoorzaamheid gaf Jezus veel vreugde. Maar sommigen zeggen misschien dat het voor Jezus veel makkelijker was om gehoorzaam te zijn. Misschien denken ze dat hij alleen hoefde te luisteren naar Jehovah, die volmaakt is, terwijl wij gehoorzaam moeten zijn aan onvolmaakte mensen met een gezagspositie. Maar de waarheid is dat Jezus wel degelijk gehoorzaam was aan onvolmaakte mensen met een gezagspositie.

18. Welk voorbeeld van gehoorzaamheid gaf Jezus als jongere?

18 Terwijl Jezus opgroeide, stond hij onder het gezag van zijn onvolmaakte menselijke ouders, Jozef en Maria. Het ligt voor de hand dat hij, meer nog dan de meeste kinderen, de fouten van zijn ouders zag. Kwam hij in opstand, negeerde hij de rol die God hem had gegeven en ging hij hun vertellen hoe ze kinderen moesten grootbrengen? Kijk eens wat Lukas 2:51 over de 12-jarige Jezus zegt: ‘Hij bleef aan hen onderworpen.’ Die gehoorzaamheid maakte hem tot een uitstekend voorbeeld voor christelijke jongeren, die hun best doen om hun ouders te gehoorzamen en gepast respect voor hen te tonen (Efeziërs 6:1, 2).

19, 20. (a) Voor welke unieke uitdagingen stond Jezus? (b) Waarom moeten ware christenen in deze tijd gehoorzaam zijn aan degenen die onder hen de leiding nemen?

19 Wat betreft het gehoorzamen van onvolmaakte mensen stond Jezus voor uitdagingen waarmee ware christenen in deze tijd nooit te maken zullen krijgen. Denk eens aan de unieke tijd waarin hij leefde. Het Joodse religieuze stelsel, met de tempel in Jeruzalem en de priesterschap, had heel lang Jehovah’s goedkeuring gehad maar zou kort daarna verworpen worden en vervangen worden door de regeling van de christelijke gemeente (Mattheüs 23:33-38). Ondertussen onderwezen veel religieuze leiders onwaarheden die gebaseerd waren op de Griekse filosofie. In de tempel was zo veel corruptie dat Jezus het ‘een rovershol’ noemde (Markus 11:17). Bleef Jezus dan maar weg uit de tempel en uit de synagogen? Nee! Jehovah maakte nog steeds gebruik van die regelingen. Zolang Jehovah niet ingreep en veranderingen aanbracht, ging Jezus gehoorzaam naar de feesten in de tempel en naar de synagoge (Lukas 4:16; Johannes 5:1).

20 Als Jezus onder die omstandigheden gehoorzaam was, dan moeten ware christenen in deze tijd al helemaal gehoorzaam zijn! We leven tenslotte in een heel andere tijd, de tijd waarin de zuivere aanbidding is hersteld. Jehovah verzekert ons ervan dat hij zijn herstelde volk nooit door Satan zal laten verontreinigen (Jesaja 2:1, 2; 54:17). Het is waar dat iedereen in de christelijke gemeente onvolmaakt en zondig is. Maar we mogen de tekortkomingen van anderen nooit als excuus gebruiken om ongehoorzaam aan Jehovah te zijn, bijvoorbeeld door weg te blijven van de vergaderingen of kritiek te hebben op de ouderlingen. Steun in plaats daarvan bereidwillig degenen die de leiding nemen in de gemeente. Bezoek gehoorzaam de gemeentevergaderingen en de grotere vergaderingen en pas de Bijbelse raad toe die je daar krijgt (Hebreeën 10:24, 25; 13:17).

We passen gehoorzaam toe wat we op de vergaderingen leren

21. Hoe reageerde Jezus als anderen probeerden hem ervan af te houden Jehovah te gehoorzamen, en hoe kunnen we zijn voorbeeld volgen?

21 Jezus liet zich er nooit door mensen van afhouden Jehovah te gehoorzamen, ook niet door vrienden die het goed bedoelden. Petrus bijvoorbeeld probeerde zijn Meester ervan te overtuigen dat het niet nodig was te lijden en te sterven. Jezus wees Petrus’ goedbedoelde maar misplaatste raad om goed voor zichzelf te zijn, resoluut af (Mattheüs 16:21-23). In deze tijd proberen familieleden ons er vaak met goede bedoelingen van te overtuigen dat we Gods wetten en principes niet hoeven te gehoorzamen. Maar net als Jezus’ volgelingen in de eerste eeuw zijn we van mening dat we ‘God als regeerder meer moeten gehoorzamen dan mensen’ (Handelingen 5:29).

Jehovah beloont gehoorzaamheid

22. Welke vraag beantwoordde Jezus, en hoe?

22 Op de dag dat Jezus zou sterven, werd zijn gehoorzaamheid tot het uiterste beproefd. Op die donkere dag ‘leerde hij gehoorzaamheid’ in de volste zin van het woord. Hij deed de wil van zijn Vader, niet zijn eigen wil (Lukas 22:42). Jezus bleef zijn hele leven trouw aan Jehovah en gaf daarmee een volmaakt voorbeeld van gehoorzaamheid (1 Timotheüs 3:16). Hij gaf antwoord op de eeuwenoude vraag: kan een volmaakt mens zelfs onder beproevingen gehoorzaam blijven aan Jehovah? Adam had gefaald, en Eva ook. Maar toen kwam Jezus, en door de manier waarop hij leefde en stierf, bewees hij dat Satan een leugenaar was. Jezus, de belangrijkste schepping van Jehovah, gaf het krachtigste antwoord dat maar mogelijk is. Hij gehoorzaamde, ook al kostte hem dat heel veel.

23-25. (a) Hoe houdt gehoorzaamheid verband met trouw aan Jehovah? Illustreer dat. (b) Waar gaat het volgende hoofdstuk over?

23 Door Jehovah te gehoorzamen, laten we zien dat we van hem houden en hem ons hele leven trouw willen blijven. Doordat Jezus gehoorzaam was, liet hij zien dat hij heel veel van Jehovah hield, tot voordeel van de hele mensheid (Romeinen 5:19). Jehovah heeft hem daar rijk voor beloond. Als wij onze Meester, Christus, gehoorzamen, zal Jehovah ook ons belonen. Gehoorzaamheid aan Christus leidt tot ‘eeuwige redding’! (Hebreeën 5:9)

24 Personen die Jehovah trouw blijven, worden op nog een manier beloond. Spreuken 10:9 zegt: ‘Wie oprecht wandelt, wandelt veilig.’ Denk hier eens over na: Je zou het leven van iemand die oprecht is en trouw aan Jehovah kunnen vergelijken met een grote villa die gebouwd wordt met bakstenen. Elke keer als die persoon Jehovah gehoorzaamt, is het alsof hij een baksteen eraan toevoegt. Eén baksteen lijkt misschien onbelangrijk, maar elke steen is waardevol. En als er veel stenen worden samengevoegd, ontstaat er iets wat nog veel waardevoller is. Als we Jehovah dag in dag uit, jaar in jaar uit, blijven gehoorzamen, bouwen we aan een prachtig huis: een leven van oprechtheid en trouw.

25 Iemand die Jehovah lange tijd gehoorzaamt, toont nog een eigenschap: volharding. Over dat aspect van Jezus’ voorbeeld gaat het volgende hoofdstuk.