Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

HOOFDSTUK 25

‘Het liefdevolle medegevoel van onze God’

‘Het liefdevolle medegevoel van onze God’

1, 2. (a) Hoe reageert een moeder van nature als haar baby huilt? (b) Welk gevoel is nog sterker dan het medegevoel van een moeder?

 MIDDEN in de nacht begint een baby te huilen. De moeder wordt meteen wakker. Sinds de geboorte van de baby slaapt ze niet meer zo vast. Ze heeft geleerd om aan de manier van huilen te herkennen wat haar baby nodig heeft — of hij honger heeft, geknuffeld wil worden of iets anders nodig heeft. Maar om wat voor reden de baby ook huilt, de moeder reageert erop. Ze kan het niet over haar hart krijgen haar kind te negeren.

2 Het medegevoel van een moeder met haar eigen kind is een van de meest tedere gevoelens die een mens kan hebben. Maar er is een gevoel dat nog veel sterker is: het liefdevolle medegevoel van onze God, Jehovah. Als we meer over die prachtige eigenschap te weten komen, zal dat ons helpen dichter tot Jehovah te naderen. We gaan bespreken wat medegevoel inhoudt en hoe Jehovah die eigenschap toont.

Wat is medegevoel?

3. Wat is de betekenis van het Hebreeuwse werkwoord dat wordt vertaald met ‘barmhartig zijn’ of ‘medelijden hebben’?

3 In de Bijbel bestaat een nauw verband tussen medegevoel en barmhartigheid. Er zijn een aantal Hebreeuwse en Griekse woorden die de gedachte aan liefdevol medegevoel overbrengen. Eén daarvan is het Hebreeuwse werkwoord racham, dat vaak wordt vertaald met ‘barmhartig zijn’ of ‘medelijden hebben’. Een Bijbels woordenboek legt uit dat het werkwoord racham duidt op ‘een diep en teder gevoel van compassie, zoals dat wordt opgewekt als we zien dat een dierbare of iemand die onze hulp nodig heeft, zwak is of lijden ondergaat’. Jehovah gebruikt dit Hebreeuwse woord om zijn eigen gevoel te beschrijven. Het woord is verwant aan het woord voor ‘baarmoeder’ en kan ook worden vertaald met ‘moederlijk medegevoel’ (Exodus 33:19; Jeremia 33:26). a

‘Kan een vrouw haar zuigeling vergeten?’

4, 5. Hoe helpt de Bijbel ons te begrijpen wat Jehovah’s medegevoel inhoudt?

4 De Bijbel gebruikt de gevoelens van een moeder voor haar baby om ons te helpen begrijpen wat Jehovah’s medegevoel inhoudt. In Jesaja 49:15 staat: ‘Kan een vrouw haar zuigeling vergeten of geen medegevoel hebben [racham] met de zoon van haar buik? Ook al zou zo’n vrouw hem vergeten, ik zou jou nooit vergeten.’ Die ontroerende beschrijving laat zien hoe intens Jehovah’s medegevoel met zijn volk is. Waarom kunnen we dat zeggen?

5 Het is moeilijk voor te stellen dat een moeder zou vergeten haar baby te voeden en te verzorgen. Een baby is hulpeloos en heeft dag en nacht de aandacht en liefde van zijn moeder nodig. Jammer genoeg zijn er toch moeders die hun kind verwaarlozen, vooral in deze ‘zware tijden’ waarin veel mensen ‘geen natuurlijke genegenheid hebben’ (2 Timotheüs 3:1, 3). Maar Jehovah zegt: ‘Ik zou jou nooit vergeten.’ Het medegevoel dat Jehovah met zijn aanbidders heeft, zal nooit afnemen. Het is oneindig veel sterker dan het tederste natuurlijke gevoel dat je je kunt voorstellen: het medegevoel dat de meeste moeders met hun baby hebben. Daarom zei een Bijbelgeleerde over Jesaja 49:15: ‘Dit is in het Oude Testament een van de sterkste uitingen van Gods liefde, zo niet de sterkste.’

6. Hoe denken veel onvolmaakte mensen over medegevoel, maar waarvan verzekert Jehovah ons?

6 Is medegevoel een teken van zwakte? Veel onvolmaakte mensen denken dat. De Romeinse filosoof Seneca bijvoorbeeld, een tijdgenoot van Jezus en een vooraanstaande intellectueel in Rome, zei dat ‘medelijden een zwakheid van de geest is’. Seneca was een voorstander van het stoïcisme, een filosofie die de nadruk legt op kalme berusting zonder gevoelens. Een verstandig persoon zal mensen die het moeilijk hebben misschien helpen, zei Seneca, maar hij mag niet toelaten dat hij medelijden voelt, want dat gevoel zou hem zijn sereniteit kosten. Zo iemand, die alleen met zichzelf bezig is, kan geen echt medegevoel tonen. Maar Jehovah is heel anders! In zijn Woord verzekert hij ons ervan dat hij ‘heel meelevend en barmhartig is’ (Jakobus 5:11). Zoals we zullen zien, is medegevoel geen zwakheid maar juist een sterke eigenschap. We gaan ook zien hoe Jehovah die eigenschap toont als een liefdevolle ouder.

Jehovah toonde medegevoel met een volk

7, 8. Wat voor lijden maakten de Israëlieten in het oude Egypte mee, en hoe reageerde Jehovah daarop?

7 Het medegevoel van Jehovah is duidelijk te zien in hoe hij met het volk Israël omging. Tegen het eind van de 16de eeuw v.Chr. waren miljoenen Israëlieten slaven in het oude Egypte, waar ze zwaar werden onderdrukt. De Egyptenaren ‘maakten hun het leven erg moeilijk en lieten hen leemmortel en bakstenen maken en zwaar werk doen’ (Exodus 1:11, 14). In hun ellende riepen de Israëlieten tot Jehovah om hulp. Wat deed dat met Jehovah, en hoe reageerde hij?

8 Jehovah’s hart werd geraakt. Hij zei: ‘Ik heb gezien hoe moeilijk mijn volk het in Egypte heeft, en ik heb hun hulpgeroep vanwege hun onderdrukkers gehoord. Ik weet heel goed wat voor lijden ze ondergaan’ (Exodus 3:7). Jehovah kon het lijden van zijn volk niet zien en hun geroep niet horen zonder met hen mee te voelen. Zoals we in hoofdstuk 24 van dit boek hebben gezien, is Jehovah een God met empathie. En empathie — het vermogen zich in de pijn van anderen in te leven — is nauw verwant aan medegevoel. Maar Jehovah voelde niet alleen met zijn volk mee. Hij werd ertoe bewogen iets voor hen te doen. Jesaja 63:9 zegt: ‘In zijn liefde en in zijn medegevoel heeft hij ze teruggekocht.’ Met ‘een sterke hand’ redde Jehovah de Israëlieten uit Egypte (Deuteronomium 4:34). Daarna gaf hij ze door een wonder voedsel en bracht hij ze naar een vruchtbaar land dat van hen werd.

9, 10. (a) Waarom bevrijdde Jehovah de Israëlieten herhaaldelijk nadat ze zich in het beloofde land hadden gevestigd? (b) Van welke onderdrukking bevrijdde Jehovah de Israëlieten in de tijd van Jefta, en wat motiveerde hem daartoe?

9 Jehovah bleef medegevoel met de Israëlieten tonen. Toen ze zich in het beloofde land hadden gevestigd, werden ze Jehovah herhaaldelijk ontrouw. Het gevolg was dat het slecht met ze ging. Maar dan kwamen ze tot bezinning en riepen ze tot Jehovah om hulp. Steeds opnieuw bevrijdde hij hen. Waarom? ‘Omdat hij medegevoel had met zijn volk’ (2 Kronieken 36:15; Rechters 2:11-16).

10 Sta bijvoorbeeld eens stil bij wat er in de tijd van Jefta gebeurde. Omdat de Israëlieten valse goden waren gaan aanbidden, liet Jehovah toe dat ze 18 jaar door de Ammonieten werden onderdrukt. Uiteindelijk kregen de Israëlieten berouw. De Bijbel zegt: ‘Ze deden de vreemde goden weg en gingen Jehovah dienen. Toen kon hij het lijden van Israël niet meer aanzien’ (Rechters 10:6-16). b Toen zijn volk oprecht berouw had, kon Jehovah hun lijden niet langer aanzien. Omdat hij medelijden met ze had, gebruikte hij Jefta om ze van hun vijanden te bevrijden (Rechters 11:30-33).

11. Wat leert de manier waarop Jehovah met de Israëlieten omging ons over medegevoel?

11 Wat leert de manier waarop Jehovah met het volk Israël omging ons over medegevoel? In de eerste plaats leren we dat het meer is dan gewoon meeleven met mensen die lijden ondergaan. Denk nog eens aan het voorbeeld van een moeder die uit medegevoel naar haar huilende baby toe gaat. Zo is het ook met Jehovah. Als zijn aanbidders tot hem om hulp roepen, beweegt zijn medegevoel hem ertoe hen te helpen. We leren ook dat medegevoel geen zwakheid is, want Jehovah’s medegevoel zette hem ertoe aan om voor de Israëlieten te strijden en ze te redden van hun vijanden. Maar toont Jehovah alleen medegevoel met zijn aanbidders als groep?

Jehovah’s medegevoel met afzonderlijke personen

12. Hoe bleek uit de wet Jehovah’s medegevoel met afzonderlijke personen?

12 De wet die Jehovah aan het volk Israël gaf, liet zien dat hij medegevoel had met afzonderlijke personen. Denk bijvoorbeeld aan zijn zorg voor arme mensen. Jehovah wist dat een Israëliet door onvoorziene omstandigheden plotseling arm kon worden. Hoe moesten arme mensen behandeld worden? Jehovah gaf de Israëlieten het gebod: ‘Wees niet harteloos of gierig tegenover je arme broeder. Je moet dus gul voor hem zijn en je moet zonder tegenzin aan hem geven, want Jehovah, je God, zal om die reden alles zegenen wat je doet en onderneemt’ (Deuteronomium 15:7, 10). Jehovah zei verder dat de Israëlieten niet helemaal tot aan de rand van hun akkers mochten oogsten en dat ze niet mochten oprapen wat van de oogst was blijven liggen. Dat moesten ze laten liggen voor arme mensen (Leviticus 23:22; Ruth 2:2-7). Als de Israëlieten zich aan die wetten hielden, hoefden arme Israëlieten niet om voedsel te bedelen. Dat laat zien hoeveel medegevoel Jehovah heeft met mensen die hulp nodig hebben.

13, 14. (a) Hoe weten we dat Jehovah echt om ons als afzonderlijke personen geeft? (b) Hoe zou je illustreren dat Jehovah dicht bij personen met ‘een gebroken hart’ of ‘een verbrijzelde geest’ is?

13 Ook in deze tijd geeft onze liefdevolle God heel veel om elk van ons. Je kunt er zeker van zijn dat hij heel goed weet wat je allemaal meemaakt. De psalmist David schreef: ‘De ogen van Jehovah zijn gericht op de rechtvaardigen en zijn oren luisteren naar hun hulpgeroep. Jehovah is dicht bij mensen met een gebroken hart, hij redt personen met een verbrijzelde geest’ (Psalm 34:15, 18). Een Bijbelgeleerde legde uit dat de uitdrukkingen ‘gebroken hart’ en ‘verbrijzelde geest’ een beschrijving zijn van personen die gedeprimeerd zijn vanwege hun onvolmaaktheden en die het gevoel hebben dat ze niets waard zijn. Zulke personen kunnen denken dat Jehovah ver weg is en dat ze voor hem zo onbelangrijk zijn dat hij geen aandacht voor ze heeft. Maar dat is niet waar. Davids woorden verzekeren ons ervan dat Jehovah zulke personen niet in de steek laat. Jehovah weet dat we hem op zulke momenten meer dan ooit nodig hebben, en hij is dichtbij.

14 Sta eens stil bij de volgende ervaring. Een moeder in de Verenigde Staten bracht haar zoontje van twee met spoed naar het ziekenhuis omdat hij een ernstige kroepaanval had. Nadat de artsen hem hadden onderzocht, lieten ze de moeder weten dat hij een nacht in het ziekenhuis moest blijven. Waar sliep de moeder die nacht? Op een stoel naast het bed van haar zoontje! Haar kind was ziek, en ze moest gewoon dicht bij hem zijn. Daarmee volgde de moeder Jehovah’s medegevoel na, want we zijn naar zijn beeld gemaakt (Genesis 1:26). We kunnen er zeker van zijn dat onze liefhebbende hemelse Vader nog veel meer voor ons zal doen! De ontroerende woorden in Psalm 34:18 vertellen ons dat Jehovah net als een liefdevolle ouder altijd dichtbij is als we ‘een gebroken hart’ of ‘een verbrijzelde geest’ hebben. Hij toont altijd medegevoel en is bereid ons te helpen.

15. Op welke manieren helpt Jehovah afzonderlijke personen?

15 Hoe helpt Jehovah ons dan als afzonderlijke personen? Hij neemt niet altijd de oorzaak van ons lijden weg. Maar hij heeft veel voorzieningen getroffen voor personen die tot hem om hulp roepen. In de Bijbel staat praktische raad die je kan helpen met de situatie om te gaan. In de gemeente voorziet Jehovah in bekwame ouderlingen, die hun best doen om net als hij medegevoel te tonen als ze geloofsgenoten helpen (Jakobus 5:14, 15). Als de ‘Hoorder van gebeden’ geeft hij ‘heilige geest (...) aan degenen die hem erom vragen’ (Psalm 65:2; Lukas 11:13). Die geest kan ons kracht geven ‘die wat normaal is te boven gaat’, zodat we kunnen volharden totdat Gods Koninkrijk alle problemen verwijdert (2 Korinthiërs 4:7). We zijn heel dankbaar voor al die voorzieningen. Vergeet nooit dat het allemaal manieren zijn waarop Jehovah zijn medegevoel toont.

16. Wat is het grootste voorbeeld van Jehovah’s medegevoel, en wat betekent het voor jou?

16 Het grootste voorbeeld van Jehovah’s medegevoel is natuurlijk dat hij de persoon van wie hij het meest hield voor ons heeft gegeven als een losprijs. Jehovah bracht dat offer uit liefde zodat we bevrijd kunnen worden van zonde en dood. Vergeet nooit dat de losprijs een persoonlijk geschenk is van Jehovah aan jou. Zacharias, de vader van Johannes de Doper, zei terecht dat de losprijs op een geweldige manier ‘het liefdevolle medegevoel van onze God’ zou laten zien (Lukas 1:78).

Wanneer Jehovah geen medegevoel toont

17-19. (a) Hoe laat de Bijbel zien dat Jehovah’s medegevoel grenzen heeft? (b) Waarom toonde Jehovah geen medegevoel meer met zijn volk?

17 Moeten we denken dat Jehovah’s medegevoel geen grenzen heeft? Nee, de Bijbel laat duidelijk zien dat Jehovah terecht geen medegevoel toont als personen steeds weer tegen hem in opstand komen (Hebreeën 10:28). Om dat beter te begrijpen, gaan we kijken naar het voorbeeld van het volk Israël.

18 Hoewel Jehovah de Israëlieten herhaaldelijk bevrijdde van hun vijanden, werd uiteindelijk de grens van zijn medegevoel bereikt. Het koppige volk ging ermee door afgoden te aanbidden, en ze brachten hun walgelijke afgoden zelfs in Jehovah’s tempel! (Ezechiël 5:11; 8:17, 18) De Bijbel zegt ook: ‘Ze lachten de boodschappers van de ware God telkens uit. Ze minachtten zijn woorden en maakten zijn profeten belachelijk, totdat Jehovah woedend werd op zijn volk en er geen herstel meer mogelijk was’ (2 Kronieken 36:16). De Israëlieten bereikten een punt waarop er geen goede basis voor medegevoel meer was, en hun daden maakten Jehovah terecht woedend. Wat waren de gevolgen?

19 Jehovah kon niet langer medegevoel met zijn volk tonen. Hij zei: ‘Ik zal geen medegevoel tonen en er niet om rouwen. Ik zal niet barmhartig voor ze zijn. Niets zal me tegenhouden om ze te vernietigen’ (Jeremia 13:14). Jeruzalem en de tempel werden verwoest en de Israëlieten werden als ballingen naar Babylon gebracht. Wat is het tragisch wanneer zondige mensen zo opstandig worden dat ze het voor Jehovah onmogelijk maken om medegevoel met ze te tonen! (Klaagliederen 2:21)

20, 21. (a) Wat zal er gebeuren wanneer in onze tijd de grens van Gods medegevoel wordt bereikt? (b) Welke uiting van Jehovah’s medegevoel wordt in het volgende hoofdstuk besproken?

20 Hoe zit het in deze tijd? Jehovah is niet veranderd. Uit medegevoel heeft hij zijn Getuigen opdracht gegeven om het ‘goede nieuws van het Koninkrijk op de hele bewoonde aarde te prediken’ (Mattheüs 24:14). Als oprechte mensen positief reageren, helpt Jehovah ze om de Koninkrijksboodschap te begrijpen (Handelingen 16:14). Maar dit werk zal niet eeuwig doorgaan. Jehovah zou geen medegevoel tonen als hij eindeloos zou toelaten dat slechte mensen het leven van anderen ruïneren en ze laten lijden. Wanneer de grens van Jehovah’s medegevoel is bereikt, zal hij deze slechte wereld vernietigen. Maar zelfs dat zal hij doen uit medegevoel, want daardoor zal zijn ‘heilige naam’ worden geëerd en zullen zijn trouwe aanbidders worden gered (Ezechiël 36:20-23). Jehovah zal een eind maken aan slechtheid en een rechtvaardige nieuwe wereld brengen. Over de slechte mensen zegt Jehovah: ‘Ik zal geen medelijden hebben en geen medegevoel tonen. De consequenties van hun daden zal ik ze laten dragen’ (Ezechiël 9:10).

21 Tot die tijd heeft Jehovah medegevoel met mensen, zelfs met personen die vernietigd zullen worden. Zondige mensen die oprecht berouw hebben, kunnen voordeel hebben van een van de sterkste uitingen van Jehovah’s medegevoel: vergeving. In het volgende hoofdstuk gaan we een paar mooie illustraties uit de Bijbel bespreken die duidelijk maken hoe volledig Jehovah vergeeft.

a Het is interessant dat in Psalm 103:13 het Hebreeuwse werkwoord racham wordt gebruikt voor het medegevoel van een vader met zijn kinderen.

b De uitdrukking ‘hij kon het niet meer aanzien’ betekent letterlijk ‘zijn ziel werd ongeduldig’, ‘zijn geduld was op’.