Hedendaagse grotbewoners
Hedendaagse grotbewoners
DOOR ONTWAAKT!-CORRESPONDENT IN LESOTHO
GROTBEWONERS in deze tijd? Wij troffen er een paar aan in Lesotho, een bergachtig koninkrijk in zuidelijk Afrika. Hun dorp, Ha Kome, ligt ongeveer zestig kilometer van Maseru, de hoofdstad van Lesotho, in het heuvelland aan de voet van de majestueuze Malutibergen. In de zomermaanden zijn deze berghellingen vaak bedekt met felrode bloemen. Die schitterende bloemen, algemeen bekend als vuurpijlen, steken prachtig af bij de weelderige, groene plantengroei in het gebied.
Hier hebben een aantal gezinnen een eeuwenoude manier van leven. Zij bouwen hun huis werkelijk binnen in de grotten van de berghelling. Houten stokken en andere materialen zoals rietstengels, vormen het geraamte van de dikke voormuur. De muur wordt geïsoleerd met een mengsel van leem en koemest. Die isolatie biedt enige bescherming tegen de koude winters in Lesotho, wanneer de temperatuur tot onder het vriespunt kan dalen. Binnen is er een verlaagde plek in de vloer, ifo genoemd, wat „stookplaats” betekent, die ook wordt gebruikt om voor wat warmte te zorgen als het koud is.
Het dak, de achtermuur en vaak ook de zijmuren, worden alle gevormd door het rotsgesteente in de grot zelf. Hier wordt een mengsel van leem en koemest op aangebracht en dat wordt elk jaar herhaald. Hierdoor krijgt de rots wat kleur en wordt het oppervlak gladder gemaakt. Koeienhuiden worden gebruikt ter versiering van het interieur en ook als matrassen om op te slapen.
De westerse bezoeker zal de traditionele manier van leven verfrissend anders vinden. De populaire klederdracht bestaat uit bontgekleurde schoudermantels en puntige strohoeden. Vaak ziet men herdersjongens op blote voeten hun kudden weiden. De mannen van het dorp kan men aan het werk zien in hun maïsvelden of druk in gesprek met andere mannen.
Van tijd tot tijd verschijnen er tekenen van de moderne technologie. Het incidenteel overvliegende vliegtuigje en de wagens met vierwielaandrijving die bezoekers naar de grotten brengen, amuseren jong en oud in het dorp. Koken wordt voornamelijk buiten gedaan, in zwarte, ijzeren kookpotten op drie poten, boven open vuur. Vanwege het gebrek aan brandhout gebruikt men gedroogde koemest, riet en een paar boomtakken als brandstof. Tot de huishoudelijke artikelen die in deze grotwoningen zijn te vinden, behoren de traditionele handmolen om maïs te malen en een houten stok om in de maïspap te roeren.
Lesotho is bekend wegens de schilderingen van de Bosjesmannen, die in het hele land in talrijke grotten en op rotsen worden aangetroffen. De Bosjesmannen waren de oorspronkelijke bewoners van de grotten van Ha Kome. Hun schilderingen stellen een grote verscheidenheid van activiteiten voor, van het vissen met boten en netten tot ingewikkelde dansen waarbij de deelnemers kennelijk dierenmaskers droegen. De schilderingen beelden ook dieren af zoals bavianen, leeuwen, nijlpaarden en elandsantilopen, de grootste van de antilopen. De meeste schilderingen in de grotten van Ha Kome zijn vervaagd. Er zijn nog maar een paar overblijfselen als herinneringen aan de kunstzinnigheid van de Bosjesmannen.
In een gebied niet al te ver van Ha Kome wordt door Jehovah’s Getuigen predikingswerk verricht. Van tijd tot tijd bezoeken zij de grotbewoners, die bekendstaan om hun gastvrijheid jegens bezoekers. De Getuigen worden vaak verwelkomd met een schaal pap, motoho genoemd, een gerecht uit de streek. Velen in Ha Kome nemen graag bijbelse lectuur aan. Vaak uiten zij hun waardering voor de lectuur door groente, eieren of andere dingen aan te bieden als bijdragen voor het onderwijzingswerk van de Getuigen.
Die hedendaagse grotbewoners hebben een diep respect voor de bijbel en stellen graag veel vragen over het leven, de dood en hun traditionele geloofsovertuigingen. De activiteit van ijverige Getuigen in dat gebied heeft een aantal bijbelstudies opgeleverd. Op die manier hebben waarheidszaden in de harten van deze nederige mensen vruchtbare grond gevonden. — Mattheüs 13:8.
[Kaart op blz. 26]
(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)
HA KOME