Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Kan de wetenschap eeuwig leven brengen?

Kan de wetenschap eeuwig leven brengen?

De zienswijze van de bijbel

Kan de wetenschap eeuwig leven brengen?

JAREN geleden zou zo’n vraag belachelijk hebben geleken. Maar nu denken sommige mensen serieus na over dit vooruitzicht. Wetenschappers zijn er al in geslaagd de levensduur van fruitvliegjes en wormen te verdubbelen door technieken te gebruiken die volgens sommigen toepasbaar zijn op mensen.

Onderzoek heeft aangetoond dat normale menselijke cellen sterfelijk zijn en zich slechts een beperkt aantal keren delen. Daarna houden ze op met delen. Het is een proces dat wel vergeleken is met een interne klok die bepaalt wanneer mensen ouder worden en sterven. Wetenschappers werken er nu aan deze klok terug te draaien.

Volgens één populaire theorie ligt de sleutel tot veroudering in de telomeren, de uiteinden van elke DNA-streng. De telomeren zijn vergeleken met de plastic kapjes aan de uiteinden van schoenveters, bedoeld om te voorkomen dat de veters gaan rafelen. Wetenschappers hebben waargenomen dat elke keer dat sommige cellen zich delen, de telomeren korter worden — net als een brandend lontje. Kennelijk zijn de telomeren ten slotte zo ingekort dat de cel ophoudt met delen. Maar in de aanwezigheid van een bepaald enzym worden de telomeren niet korter. Dit zou cellen, zo luidt de theorie, dus de mogelijkheid kunnen geven om zich tot in het oneindige te blijven delen. Een vertegenwoordiger van een bedrijf dat op dit terrein werkzaam is, zei: „Dit is de eerste keer dat we ons menselijke onsterfelijkheid kunnen voorstellen.” Maar niet alle wetenschappers zijn het daarmee eens.

Hoe de dood ontstond

Personen die vertrouwen stellen in de bijbel geloven uiteraard al duizenden jaren in de mogelijkheid van eeuwig leven voor mensen. Zij vertrouwen niet op menselijke wetenschappers maar op de Meesterwetenschapper, die alle levende dingen geschapen heeft, Jehovah God. — Psalm 104:24, 25.

De bijbel toont aan dat het niet in het voornemen van de Schepper lag dat mensen zouden sterven. Het eerste mensenpaar werd naar Gods beeld geschapen en in een paradijstuin geplaatst. Ze waren volmaakt, zonder enig mentaal of fysiek gebrek. Als zodanig hadden ze het vooruitzicht eeuwig op aarde te leven. Dat was Gods wens ten aanzien van hen. Hij gaf hun de opdracht kinderen voort te brengen en geleidelijk het paradijs over de hele aarde uit te breiden. — Genesis 1:27, 28; 2:8, 9, 15.

Zoals uit Genesis hoofdstuk drie blijkt, kwam Adam opzettelijk in opstand tegen God terwijl hij wist dat daarop de doodstraf stond. Door zijn ongehoorzame handelwijze bracht hij bovendien zonde en de dood over op zijn ongeboren nakomelingen. De apostel Paulus legde uit dat „door één mens de zonde de wereld is binnengekomen en door de zonde de dood, en aldus de dood zich tot alle mensen heeft uitgebreid omdat zij allen gezondigd hadden” (Romeinen 5:12). Met andere woorden, omdat Adam zondigde, was zijn lichaam niet langer volmaakt. Hij werd geleidelijk ouder en stierf. Zijn nakomelingen erfden dat gebrek.

De menselijke dood was dus het gevolg van Adams opstand en de erop volgende straf van God. Mensen zullen er niet in slagen die straf ongedaan te maken. Hoewel de wetenschap op medisch gebied veel vooruitgang heeft geboekt, zijn de 3500 jaar geleden opgetekende geïnspireerde woorden van Mozes nog steeds waar: „De dagen van onze jaren zijn op zichzelf genomen zeventig jaren, en indien wegens bijzondere kracht, tachtig jaren; toch is dat waarop ze aandringen moeite en schadelijke dingen; want het zal stellig snel voorbijgaan, en wij vliegen heen.” — Psalm 90:10.

Jehovah’s voorziening voor eeuwig leven

Gelukkig is er hoop! Ook al sterven alle mensen nu ten slotte, het is niet Jehovah’s voornemen dat deze situatie onbeperkt voortduurt. Hoewel Adam en Eva het verdienden te sterven, wist God dat er onder hun ongeboren nakomelingen velen zouden zijn die met waardering zouden reageren op zijn liefdevolle toezicht. Voor zulke mensen heeft hij voorzieningen getroffen voor eeuwig leven op aarde. De psalmist schreef: „De rechtvaardigen, díe zullen de aarde bezitten, en zij zullen er eeuwig op verblijven” (Psalm 37:29). Maar hoe zal dat tot stand worden gebracht?

Het was niet de bedoeling dat dit zou gebeuren doordat mensen de mysteries van het DNA zouden ontsluiten. Integendeel, eeuwig leven is een geschenk dat Jehovah zal geven aan degenen die geloof in hem oefenen. Omdat hij besefte dat de nakomelingen van Adam en Eva gered moesten worden, verschafte hij een middel om eeuwig leven te verwerven — het loskoopoffer van Jezus Christus. Jezus sprak over deze voorziening toen hij zei: „God heeft de wereld zozeer liefgehad dat hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat een ieder die geloof oefent in hem, niet vernietigd zou worden, maar eeuwig leven zou hebben.” — Johannes 3:16.

Net als Adam was Jezus een volmaakt mens. Maar in tegenstelling tot Adam was Jezus volledig gehoorzaam aan God. Jezus was dus in staat zijn volmaakte leven op te offeren als prijs voor Adams zonde. Door deze liefdevolle daad werd de weegschaal van gerechtigheid weer in evenwicht gebracht en konden Adams kinderen van het doodsoordeel verlost worden. Als gevolg daarvan zullen allen die geloof in Jezus oefenen Gods gave van eeuwig leven ontvangen. — Romeinen 5:18, 19; 1 Timotheüs 2:5, 6.

Als mensen in staat waren onvolmaaktheid te overwinnen en eeuwig leven voor zichzelf te bewerkstelligen, zou de losprijs niet nodig zijn. De bijbel geeft de wijze raad: „Stelt uw vertrouwen niet op edelen, noch op de zoon van de aardse mens, aan wie geen redding toebehoort. Zijn geest gaat uit, hij keert terug naar zijn grond; waarlijk, op die dag vergaan zijn gedachten. Gelukkig is hij die de God van Jakob tot zijn hulp heeft, wiens hoop is op Jehovah, zijn God, de Maker van hemel en aarde, van de zee, en van al wat daarin is, die waarachtig blijft tot onbepaalde tijd.” — Psalm 146:3-6.

Eeuwig leven zal niet het resultaat zijn van wetenschappelijk onderzoek, maar het zal van Jehovah afkomstig zijn. Alles wat God zich voorneemt, kan en zal hij tot stand brengen. „Bij God zal geen verklaring een onmogelijkheid zijn.” — Lukas 1:37.

[Illustratieverantwoording op blz. 18]

© Charles Orrico/SuperStock, Inc.