Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Yellowstone — Smeltkroes van water, rotsen en vuur

Yellowstone — Smeltkroes van water, rotsen en vuur

Yellowstone — Smeltkroes van water, rotsen en vuur

Door een Ontwaakt!-medewerker in de Verenigde Staten

Spreek over eersten en superlatieven — het allereerste nationale park, de bekendste en hoogste geisers ter wereld en het grootste bergmeer van Noord-Amerika. Dan heb je het over Yellowstone.

BRANDEND van nieuwsgierigheid reden mijn vrouw en ik naar de noordingang van Yellowstone National Park in Wyoming (VS). Als kind al waren we geïntrigeerd door de naam Old Faithful [Oude Getrouwe] en termen als „geiser” en „heetwaterbron”. Zou de werkelijkheid aan onze verwachtingen voldoen?

Bij de hoofdingang van het park zagen we een reusachtige stenen boog. Bovenaan stond gegraveerd: „Tot nut en vermaak van het volk.” Yellowstone werd in 1872 geopend en was het eerste nationale park ter wereld.

We begonnen bij de Mammoth Hot Springs, net over de grens van Montana. Hier was de hitte van de aarde zichtbaar hard aan het werk. Er waren poelen en bekkens met kokend en opborrelend water. Uit kloven kwamen stoompluimen te voorschijn. Terrassen van travertijn, een roze mineraal, leken op druipend kaarsvet.

Wat kookt er onder Yellowstone?

Yellowstone telt wel 10.000 geothermische wonderen. Dit hoge plateau in de Rocky Mountains wordt doorsneden door de Continental Divide. * Het water stroomt naar het westen en naar het oosten, maar sijpelt ook naar beneden. We kwamen te weten dat het dit in de bodem zakkende water is waarmee Yellowstone zijn wonderen bewerkt. Ooit is het plateau door grote vulkaanuitbarstingen ontwricht. Duizenden jaren geleden ontstond bij zo’n uitbarsting een gigantische caldeira (krater) van 75 bij 45 kilometer. Het magma, of gesmolten gesteente, dat zich nog steeds onder de oppervlakte bevindt, houdt Yellowstone aan de kook.

Op borden wordt uitgelegd dat oppervlaktewater langzaam door poreus gesteente heen sijpelt totdat het een steenlaag bereikt die bijzonder heet is, vlak boven het magma. De hitte stuwt het water weer omhoog. Waar het een gat in de grond vindt, ontstaat een heetwaterbron. Als obstakels in het gesteente de opwaartse stroom van het hete water belemmeren, bouwt zich druk op en ontstaat er een geiser. Op andere plaatsen wordt het vocht als stoom uitgestoten. Deze gaten heten fumarolen. Er borrelen modderpoelen op plekken waar de grond door zure gassen en water tot modder en klei ontbonden wordt. Wat een spectaculaire vertoning!

Old Faithful

Toen we alle geothermische activiteit rond Mammoth Hot Springs zagen, namen we aan dat we in de buurt van de beroemde geiser Old Faithful waren. Pas toen we op onze kaart keken, beseften we dat Old Faithful tachtig kilometer naar het zuiden lag. Yellowstone is veel groter dan we dachten; het beslaat 900.000 hectare.

Om bij Old Faithful te komen, namen we de weg die zich door het westelijke deel van het park slingert; deze weg leidt toeristen langs vijf geiservalleien. De reuk van zwavel en de aanblik van ontsnappend vocht begonnen we al snel als normaal te aanvaarden.

Net als de miljoenen mensen die vóór ons Old Faithful hadden bezocht, wilden we weten wanneer de geiser zou spuiten. We hadden altijd gedacht dat hij met exacte regelmaat spoot — precies om de 57 minuten. Maar toen we wat rondkeken, zagen we op een bord staan dat de volgende uitbarsting van de geiser voor 12.47 uur voorspeld was. Dat zou nog ruim een uur duren en het tijdstip was maar een voorspelling! We deden navraag bij Rick, een parkwachter.

„De precieze regelmaat van Old Faithful is een fabeltje”, zei hij. „De tijd tussen de uitbarstingen heeft altijd gevarieerd en is met het verstrijken der jaren langer geworden door aardbevingen en doordat vandalen voorwerpen in het spuitgat hebben gegooid. Tegenwoordig spuit hij gemiddeld ongeveer om de tachtig minuten. Ons personeel kan alleen de eerstvolgende eruptie voorspellen.”

Het was nu 12.30 uur. We liepen naar Old Faithful om de voorspelde volgende voorstelling te zien. Honderden mensen zaten al in het toeschouwersgebied of waren onderweg ernaartoe. Old Faithful liet ons tien minuten wachten. Maar toen hij uitbarstte, was dat met een schoonheid die geen foto kan overbrengen. Nadat hij met een paar onbestendige stoten zijn keel had geschraapt, kwam hij goed op gang. Applaus alom. De uitbarsting duurde ongeveer drie minuten en was tot onze verrukking bijzonder hoog. Met een geleidelijk op en neer gaande beweging spoten water en nevel zo’n 35 tot 45 meter de lucht in. De nevel schitterde in het zonlicht en dreef in wisselende patronen weg.

Na afloop van de eruptie gingen we terug naar de foyer van het nabijgelegen hotel. Maar Old Faithful deed zich de hele dag gelden. Steeds wanneer een volgend voorspeld tijdstip naderde, staakten alle gasten hun bezigheden en liepen naar buiten om te kijken. We kregen enkele uitbarstingen te zien die bijzonder lang, hoog en mooi waren, vooral één waarbij het silhouet van het dansende water tegen de ondergaande zon afstak. Naar onze mening hield de oude geiser zich keurig aan zijn reputatie van getrouwheid.

„Er zijn nog geen 500 geisers op onze planeet, en zo’n 300 ervan bevinden zich in Yellowstone”, vertelde Rick, de parkwachter, ons. „En 160 daarvan liggen in deze kleine vallei, het Upper Geyser Basin, dat maar twee kilometer lang is. Andere geisers verschijnen en verdwijnen weer — ze zijn actief of slapen — maar Old Faithful is er nog steeds.” De buurman van Old Faithful, Grand, stoot echter waterstralen uit van wel 60 meter hoog. Steamboat kan tot bijna 120 meter hoog spuiten, drie keer zo hoog als Old Faithful — maar hij kan jarenlang slapen. In Norris besproeit een geiser die Echinus heet nu en dan zijn bewonderaars met warm water.

Sneller rennen dan een bizon

De volgende ochtend namen we een toeristenbrochure door. Er stond: „Onder dunne, breekbare korsten bevindt zich kokendheet water; de temperatuur in de poelen ligt om en nabij het kookpunt. Elk jaar hebben bezoekers die zich in de gebieden met heetwaterbronnen buiten de paden begaven, ernstige brandwonden opgelopen en zijn mensen in het kokendhete water omgekomen.” In een andere brochure stond: „Waarschuwing: Veel bezoekers zijn door bizonhorens doorboord. Een bizon kan 900 kilo wegen en 50 kilometer per uur sprinten, drie keer zo snel als u kunt rennen.” We hoopten dat we voorlopig nog maar even geen sprintje hoefden te trekken voor een bizon uit!

In Yellowstone hebben dieren op de wegen voorrang. Wanneer een dier in zicht komt, stoppen auto’s plotseling en ontstaan op onverwachte punten verkeersopstoppingen. Toen we er op een stuitten, begon die net op te lossen en stapten de toeristen weer in hun auto. Op de vraag waar iedereen naar keek, zei een vrouw: „Een grote mannetjeseland, maar hij is ervandoor.”

Later zagen we een paar wapiti’s die hun twee weken oude kalveren zover probeerden te krijgen een beek over te steken. Deze herten trokken vanuit de bergen waar ze de winter hadden doorgebracht naar het lagergelegen gedeelte van het park. De kalveren wilden niet — water op hun route hadden ze niet ingecalculeerd. De moeders bleven hun jongen roepen en uiteindelijk staken de kalveren over.

„Mijn eigen nietigheid, mijn hulpeloosheid”

Vervolgens reden we naar de Grand Canyon van Yellowstone. Op diverse uitkijkpunten langs de 360 meter hoge wand stapten we uit de auto en keken — soms een beetje huiverig — naar beneden. In zijn reisverslag van 1870 had Nathaniel Langford het over „mijn eigen nietigheid, mijn hulpeloosheid” toen hij zich vergaapte aan deze 32 kilometer lange kloof met okergele wanden — waaraan de Yellowstone River haar naam ontleent — en de twee indrukwekkende watervallen. Wij voelden ons net zo nietig en hulpeloos als hij.

De volgende dag gingen we naar het oosten. Opnieuw veranderde het landschap van het park. Hier werd het een gebergtebos, en de weg kruiste twee keer de Continental Divide. Steeds weer zagen we bizons en andere grote dieren, de bizons vaak in hun karakteristieke silhouet. Helaas zagen we geen beren — de andere grote toeristenattractie van Yellowstone. Wat is er met ze gebeurd?

Het nauwe contact tussen mensen en beren leidde er in de loop der jaren toe dat sommige toeristen gewond raakten of gedood werden. De situatie deed de beren ook geen goed. In het begin van de jaren ’70 heeft de National Park Service dan ook de vuilstortplaatsen afgesloten, waardoor de beren niet langer op menselijk voedsel konden rekenen. Dit dwong de beren de vrije natuur in. Het programma is geslaagd. De beren eten nu natuurlijk voedsel en zijn gezonder. Maar op bepaalde plaatsen blijven ze met toeristen in aanraking komen, zoals bij Fishing Bridge, waar zowel mens als beer graag eet, slaapt en vist.

We hadden Fishing Bridge uitgekozen om onze tocht mee te besluiten. Daar bezorgde het park ons zijn laatste grote verrassing. Terwijl we over Yellowstone Lake — het grootste bergmeer in Noord-Amerika — naar de besneeuwde pieken van de Tetons keken, waanden we ons een ogenblik in Noord-Italië; het meer en de omgeving hadden dezelfde alpiene majesteit. Maar we zagen geen beren.

Het moment was aangebroken om Yellowstone te verlaten. Het oog en de geest waren rijkelijk beloond. De werkelijkheid had onze verwachtingen overtroffen.

[Voetnoot]

^ ¶8 De Continental Divide is een bergketen die dwars door Noord- en Zuid-Amerika loopt. De rivierstelsels aan weerszijden van deze scheidslijn stromen in tegengestelde richting — naar de Grote Oceaan en naar de Atlantische Oceaan, de Golf van Mexico en de Noordelijke IJszee.

[Kader/Illustratie op blz. 17]

De branden van 1988

In 1988 groeiden tegen het eind van juli en in augustus kleine brandjes in Yellowstone snel uit tot acht vernietigende vuurzeeën die men niet meer onder controle had. De droogte was één reden, omdat de zomer van 1988 de droogste in de opgetekende geschiedenis van Yellowstone was. Harde winden waren de andere reden. Met windstoten tot tachtig kilometer per uur werden de branden per dag wel twintig kilometer voortgedreven. De wind blies vonken voor de brand uit over grotere afstanden dan de brandweer ooit had meegemaakt. Deze vonken veroorzaakten nieuwe branden.

Op het hoogtepunt werd de brand bestreden door bijna 10.000 brandweerlieden en militairen en meer dan 100 brandweerauto’s, wat in totaal 120 miljoen dollar kostte. Helikopters en bunkervliegtuigen lieten zo’n 5 miljoen liter brandvertragende vloeistof en 40 miljoen liter water vallen. In weerwil van deze inspanningen raasden de vlammen door het park, rakelings langs een aantal nederzettingen. Dag in dag uit hing er een dikke deken van rook in de lucht. Aan het eind van de zomer leek het park op een oorlogsgebied. Pas half september, nadat 600.000 hectare was afgebrand, werd het vuur door koele lucht, herfststormen en lichte sneeuw gedoofd.

De branden hebben de dierenpopulatie nauwelijks geschaad en de toeristenpopulatie is sindsdien gestadig gegroeid. Toen de rook verdween gaven de herfstbladeren kleur aan de nu ongehinderde vergezichten en in de lente bloeiden wilde bloemen uitbundig op plaatsen waar ze nog nooit eerder waren gezien. In de jaren na de branden is in de afgebrande gebieden de bodem bedekt met grote aantallen nieuwe boompjes.

[Illustraties op blz. 15]

Old Faithful

Lower Falls

[Verantwoording]

NPS Photo

[Illustratie op blz. 16, 17]

Firehole River

[Illustratie op blz. 17]

Morning Glory Pool

[Verantwoording]

NPS Photo