Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Een gevleugelde oogst

Een gevleugelde oogst

Een gevleugelde oogst

DOOR EEN ONTWAAKT!-MEDEWERKER IN COSTA RICA

DEZE oogst heeft vleugeltjes! Ja, u leest het goed, de oogst van deze boer heeft vleugeltjes. Nu weet elke goede boer natuurlijk dat zijn inspanningen erop gericht zijn een goede, gezonde oogst te produceren. Hetzelfde geldt voor deze kweker — hij houdt oplettend geniepige roofvijanden als insecten, spinnen en vogels buiten de deur. In de oogsttijd neemt zijn werk toe omdat hij het kostbare product dat hij heel het seizoen zo toegewijd heeft gevoed, probeert te behouden. Als het hem lukt, zal zijn oogst — die bestaat uit vleugeltjes met de schitterendste kleuren van de wereld — duizenden kilometers van de plaats waar die werd gekweekt, te voorschijn komen. Wat is dat voor een unieke oogst? U raadt het goed — vlinders.

Het kweken van vlinders is een nuttig beroep. Het voorziet vernuftig in een prachtige en ecologische manier om uiteenlopende vlindersoorten te helpen behouden. Komen er meteen al heel veel vragen bij u op? Wat is bijvoorbeeld een vlinderkwekerij? Hoe functioneert ze en wat is het doel ervan? Laten we, voordat we die vragen beantwoorden, eens zien hoe het kweken van die tere beestjes is begonnen.

Het begon in China

De Chinezen hebben eeuwenlang specifiek voor hun zijde-industrie rupsen gekweekt. De behoefte aan vlinderkwekerijen (of butterfly farms) is echter pas heel onlangs ontstaan. In 1977 werd op het eiland Guernsey, voor de kust van Engeland, een vlindertentoonstelling gehouden. *

Het nobele idee van de onderneming op Guernsey was om een tropisch woud te creëren, met vlinders wier talloze kleuren en patronen het zouden verlevendigen. Hiervoor zouden logischerwijs vlinders moeten worden aangevoerd die inheems zijn in de tropen. Maar hoe verstuur je levende, tropische vlinders (waarvan sommige soorten een levensduur van slechts twee tot drie weken hebben), zonder dat er exemplaren verloren gaan naar een bestemming op een afstand van duizenden kilometers van hun land van herkomst? Zo ontstond de behoefte aan commerciële vlinderkwekerijen.

Hoe een kwekerij functioneert

Het is opwindend zo’n kwekerij eens persoonlijk te kunnen bezichtigen. Om van dichtbij een bonte verscheidenheid van felgekleurde vleugeltjes gade te slaan, is een verbazingwekkend schouwspel. Ontwaakt! bezocht in Midden-Amerika de grootste kwekerij en exportonderneming in haar soort, Butterfly Farm in Costa Rica. Deze kwekerij exporteert niet alleen geoogste poppen (cocons), maar heeft ook een educatief programma voor mensen die meer willen weten over de levenscyclus en biologie van vlinders.

Wanneer u de afgesloten ruimte van de vlindertuin binnenstapt, zult u meteen geboeid raken door de aanblik van honderden vlinders die om u heen vliegen, getooid met prachtige kleurencombinaties — sommige fladderen en dwarrelen, andere zweven gracieus voorbij. Die bont- en felgekleurde beestjes schijnen onze aanwezigheid te negeren terwijl ze doende zijn met hun dagelijkse routine van eten, paren en eitjes leggen. We zijn echt onder de indruk! Wanneer u de waardplanten van de vlinders ziet en ruikt — inheemse wilde bloemen en bananenplanten — beseft u al gauw dat ze de vlinders tot voedsel dienen en als nest.

Omdat de tuin volledig afgesloten is, zijn de kleine eitjes veilig voor roofvijanden. In de natuur bedraagt het overlevingspercentage van eitje tot volwassen vlinder slechts twee procent van alle gelegde eitjes, maar op beschermde plaatsen zoals Butterfly Farm stijgt dit percentage tot wel negentig procent.

Voor een goede voortplanting en ontwikkeling van vlinders zijn de juiste planten onontbeerlijk. Daarom wemelt het in de tuin van waardplanten waarop de vrouwtjes hun eitjes kunnen afzetten en waaraan de rupsen (of larven) zich te goed kunnen doen. Nectarplanten dienen als voedsel voor de volwassen vlinders. Elke vlindersoort legt eitjes op slechts één soort plant, en de rupsen op hun beurt voeden zich alleen met die specifieke plant. Het is daarom noodzakelijk om grote aantallen waardplanten in de kwekerij te hebben.

Een vrouwtje zal per keer 100 of meer eitjes leggen. Ze lijken op waterdruppeltjes die zo klein zijn als de punt aan het eind van deze zin. Het is niet alleen zo dat vrouwtjes hun eitjes uitsluitend op de waardplant leggen; ze doen dit ook nog op een voor de soort specifieke plaats op de plant. De kweker kan de eitjes dus snel vinden, verwijderen en opbergen. Elke dag worden de waardplanten op eitjes gecontroleerd en elke dag worden de eitjes op uitkomende rupsen gecontroleerd. Nadat de hongerige rupsen uit de eitjes zijn gekomen, doen ze zich te goed aan de lege eierschaal. In Butterfly Farm worden ze vervolgens op de opgepotte waardplanten gezet, die in kleine kooien staan. Het belang van het schoonhouden van de kooien tijdens de hele levenscyclus van de rupsen kan niet genoeg worden benadrukt, want verwaarlozing kan ziekten doen ontstaan en sterfte tot gevolg hebben.

Na hun derde stadium doen de rupsen echt niets anders dan eten. Er is wel gezegd dat als een baby van zes pond in hetzelfde tempo in gewicht zou moeten toenemen als een rups, hij na twee weken acht ton zou wegen!

Na het vijfde en laatste stadium hebben de rupsen zichzelf aan een tak of aan de bovenkant van de kooi bevestigd, waarbij ze zich behendig inspannen om hun huid, waaronder zich een verharde schaal — ook bekend als de pop — bevindt, af te stropen. Dan is voor de kweker de tijd aangebroken om doeltreffend en efficiënt te werk te gaan.

De poppen moeten dagelijks worden verzameld omdat dit de enige manier is om te bepalen hoe oud ze zijn. De poppen — tussen de 40 en 100 — worden zorgvuldig tussen laagjes katoen in kartonnen dozen verpakt. De kwekers en exporteurs hebben nu ongeveer tien dagen de tijd om de poppen naar de groothandel te verzenden, waar ze zullen worden doorgestuurd naar de klant, meestal een vlindertuin. Als de verzending niet binnen de tijdsduur wordt voltooid, zullen de vlinders onderweg uitkomen en doodgaan. Wanneer het transport goed is verlopen, zullen de vlinders duizenden kilometers van huis uit hun pop kruipen, zonder enig vermoeden dat ze van adres zijn veranderd. Butterfly Farm verzendt maandelijks tussen de 4000 en 6000 poppen naar vlindertuinen over de hele wereld.

Er komen steeds meer vlinderkwekerijen. Ze bestaan al in landen als El Salvador, Kenia, Madagaskar, Maleisië, de Filippijnen, Taiwan, Thailand, de Verenigde Staten en, natuurlijk, Costa Rica. Ook blijft elk jaar het aantal vlindertuinen toenemen, waardoor het voor mensen in veel delen van de wereld mogelijk wordt deze opmerkelijke beestjes te bekijken.

Het kweken en verzamelen van de oogst met vleugeltjes zal ongetwijfeld ecologisch een belangrijke rol blijven spelen bij het behoud van zeldzame vlindersoorten. De handel kan er ook toe bijdragen dat het publiek bewust wordt gemaakt van het wankele evenwicht dat er bestaat tussen de hulpbronnen van de aarde.

[Voetnoot]

^ ¶6 In 1985 werd in het Noorder Dierenpark in Emmen (Nederland) de grootste vlindertuin van Europa geopend.

[Illustraties op blz. 18]

Kwekers gebruiken netten om eitjes en rupsen te beschermen (1). Poppen zoals op deze foto (2) worden in dozen verpakt en over de hele wereld verzonden (3)

[Verantwoording]

Top left monarch butterfly and pupae: Butterfly House, Mittagong, Australia; middle left butterfly and butterflies on leaves: Courtesy of Buckfast Butterfly Farm

[Illustratieverantwoording op blz. 16]

K. Schafer/Audiovise