Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Is er een oplossing?

Is er een oplossing?

Is er een oplossing?

WAT moet u doen met iets wat u niet nodig hebt? „Gooi het maar weg”, schijnt een simpele en voor de hand liggende oplossing te zijn. Maar het opruimen van afval is niet altijd zo simpel. Waar laat je het? Een Italiaanse milieuorganisatie schat dat een glazen fles die in zee wordt gegooid, 1000 jaar nodig heeft om te vergaan. Papieren zakdoeken daarentegen vergaan in slechts drie maanden. Sigarettenpeuken vervuilen de zee een jaar of 5, plastic zakken 10 tot 20 jaar, nylon artikelen 30 tot 40 jaar, blikjes 500 jaar en piepschuim 1000 jaar.

Er valt een enorme toename van zulk afval te constateren. Tegenwoordig is er heel veel te koop en de reclamewereld wil ons doen geloven dat we het allemaal nodig hebben. De Britse krant The Guardian schrijft kort en bondig: „De reclamewereld helpt ons in behoeften te voorzien waarvan we nooit geweten hebben dat we die hadden.” We laten ons verleiden tot het kopen van het nieuwste dat er op de markt is, uit vrees dat we iets nieuws missen. En natuurlijk betekent „nieuw” in de reclameterminologie „beter en superieur”, terwijl „oud” „inferieur en ouderwets” betekent.

Zo wordt ons vaak aangeraden iets nieuws te kopen in plaats van iets ouds te repareren. Geredeneerd wordt dat het vervangen van oude dingen praktischer en economischer is dan het repareren ervan. Soms is dat waar. Maar vaak is het weggooien van iets ouds om het te vervangen door iets nieuws duur en onnodig.

Veel producten worden thans ontworpen om afgedankt te worden. Het kan zijn dat ze moeilijk te repareren zijn — iets om in gedachte te houden bij de aanschaf ervan. Een Duits consumentenblad schreef: „De levensduur van producten wordt steeds korter. Wat gisteren ’in’ was, is vandaag ’uit’ en belandt vaak bij het vuilnis. Zo worden dagelijks waardevolle grondstoffen waardeloos afval!”

Is de consument echt gebaat bij al dat ongebreidelde kopen? Degenen die er in werkelijkheid bij gebaat zijn, zijn de bedrijven die eropuit zijn de kassa te laten rinkelen. Het Zwitserse weekblad Die Weltwoche voert aan: „Er zou gegarandeerd een economische ineenstorting volgen als iedereen zijn meubelen en auto zijn leven lang of zelfs al tweemaal zo lang als nu zou gebruiken.” Een economische ineenstorting is beslist de oplossing niet, want dan zouden ook consumenten zonder werk raken. Wat zijn dan enkele oplossingen voor de afvalberg?

Weggooien, recyclen of verminderen?

Sommige geïndustrialiseerde landen kiezen voor de gemakkelijkste oplossing door hun afval gewoon in ontwikkelingslanden te dumpen. Een rapport vermeldt bijvoorbeeld dat „er op een berucht geworden terrein in Nigeria 3500 ton giftige chemicaliën bleken te lekken uit ruim 8000 roestende vaten, waardoor zowel de bodem als het grondwater vergiftigd werd”. Zo’n manier van afvalverwerking lijkt geen praktische oplossing en evenmin een bewonderenswaardige manier om anderen te behandelen.

Wat te zeggen van het recyclen van afgedankte artikelen voor verder gebruik in plaats van ze gewoon weg te gooien? Natuurlijk vergen zulke programma’s dat consumenten hun afval scheiden, iets wat hier en daar al wettelijk verplicht is. De overheid kan voorschrijven dat het afval wordt gesorteerd in categorieën als papier, karton, metaal, glas en organisch afval. Glas kan dan weer gesorteerd moeten worden op kleur.

Recyclen heeft beslist zijn voordelen. In het boek 5000 Days to Save the Planet wordt opgemerkt dat met het recyclen van aluminium „enorme hoeveelheden energie worden bespaard” en „de milieuschade veroorzaakt door de bovengrondse winning van bauxiet beperkt” kan worden. Het boek weidt uit: „Voor dezelfde hoeveelheid geproduceerd papier wordt in het geval van recycling slechts half zoveel energie en een tiende van de hoeveelheid water verbruikt. . . . Tal van afvalproducten kunnen teruggewonnen, gerecycled en opnieuw gebruikt worden. . . . Zelfs als industrieën hun eigen afvalproducten niet opnieuw kunnen gebruiken, kunnen ze ze soms recyclen voor gebruik elders . . . In Nederland bestaat sinds het begin van de jaren ’70 een succesvol netwerk voor de uitwisseling van afval.”

In plaats van naar manieren te zoeken om zich van afval te ontdoen, leggen andere autoriteiten meer nadruk op het in eerste instantie voorkomen van afval. Het eerdergenoemde boek waarschuwt dat „actie dringend nodig is” wil de mensheid „overstappen van een verspillingseconomie . . . naar een maatschappijvorm die afvalproductie zo veel mogelijk beperkt en minder grondstoffen verbruikt”.

Maar degenen die af willen van een wegwerpeconomie moeten wel bereid zijn de goederen die ze kopen zo lang mogelijk te gebruiken en ze pas weg te gooien als ze niet meer te repareren zijn. Artikelen die niet meer nodig maar nog wel bruikbaar zijn, moeten doorgegeven worden aan anderen die ze willen gebruiken. Het Instituut voor Toegepaste Ecologie in het Duitse Darmstadt berekent dat een gezin dat zich consequent aan het beginsel „Gebruiken in plaats van verbruiken” zou houden, wel 75 procent minder afval zou produceren dan het gemiddelde gezin.

Maar zullen voldoende gezinnen zich aan zulke beginselen houden? Dat lijkt onwaarschijnlijk. Het afvalprobleem waar de mensheid mee tobt, is slechts een symptoom van belangrijker kwesties. In de huidige wegwerpmaatschappij hebben steeds meer mensen zich een zekere wegwerpmentaliteit eigen gemaakt. Laten we die instelling eens onder de loep nemen — en enkele van de uitersten waartoe ze kan leiden.

De gevaren van een wegwerpmentaliteit

Een wegwerpmentaliteit kan gemakkelijk verder gaan dan wat spilzucht. Ze kan mensen ondankbaar en onnadenkend maken, zodat ze nonchalant grote hoeveelheden onaangeraakt voedsel en andere waardevolle zaken verspillen. Personen die egocentrisch zijn en zich door rages en onbetekenende gevoelens van voorkeur en afkeer laten leiden, kunnen zich constant gedwongen voelen goede kleren, meubelen en andere artikelen te vervangen door nieuwe.

De wegwerpmentaliteit kan zich echter uitstrekken tot meer dan slechts dingen. Bij een Duits project gewijd aan het nuttig gebruik van afgedankte huishoudelijke spullen werd onlangs opgemerkt: „De manier waarop we omgaan met het bankstel dat ons niet meer bevalt en na vijf jaar wordt weggegooid en door een nieuw wordt vervangen, krijgt navolging in de manier waarop we met mensen omgaan. Het is de vraag hoe lang onze samenleving dat kan tolereren.” In het rapport wordt verklaard: „Zodra iemand geen topprestatie meer kan leveren, wordt hij vervangen. Per slot van rekening zijn er voldoende werknemers te krijgen!”

In zijn boek Earth in the Balance stelde de voormalige vice-president van de Verenigde Staten, Al Gore, de rake vraag: „Als we de dingen die we gebruiken als wegwerpartikelen zijn gaan bezien, zijn we dan ook anders over onze medemensen gaan denken? . . . Hebben we al doende onze waardering voor het unieke van elk mens verloren?”

Mensen die hun waardering en respect voor anderen verliezen, zullen het waarschijnlijk makkelijker vinden — en minder laakbaar — om vrienden of hun huwelijkspartner af te danken. In een commentaar op die manier van denken redeneert de Süddeutsche Zeitung: „Tweemaal per jaar kopen we nieuwe kleren, om de vier jaar een nieuwe auto en om de tien jaar een nieuw bankstel; elk jaar zoeken we een nieuwe vakantiebestemming; we veranderen van woonplaats, van beroep, van bedrijf — dus waarom niet van huwelijkspartner?”

Sommige mensen schijnen tegenwoordig bijna alles wel weg te willen gooien zodra het lastig voor hen wordt. In een bepaald Europees land bijvoorbeeld werden in 1999 naar schatting 100.000 katten en 96.000 honden door hun eigenaars ’gedumpt’. Een dierenactiviste daar zegt dat haar landgenoten „het bezit van een huisdier niet als een langetermijnverplichting zien. Ze kopen in september een puppy en laten die [een jaar later, wanneer ze op vakantie gaan] in augustus ergens aan zijn lot over.” Erger nog, de wegwerpmentaliteit doet zich zelfs ten aanzien van het menselijk leven gevoelen.

Gebrek aan respect voor het leven

Veel mensen schijnen thans te denken dat hun eigen leven niet echt veel waard is. Hoe dat zo? In een Europees blad werd bijvoorbeeld onlangs opgemerkt dat de bereidheid van jonge mensen om risico’s te nemen, de afgelopen jaren is toegenomen. Dat valt op te maken uit hun grotere geneigdheid tot deelname aan extreme sporten. Ter wille van een paar opwindende momenten zijn ze bereid het weggooien van het leven zelf te riskeren! Op winst beluste zakenmensen maken gretig gebruik van deze trend. Een Duits politicus merkte op dat de promotors van extreme sporten „geld verdienen vaak belangrijker vinden dan de gezondheid en het leven van een mens”.

En wat te denken van het weggooien van ongeboren menselijk leven? De Wereldgezondheidsorganisatie schat dat „er wereldwijd jaarlijks zo’n 75 miljoen kinderen verwekt worden die eigenlijk niemand hebben wil. Voor veel vrouwen is abortus de enige oplossing.” Ook na de geboorte verkeren baby’s in gevaar. Volgens de Braziliaanse krant O Estado de S. Paulo „neemt het te vondeling leggen van baby’s op straat toe”. Is dat ook zo waar u woont?

Overal om ons heen in de huidige wereld zien we aanwijzingen dat een mensenleven vaak als goedkoop en waardeloos, als iets wat zomaar weggegooid kan worden, wordt beschouwd. We zien die trend in het geweld van het populaire amusement, met „helden” die in één film of tv-programma tientallen „slechteriken” afslachten. We zien het in de voortdurende golven van geweldscriminaliteit die de aarde overspoelen, met dieven die hun slachtoffers vermoorden voor niet meer dan wat kleingeld — of zonder enige reden. En we zien het op het nieuws in de weerzinwekkende verslagen over terroristische acties, etnische zuiveringen en volslagen genociden, allemaal voorbeelden van het hardvochtige, grootscheepse afslachten van mensen — kostbare levens die worden weggegooid als was het vuilnis.

Misschien kunnen we het niet vermijden in een wegwerpmaatschappij te leven, maar we kunnen het wel vermijden ons een wegwerpmentaliteit eigen te maken. In het volgende artikel zal besproken worden wat ons kan helpen om opgewassen te zijn tegen de hedendaagse wegwerpmaatschappij en tegen de onwenselijke opvattingen waarmee ze gepaard gaat.

[Illustratie op blz. 6]

In veel landen is recyclen verplicht

[Illustraties op blz. 7]

Voelt u zich door veranderende rages gedwongen goede kleren weg te gooien en nieuwe te kopen?

[Illustratie op blz. 8]

De ongeborenen moeten gekoesterd worden, niet weggegooid

[Verantwoording]

Index Stock Photography Inc./BSIP Agency

[Illustratie op blz. 8]

Het leven is te kostbaar om het uit zucht naar sensatie te riskeren