Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Hoe we ontsnapten aan een vreselijke lavastroom!

Hoe we ontsnapten aan een vreselijke lavastroom!

Hoe we ontsnapten aan een vreselijke lavastroom!

DOOR EEN ONTWAAKT!-MEDEWERKER IN CONGO (KINSHASA)

HET is dinsdag 15 januari 2002 — ogenschijnlijk een normale dag in Midden-Afrika. Samen met een andere Getuige van Jehovah arriveer ik in Goma in de regio Kivu (Congo [Kinshasa]) om de Getuigen van het Grote-Merengebied te bezoeken.

Niets om ons zorgen over te maken?

Hoewel de vulkaan de Nyiragongo (3470 meter hoog) negentien kilometer van de stad Goma ligt, wekt zijn gedrag onze nieuwsgierigheid. * We kunnen hem horen rommelen en zien ook rook uit de vulkaan komen. Voor de plaatselijke bevolking is dit niet ongebruikelijk in deze tijd van het jaar, en ze maken zich geen zorgen.

’s Middags wonen we de vergaderingen bij van twee gemeenten van Jehovah’s Getuigen. We blijven aardschokken voelen en gerommel horen. Dat schijnt niemand te verontrusten. De plaatselijke autoriteiten geven de bevolking steeds de verzekering dat er geen reden tot paniek is. Alhoewel een Congolese vulkanoloog al maandenlang uitbarstingen voorspelt, gelooft niemand hem. Een van onze vrienden merkt terloops op: „Vanavond wordt de lucht rood door de actieve vulkaan.”

„We moeten onmiddellijk vluchten!”

Bij terugkeer op ons logeeradres krijgen we de duidelijke boodschap: „We moeten onmiddellijk vluchten!” De situatie is levensgevaarlijk. De stad is in groot gevaar. Wat kan er snel verandering in een situatie komen! Eerder hadden we de mogelijkheid besproken om Goma als een centrale plaats voor getuigenisactiviteiten te gebruiken. Nu, laat in de middag, wordt ons gezegd uit de stad weg te vluchten, omdat ze gevaar loopt verwoest te worden!

Tegen de avond wordt de lucht vuurrood — en dat is te begrijpen! De stroom lava van de Nyiragongo rukt op naar de stad. De berg lijkt op een enorme kookpot waar de inhoud uitstroomt — vurige gesmolten lava die alles op haar pad verwoest. Nog nooit hebben we onze koffers zo snel gepakt! Het is bijna zeven uur ’s avonds.

Duizenden vluchten over de weg

Haastig vertrekken we en de weg die uit Goma leidt blijkt al vol te zijn met massa’s mensen die vluchten voor hun leven. De meesten zijn lopend en dragen de bezittingen die ze nog konden pakken met zich mee. Velen dragen vrachten op hun hoofd. Enkelen zitten opeengepakt in overvolle wagens. Ze zijn allemaal onderweg naar de nabijgelegen grens met Rwanda. Een vulkaan stoort zich echter niet aan door mensen gemaakte grenzen. Geen leger kan hem tegenhouden! We zien soldaten capituleren voor de lava als ook zij rennen voor hun leven. Het is met de auto vrijwel onmogelijk om op de weg vooruit te komen. We moeten te voet verder. We bevinden ons midden in deze met moeite vooruitkomende massa van 300.000 mensen — mannen, vrouwen, kinderen en baby’s — die vluchten voor de woede van de vulkaan. De aarde onder onze voeten blijft rommelen en beven.

Iedereen vlucht voor zijn leven. Midden tussen al die mensen lopen mijn vriend en ik, vreemdelingen uit een grote stad, vergezeld door enkele Getuigen, die ons in het oog houden. Hun aanwezigheid en grote bezorgdheid raken ons diep en geven ons een gevoel van zekerheid in deze bijzonder stressvolle en moeilijke situatie. Mensen vluchten met wat ze kunnen dragen — kleren, potten en pannen, een beetje voedsel. In deze zee van mensen is het een geweldig gedrang. Sommigen worden geraakt door auto’s die erlangs proberen te komen, waardoor enkelen de greep verliezen op hun weinige bezittingen, die vallen en vertrapt worden. Wee degene die struikelt. De sfeer is zeer gespannen. Iedereen is met angst vervuld. We proberen Gisenyi te bereiken, slechts enkele kilometers verderop in Rwanda. We vervolgen onze gedwongen tocht.

Een nacht in veiligheid

We komen bij een herberg aan, maar er is natuurlijk geen logies meer beschikbaar. Na een vermoeiende tocht van drie en een half uur moeten we ons tevreden stellen met een plekje aan een tafel in de tuin. We zijn blij dat we nog leven en buiten gevaar zijn en dat onze broeders, die met ons mee zijn gereisd, bij ons zijn. Gelukkig heeft niemand onder de Getuigen het leven verloren.

Het is duidelijk dat we de nacht in de openlucht moeten doorbrengen. Op deze veilige afstand kunnen we naar de vuurrode lucht boven de stad Goma kijken. Een indrukwekkend en prachtig gezicht! Het begint langzaam licht te worden. Het rommelen en beven is de hele nacht doorgegaan. Terugkijkend op de inspannende gebeurtenissen van de vorige dag worden we tot medeleven bewogen met de duizenden gezinnen die met hun kleintjes moesten vluchten.

Er komt snel hulp

Getuigen uit Kigali, de hoofdstad van Rwanda, voegen zich vrijdagmiddag 18 januari bij ons. Een hulpverleningscomité van broeders uit Goma en Gisenyi gaat aan de slag. Het eerste doel is de Getuige-vluchtelingen onder te brengen in de zes Koninkrijkszalen in de buurt. Dit wordt nog diezelfde dag gedaan. Er wordt aan de kant van de weg een bord in het Frans en het Swahili neergezet dat de weg aangeeft naar een plaatselijke Koninkrijkszaal, waar de vluchtelingen hulp en troost kunnen vinden. Diezelfde dag arriveert er ook drie ton aan eerste levensbehoeften bij de Koninkrijkszalen waar de Getuigen ondergebracht zijn. De volgende dag, zaterdag, komt er een vrachtwagen uit Kigali aan, volgeladen met voedsel, dekens, stukken plastic, zeep en medicijnen.

De onrust neemt toe

Het is een tijd van diepe bezorgdheid. Hoe kan er in de behoeften van al die mensen voorzien worden? Hoe zit het met de vulkaan? Wanneer zal de uitbarsting ophouden? Hoe erg is de stad Goma getroffen? Het nieuws dat geleidelijk aan doorkomt en het voortduren van de aardschokken beloven niet veel goeds. Deskundigen vrezen dat gevaarlijke concentraties zwaveldioxide de atmosfeer zullen verontreinigen. Men is ook bang dat het water in het Kivumeer vervuild zal worden tengevolge van chemische reacties.

Binnen 48 uur na de uitbarsting hadden zich verontrustende berichten verbreid. Dan horen we op zaterdagmiddag dat er zo’n 10.000 mensen, onder wie acht Getuigen en een kind, ingesloten zijn door lavastromen die op sommige plaatsen twee meter diep zijn. De lucht is doortrokken van giftige gassen. We vrezen voor hun leven. De situatie lijkt hopeloos. Zelfs de kathedraal van Goma is bijna helemaal verwoest door de meedogenloze voortgang van de lava. Op dat moment gelooft niemand dat Goma nog uit de as zal herrijzen.

Geruststellend nieuws

Zondagmorgen om negen uur krijgen we een telefoontje van een van de broeders die omringd zijn door de lava. Hij vertelt ons dat de situatie aan het veranderen is. Er zit verbetering in. Het regent, de lava koelt af en de atmosfeer klaart op. Hoewel de lava nog steeds heet en gevaarlijk is, beginnen mensen de stromen over te steken om op veiliger grond te komen. De stad is niet volledig verwoest.

Dat is het eerste goede nieuws sinds de rampzalige gebeurtenissen zijn begonnen. De vulkaan lijkt minder actief. Onder de deskundigen in de buurt zijn de meningen verdeeld. We zijn in staat contact te leggen met de naburige stad Bukavu, aan het andere uiteinde van het Kivumeer. We komen te weten dat vijf Getuige-gezinnen, en ook drie kinderen zonder hun ouders, Bukavu met de boot hebben bereikt. De Getuigen in de stad zullen voor hen zorgen.

We kunnen terug!

Op maandag 21 januari kunnen we de slachtoffers in Gisenyi aanmoedigen en troosten en ook vaststellen wat hun behoeften zijn. We bemerken dat de broeders en zusters die tijdelijk ondergebracht zijn in de zes Koninkrijkszalen zich organiseren. We zijn in staat nauwkeurig vast te stellen hoeveel Getuigen er gevlucht zijn — 1800 inclusief de kinderen.

Wat zal de toekomst brengen? De plaatselijke autoriteiten willen snel kampen opzetten voor de vluchtelingen. Maar sommigen hebben nog steeds nare herinneringen aan de vluchtelingenkampen die na de genocide in 1994 opgezet werden. We besluiten terug te gaan naar Goma en tegen de middag bereiken we de stad. Ongeveer 25 procent ervan is verwoest. We zijn in staat over de nu hard wordende lava te lopen die door de straten van de stad is gestroomd. De lava is nog steeds warm en de atmosfeer is doordrongen van de ontsnappende gassen. Veel mensen zijn vastbesloten naar de stad terug te keren.

Om een uur ’s middags komen we met 33 christelijke ouderlingen in de Koninkrijkszaal van de gemeente Goma-Centrum bijeen. Ze zijn het er unaniem over eens: ze besluiten terug te keren naar Goma. „Daar horen we thuis”, zeggen ze. En hoe zit het met de kans op een nieuwe uitbarsting van de vulkaan? „We zijn eraan gewend”, is het antwoord. Ze zijn bang dat als ze niet vlug terugkeren, al hun bezittingen geplunderd zullen worden. De volgende dag zijn alle Getuige-gezinnen die gevlucht waren terug in Goma. De overgrote meerderheid van de 300.000 mensen die de grens waren overgestoken, is eveneens naar de getroffen stad teruggekeerd.

Een week later

De stad bruist weer van activiteit. Het is duidelijk dat ze niet te gronde zal gaan. Al gauw is men bezig de lava zodanig te egaliseren dat de twee delen van de stad die van elkaar gescheiden waren weer herenigd kunnen worden. Alles wat zich op het pad van de lava bevond is verwoest. Van het handelscentrum en het bestuurlijke gedeelte van de stad is niets meer over. Geschat wordt dat een derde van de landingsbaan van het vliegveld verwoest is.

Uit een nauwkeurige telling blijkt dat ook 180 Getuige-gezinnen alles hebben verloren en dakloos zijn. Het hulpverleningscomité treft regelingen om ongeveer 5000 mannen, vrouwen en kinderen van dagelijkse voedselrantsoenen te voorzien. Een zending plastic dekzeilen, geschonken door Jehovah’s Getuigen in België, Frankrijk en Zwitserland, zal gebruikt worden voor tijdelijke onderkomens voor de daklozen, en ook voor vergaderplaatsen voor de gemeenten waarvan de Koninkrijkszalen ernstig beschadigd of verwoest zijn. Sommige dakloze gezinnen zullen bij Getuigen verblijven van wie de huizen nog intact zijn, terwijl anderen in de tijdelijke onderkomens ondergebracht zullen worden.

Op vrijdag 25 januari, zo’n tien dagen na die verschrikkelijke nacht, luisteren 1846 aanwezigen op een vergadering op een schoolplein in Goma naar aanmoedigende woorden uit de Schrift. Er worden talrijke uitingen van dankbaarheid van de broeders en zusters gehoord voor de steun en ook de praktische hulp die Jehovah door middel van zijn organisatie heeft verschaft. Wij bezoekers zijn diep geroerd door de moed en het sterke geloof dat de broeders en zusters ondanks hun verschrikkelijke omstandigheden hebben getoond. Hoe aangenaam is het om onder zulke ellende deel uit te maken van een broederschap die verenigd is in de aanbidding van de ware God, Jehovah, de Bron van eeuwige vertroosting! — Psalm 133:1; 2 Korinthiërs 1:3-7.

[Voetnoot]

^ ¶5 In het Swahili staat de vulkaan bekend als mulima ya moto, wat „de berg van vuur” betekent. — Zie het artikel „Ons bezoek aan een actieve vulkaan” in de Ontwaakt! van 8 november 1975.

[Kaarten op blz. 22, 23]

(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)

De pijlen geven de lavastroom aan

CONGO (KINSHASA)

De Nyiragongo

↓ ↓ ↓

Luchthaven van Goma ↓ ↓

↓ GOMA

↓ ↓

KIVUMEER

RWANDA

[Illustraties op blz. 23]

De gesmolten lava dwong tienduizenden inwoners de stad Goma te ontvluchten

[Verantwoording]

AP Photo/Sayyid Azim

[Illustraties op blz. 24, 25]

Binnen een week hielden de Getuigen hun christelijke vergaderingen weer