Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

De bijzondere yoeroemi

De bijzondere yoeroemi

De bijzondere yoeroemi

DOOR EEN ONTWAAKT!-MEDEWERKER IN ARGENTINIË

IN DE duisternis van hun ondergrondse bunker is een gemeenschap opgewonden aan het vechten in reactie op een aanval. De verdedigende soldaten spoeden zich naar de gevarenzone met wapens in de aanslag, maar die schieten jammerlijk tekort. Plotseling stort er een enorm deel van de beschermende muur in en veel inwoners worden door het puin verpletterd. Door de bres in hun verdediging valt de indringer binnen, in het verblindende licht.

Is dit een beschrijving van een bestorming van een stad in de Romeinse tijd? Of een scène uit een actiefilm? Nee, zeker niet! Het is de aanval van de yoeroemi — gezien vanuit het standpunt van een insect. Voor de yoeroemi, een miereneter, is het slechts een van de vele termietenheuvels die hij op zijn dagelijkse ronde tegenkomt.

Een ontmoeting met een yoeroemi

Hoewel er diverse soorten miereneters zijn, zullen we ons specifiek richten op de yoeroemi of grote miereneter. De yoeroemi heeft een logge tred, maar als hij zich moet verdedigen, gaat hij rechtop staan en zal hij een aanvaller met zijn krachtige voorpoten „omarmen” net als een beer.

De naam yoeroemi komt uit het Guaraní, een taal die in het noordoosten van Argentinië en in aangrenzende landen wordt gesproken, en betekent „kleine mond”. De naam is heel passend omdat zijn snuit een vrij kleine opening heeft, hoewel zijn kaken over de hele lengte van zijn kop lopen. De lange, buisvormige snuit is een van de eerste kenmerken die een waarnemer opvallen. De yoeroemi heeft ook een lange, ruige staart, die soms bijna rechtop staat. Bij zijn staart wordt zijn dikke vacht lang en donzig waardoor hij er veel lijviger uitziet dan hij eigenlijk is. Ondanks zijn opvallende uiterlijk is zijn lichaam toch maar ongeveer zo groot als dat van een Duitse herdershond. Een volwassen yoeroemi kan 25 kilo wegen. Maar hij kan een lengte bereiken van 1,8 meter of langer, gemeten vanaf zijn snuit tot aan het puntje van zijn staart.

De yoeroemi leidt een eenzaam, zwervend bestaan, voornamelijk in de moerassige savannen van Zuid-Amerika. Bij dat werelddeel denkt men vaak aan dichtbegroeide regenwouden en weelderige vegetatie. Maar er zijn ook grote uitgestrekte vlakten met droog grasland, bezaaid met palmbosjes en heuvels met doornachtige vegetatie. De grond van deze gebieden is rijk aan verteerd plantenmateriaal en is ideaal voor termieten. Hier bouwen de insecten hun wolkenkrabbers van aarde en speeksel — een combinatie die een ijzersterke constructie oplevert. Deze hechte structuren kunnen een hoogte bereiken van bijna twee meter.

Te midden van deze overvloed aan insecten treffen we de yoeroemi aan, die gespecialiseerd is in het eten van deze beestjes. Zijn wetenschappelijke naam Myrmecophaga tridactyla vestigt dan ook ten eerste de aandacht op zijn eetgewoonten (miereneter) en ten tweede op het feit dat drie van de vier tenen aan elke voorpoot voorzien zijn van vervaarlijke, haakachtige klauwen. De Enciclopedia Salvat de la fauna vermeldt: „De klauwen dienen voor de jacht op voedsel maar ook ter verdediging: wanneer de miereneter wordt aangevallen gebruikt hij ze als geslepen stiletto’s waarmee hij, door zich vaardig en bekwaam op zijn achterpoten te verheffen, ernstige verwondingen kan toebrengen en zelfs jaguars op de vlucht kan laten slaan.”

Hoe eet de yoeroemi?

De yoeroemi heeft geen tanden. Dat vormt echter geen belemmering, want hij heeft bijzondere hulpmiddelen om aan zijn voeding te komen. Ten eerste heeft hij een uitstekend reukvermogen — veertig keer scherper dan dat van de mens — waarmee hij voedsel kan traceren. Verder gebruikt hij zijn voorpoten, met klauwen die wel tien centimeter lang kunnen worden, om in de aarden bunkers naar insecten, larven of eitjes te graven. Hierna reikt hij met zijn dunne, 45 centimeter lange tong in de verborgen insectengangen.

De extra grote speekselklieren van de yoeroemi scheiden kleverig speeksel af om zijn tong vochtig en plakkerig te houden. Mieren of termieten blijven aan zijn tong kleven en worden met het terugtrekken van de tong meegesleurd, de mond in. Maar alleen het doorslikken van die beestjes is niet voldoende. Hij moet ze ook verteren. Het is interessant dat hij sterke maagspieren heeft die de insecten fijnwrijven.

Hoe ziet de toekomst van de yoeroemi eruit?

Hoewel ze in grote delen van Midden- en Zuid-Amerika voorkomen, zijn ze nooit talrijk geweest. Misschien waren ze nooit erg vruchtbaar. Yoeroemi-wijfjes werpen na een draagtijd van zo’n 190 dagen slechts één jong. Het eerste jaar wordt het jong door zijn moeder meegedragen op haar rug. Een Argentijnse natuuronderzoeker beschrijft een interessant aspect hiervan: „Ik kwam een wijfje tegen met een jong van slechts een paar dagen oud. Het kleine beestje was op de rug van het volwassen dier nauwelijks te zien en ik zag met belangstelling dat de camouflage nog werd gecompleteerd door de speciale plek die het jong had uitgekozen, waardoor de zwarte streep op zijn rug overliep in die van zijn moeder. Zo was hij moeilijker te zien voor roofvogels.”

De yoeroemi heeft een waardevolle invloed op de ecologische omgeving waarin hij leeft. Een enkele yoeroemi verslindt tienduizenden mieren of termieten per dag. Zou de insectenpopulatie zonder die voortdurende aanvallen van de yoeroemi wellicht dusdanig in aantal toenemen dat die insecten een plaag zouden gaan vormen? Hoe het ook zij, het natuurlijke evenwicht is aan het veranderen. Waardoor komt dat?

Helaas is de yoeroemi door toedoen van de mens langzamerhand aan het verdwijnen. Sommigen jagen op de yoeroemi voor de sport, anderen doden het dier omdat ze het als een slecht voorteken zien. Weer anderen vangen het om het te verkopen aan verzamelaars van zeldzame diersoorten, en dan komen deze miereneters terecht in een kooi of — opgezet — in een museum. Zal de yoeroemi net als andere zeldzame dieren uitsterven? De tijd zal het leren. Er worden inspanningen in het werk gesteld ter bescherming van dit juweel van biologische diversiteit.

[Illustratie op blz. 15]

Op zoek naar een van zijn favoriete maaltjes — termieten

[Illustratie op blz. 15]

Een jong bij moeder op de rug

[Illustratie op blz. 14, 15]

De indrukwekkende tong van 45 centimeter lang

[Verantwoording]

Kenneth W. Fink/Bruce Coleman Inc.