Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Levenswijsheid in een complexe wereld

Levenswijsheid in een complexe wereld

Levenswijsheid in een complexe wereld

„Aan iemand die Hem bevalt, schenkt God wijsheid, kennis en blijdschap.” — PREDIKER 2:26, WILLIBRORDVERTALING.

HET nemen van verstandige, ethisch verantwoorde beslissingen is geen geringe uitdaging in een wereld waarin de geneeskunde en technologie steeds complexer worden. Sta eens stil bij enkele recente controversiële ontwikkelingen. Vrouwen kunnen een ongewenste zwangerschap nu beëindigen door gewoon een „morning-afterpil” te slikken. Wetenschappers hebben de genetische barrière doorbroken, waardoor ze in staat zijn planten en dieren te „manipuleren”. Laboratoria verdringen elkaar om aan menselijke embryo’s te komen voor kostbare stamcellen, waarvan menigeen hoopt dat ze een medische revolutie teweeg zullen brengen.

Zulke pogingen om de natuur te manipuleren, maken veel mensen nerveus en angstig, en zorgen zeker voor morele en ethische verwarring. Die effecten doen ons denken aan de woorden uit de bijbel: ’Het is niet aan de aardse mens zijn weg te bepalen. Het staat niet aan een man die wandelt, zelfs maar zijn schrede te richten’ (Jeremia 10:23). Ja, net zoals kinderen leiding van ouders nodig hebben, hebben alle mensen de hulp nodig van onze hemelse Vader om verstandig te wandelen. — Spreuken 1:33.

Wijsheid door naar God te luisteren

We luisteren naar God door zijn geschreven Woord te lezen en in praktijk te brengen. Het is waar dat de bijbel niet specifiek over alle complexe medische en wetenschappelijke kwesties spreekt waarmee we nu te maken hebben. Niettemin kunnen de bijbelse beginselen, die eeuwig zijn, ons helpen tot deugdelijke conclusies te komen. — 1 Petrus 1:25.

Neem bijvoorbeeld het debat over menselijke embryonale stamcellen. Zoals we hebben gezien, worden die gewonnen ten koste van een levend embryo. Over het ethische conflict dat daaruit voortvloeit, zei Francis Collins, directeur van het Nationaal Menselijk Genoom Onderzoeksinstituut in de Verenigde Staten: „Het is een klassiek voorbeeld van een botsing tussen twee zeer belangrijke principes. Het ene is de heiligheid van het menselijk leven en het andere is ons zwaarwegende mandaat als mens om lijden te verlichten en iets aan verschrikkelijke ziekten te doen . . . Veel mensen vinden, en ik denk terecht, dat men met dit soort onderzoek in strijd handelt met het begrip heiligheid van het menselijk leven, door cellen te manipuleren die afkomstig zijn uit een menselijk embryo.”

De bijbel helpt ons bij dit complexe strijdpunt door Gods kijk op het ongeboren leven te onthullen. Als in het oude Israël een zwangere vrouw door iemand anders letsel werd toegebracht en óf zij óf haar ongeboren kind dientengevolge stierf, beschouwde God de daarvoor verantwoordelijke persoon als een moordenaar. Hij moest daarvoor boeten met „ziel voor ziel” (Exodus 21:22, 23). * Daaruit kunnen we concluderen dat voor de Schepper al het menselijk leven heilig is, ook dat van het ongeboren kind. In feite begint Gods belangstelling voor ons terwijl we ons nog in de baarmoeder bevinden, zoals de psalmist onthult: „Uw ogen zagen zelfs het embryo van mij, en in uw boek waren alle delen ervan beschreven.” — Psalm 139:16.

Ondanks de grote technische vorderingen die mensen hebben geboekt, helpt de bijbel ons een evenwichtige, reële kijk op mensen en hun prestaties te hebben. Gods Woord zegt: „Vertrouw niet op hoge heren, niet op een mensenkind dat niet redden kan: als zijn levensgeesten zijn geweken, wordt hij weer aarde, dan is het afgelopen met al zijn plannen” (Psalm 146:3, 4, WV). Voor sommigen zal deze uitspraak rieken naar pessimisme. Maar is dat echt zo? Is het niet eenvoudig een onopgesmukte constatering van feiten? Inderdaad, want zelfs de bekwaamste mens kan niet voorkomen dat hij zelf oud en ziek wordt en uiteindelijk sterft — laat staan dat hij anderen daarvoor kan behoeden.

De Schepper evenwel is aan geen van onze beperkingen onderhevig. Sterker nog, hij bezit zowel het vermogen om te redden als de wil daartoe. Jezus zei: „God heeft de wereld zozeer liefgehad dat hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat een ieder die geloof oefent in hem, niet vernietigd zou worden, maar eeuwig leven zou hebben” (Johannes 3:16). Om ons een basis te geven om ’geloof te oefenen’, genas Jezus toen hij op aarde was alle zieken en gehandicapten die naar hem toe kwamen. Hij wekte zelfs de doden op! — Lukas 7:21, 22.

Jezus’ daden vormden een voorproefje van Gods grote genezingsprogramma, dat zal beginnen wanneer zijn koninkrijk de totale macht op aarde overneemt. Daar vragen mensen om wanneer ze het gebed uitspreken dat algemeen het Onze Vader wordt genoemd. Ja, alleen door middel van Gods koninkrijk — Gods hemelse regering in handen van Jezus Christus — zal Gods wil hier op aarde geschieden. — Daniël 2:44; Mattheüs 6:9, 10.

Vervullen deze bijbelse beloften u met hoop? En wilt u ernaar streven God nu te behagen door u te verdiepen in zijn mening over de vele moeilijke kwesties waarmee we geconfronteerd worden? Zo ja, dan moedigen we u aan te luisteren naar Gods Woord en u eraan te houden. Het is werkelijk een bron van wijsheid voor het leven — ja, voor het eeuwige leven. — Johannes 17:3; 2 Timotheüs 3:16.

[Voetnoot]

^ ¶8 Sommigen hebben geredeneerd dat deze wet alleen betrekking heeft op geweld dat de moeder wordt aangedaan. Maar de oorspronkelijke Hebreeuwse tekst geeft iets anders te kennen. De gerenommeerde bijbelgeleerden C. F. Keil en F. Delitzsch zeggen dat de woordkeus van de Hebreeuwse tekst „het duidelijk onmogelijk [maakt] de woorden alleen op letsel dat de vrouw wordt toegebracht te laten slaan”. — Zie De Wachttoren van 1 november 1978, blz. 30.

[Illustraties op blz. 10]

De bijbel verschaft leiding voor deze tijd en een vaste hoop op volmaakte gezondheid in de toekomst