Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Is er een onvergeeflijke zonde?

Is er een onvergeeflijke zonde?

De zienswijze van de bijbel

Is er een onvergeeflijke zonde?

IS ER een straf die erger is dan de dood? Ja, de dood zonder de hoop op een opstanding omdat men een onvergeeflijke zonde heeft begaan. Jezus zei dat er een soort van zonde bestaat die ’niet vergeven zal worden’. — Mattheüs 12:31.

De bijbel beschrijft God echter als vergevensgezind. Hoewel mensen geneigd kunnen zijn te blijven wrokken en niet te vergeven, ’vergeeft God rijkelijk’ (Jesaja 55:7-9). In feite heeft God, met grote kosten voor zichzelf, zijn geliefde Zoon naar de aarde gezonden als een zoenoffer dat zo kostbaar is, dat het onze zonden kan uitwissen. — Johannes 3:16, 17; Handelingen 3:19; 1 Johannes 2:1, 2.

Op zijn bestemde tijd zal God veel mensen opwekken die ernstige zonden hebben begaan maar niet meer verantwoordelijk gesteld zullen worden voor hun vroegere daden (Handelingen 24:15; Romeinen 6:23). In feite zei Jezus dat behalve de onvergeeflijke zonde ’iedere soort van zonde en lastering vergeven zal worden’ (Mattheüs 12:31). Dus vraagt u zich misschien af: Wat zou zo verschrikkelijk slecht kunnen zijn dat het voor God onvergeeflijk is?

Wanneer berouw niet meer mogelijk is

Jezus’ waarschuwing had betrekking op moedwillige „lastering tegen de geest”. Er is geen vrijspraak voor dit soort van zonde. „Neen, niet in dit samenstel van dingen noch in het toekomende”, voegde hij eraan toe (Mattheüs 12:31, 32). Degenen die zich aan die zonde schuldig hebben gemaakt, zullen niet worden opgewekt.

Wat is lastering tegen de geest? Zo’n lastering komt voort uit het hart en onthult een boosaardige houding en opzet. De vastberaden opzet om Gods heilige geest tegen te staan, vergroot de ernst van deze zonde. Ter illustratie: In sommige delen van de wereld maakt de wet een onderscheid tussen moord (levensberoving met voorbedachten rade) en doodslag. Alleen bij levensberoving met voorbedachten rade wordt soms de doodstraf toegepast.

De apostel Paulus was een lasteraar geweest, maar zei: ’Mij werd barmhartigheid betoond omdat ik onwetend was’ (1 Timotheüs 1:13). Tegen de heilige geest zondigen, betekent zich er moedwillig tegen verzetten. Er is een slechte hartentoestand bij betrokken waarbij een punt wordt bereikt vanwaar geen terugkeer meer mogelijk is.

Paulus doelde klaarblijkelijk op deze soort van zonde toen hij schreef: „Het is onmogelijk om hen die eens voor al verlicht zijn geweest en die de hemelse vrije gave hebben gesmaakt en die deelgenoten zijn geworden van heilige geest en die het voortreffelijke woord van God en krachten van het komende samenstel van dingen hebben gesmaakt, maar die zijn afgevallen, wederom tot berouw te brengen” (Hebreeën 6:4-6). De apostel zei ook: „Indien wij moedwillig zonde beoefenen na de nauwkeurige kennis van de waarheid te hebben ontvangen, blijft er geen slachtoffer voor zonden meer over.” — Hebreeën 10:26.

In Jezus’ tijd bewoog het gedrag van sommige religieuze leiders hem ertoe tegen de onvergeeflijke zonde te waarschuwen. Maar ze sloegen geen acht op zijn waarschuwing. Ze lieten hem zelfs om het leven brengen. Later hoorden ze een onweerlegbaar getuigenis dat de heilige geest iets wonderbaarlijks had gedaan, namelijk dat Jezus uit de doden was opgewekt! Het was duidelijk dat Jezus de Christus was! Toch handelden ze goddeloos tegen de heilige geest door de Romeinse soldaten te betalen om te liegen over Jezus’ opstanding. — Mattheüs 28:11-15.

Waarschuwing voor ware christenen

Waarom nemen ware christenen de waarschuwing tegen de onvergeeflijke zonde ter harte? Omdat we, hoewel we nauwkeurige kennis van God en van de werking van zijn geest hebben, een goddeloos hart kunnen ontwikkelen (Hebreeën 3:12). We moeten oppassen voor de gedachte dat dit ons nooit kan overkomen. Denk aan Judas Iskariot. Hij was ooit een getrouwe volgeling van Jezus. Hij werd als een van de twaalf apostelen gekozen, dus moet hij goede eigenschappen hebben gehad. Maar op een gegeven moment begon hij toe te laten dat goddeloze gedachten en verlangens sterker werden, en uiteindelijk kregen die de overhand. In de periode dat hij ooggetuige was van Jezus’ ongelooflijke wonderen, stal hij geld. Vervolgens verried hij willens en wetens de Zoon van God voor geld.

Sommige mensen die vroeger getrouwe christenen waren, hebben zich doelbewust van God afgekeerd, misschien wegens verbitterdheid, trots of hebzucht, en strijden nu als afvalligen tegen Gods geest. Ze verzetten zich moedwillig tegen hetgeen de geest overduidelijk tot stand brengt. Hebben deze personen de onvergeeflijke zonde begaan? Jehovah is de uiteindelijke Rechter. — Romeinen 14:12.

In plaats van anderen te oordelen, dienen we ervoor op te passen dat we zelf geen verborgen zonden begaan waardoor ons hart geleidelijk aan verhard zou kunnen worden (Efeziërs 4:30). En het is vertroostend te weten dat, als we berouwvol zijn, Jehovah ons rijkelijk zal vergeven, zelfs als we ernstige zonden hebben begaan. — Jesaja 1:18, 19.

[Illustratie op blz. 12, 13]

Sommige Farizeeën begingen de onvergeeflijke zonde