Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

„Alternatieve” leefstijlen — Keurt God ze goed?

„Alternatieve” leefstijlen — Keurt God ze goed?

De zienswijze van de bijbel

„Alternatieve” leefstijlen — Keurt God ze goed?

„WANNEER weet ik zeker wat mijn seksuele voorkeur is?” Dat schreef een dertienjarig meisje naar een vragenrubriek voor tieners. Haar vraag weerspiegelt de mening van velen — dat mensen elke seksuele leefstijl mogen volgen die ze kiezen.

Sommige mensen zijn misschien echt in verwarring omtrent hun seksuele gevoelens. Anderen nemen openlijk „alternatieve” leefstijlen aan, zoals homoseksualiteit. Weer anderen gedragen en kleden zich schaamteloos als iemand van het andere geslacht. Enkelen ondergaan een transseksuele operatie. Sommigen redeneren zelfs dat volwassenen seks met kinderen moeten kunnen hebben.

Is iemands geslacht of wat hij of zij op seksueel gebied doet echt een persoonlijke keus? Wat heeft Gods Woord hierover te zeggen?

„Als man en als vrouw schiep hij hen”

Volgens het bijbelboek Genesis schiep God zelf de verschillen tussen mannen en vrouwen. Het verslag zegt: „God ging ertoe over de mens te scheppen naar zijn beeld . . . Als man en als vrouw schiep hij hen. Voorts zegende God hen en God zei tot hen: ’Weest vruchtbaar en wordt tot velen en vult de aarde en onderwerpt haar.’” — Genesis 1:27, 28.

God schiep mensen met een vrije wil en bood hun ook gelegenheden om van hun vrijheid te genieten (Psalm 115:16). De mens kreeg de verantwoordelijkheid toevertrouwd voor alle andere levensvormen op aarde te zorgen en mocht zelfs passende namen ervoor kiezen (Genesis 2:19). Maar ten aanzien van seksuele zaken gaf God specifieke richtlijnen. — Genesis 2:24.

Door Adams ongehoorzaamheid hebben we allemaal onvolmaaktheid geërfd. We moeten dus vechten tegen vleselijke zwakheden en sterke verlangens die niet in overeenstemming zijn met Gods oorspronkelijke voornemen. Daarom noemde God in de via Mozes gegeven wetten specifiek wat hij op seksueel gebied verafschuwde — namelijk overspel, incest, homoseksualiteit en bestialiteit (Leviticus 18:6-23). God verbood ook uitdrukkelijk dat men zich met immorele bedoelingen zou kleden als iemand van het andere geslacht (Deuteronomium 22:5). De bijbel leert consequent dat God alleen seksuele betrekkingen goedkeurt met iemand van het andere geslacht met wie men gehuwd is (Genesis 20:1-5, 14; 39:7-9; Spreuken 5:15-19; Hebreeën 13:4). Zijn zulke maatstaven redelijk?

Een kwestie van persoonlijke keuze?

De bijbel vergelijkt de positie van de mens tegenover zijn Schepper met leem in de handen van een pottenbakker. Er staat: „O mens, wie zijt gij dan toch, dat gij God wilt tegenspreken? Zal het geboetseerde soms tot zijn boetseerder zeggen: ’Waarom hebt gij mij zo gemaakt?’” (Romeinen 9:20) Uit de manier waarop God man en vrouw heeft gemaakt, blijkt duidelijk dat het heel natuurlijk is dat zij zich seksueel tot elkaar aangetrokken voelen. Zich seksueel aangetrokken voelen tot iemand van hetzelfde geslacht, een dier of een kind is dus onnatuurlijk. — Romeinen 1:26, 27, 32.

Om deze reden gaan mensen die zulke onnatuurlijke seksuele neigingen volgen, in feite tegen God in. In de bijbel staat deze waarschuwing: „Wee degene die heeft getwist met zijn Formeerder, als een scherf van aardewerk met de andere scherven van aardewerk van de grond! Dient het leem soms tot zijn formeerder te zeggen: ’Wat maakt gij?’” (Jesaja 45:9) Het is beslist redelijk dat de Maker van de mens richtlijnen geeft op seksueel gebied. Is het dan ook niet redelijk dat mensen die richtlijnen dienen te volgen?

’In het bezit komen van zijn eigen vat’

De bijbelschrijver Paulus gebruikte een soortgelijke illustratie toen hij christenen richtlijnen gaf over seksueel gedrag. Hij zei: ’Eenieder van u dient te weten hoe in heiliging en eer in het bezit te komen van zijn eigen vat, niet in hebzuchtige seksuele begeerte’ (1 Thessalonicenzen 4:4, 5). Paulus vergelijkt iemands lichaam met een vat. In het bezit komen van dit vat betekent zijn gedachten en verlangens in overeenstemming brengen met Gods morele wetten.

Nu is dit misschien niet makkelijk. Het is begrijpelijk dat het moeilijkheden oplevert voor iemand die als kind seksueel misbruikt is, iemand die van zijn ouders of verzorgers een verwrongen beeld heeft meegekregen van wat mannelijkheid of vrouwelijkheid inhoudt, of iemand die op jonge leeftijd pornografie onder ogen heeft gekregen. Genetische, hormonale en psychologische factoren kunnen ook tot verwrongen seksuele gevoelens leiden. Maar het is geruststellend te weten dat onze Schepper in hulp en steun kan voorzien voor degenen die dat nodig hebben. — Psalm 33:20; Hebreeën 4:16.

Laat de Grote Pottenbakker zijn werk doen

Een stuk leem moet midden op het pottenbakkerswiel worden gelegd voordat de pottenbakker ermee kan gaan boetseren. Daarna oefent de pottenbakker, terwijl de schijf draait, met zijn vingers matige druk uit op het leem om er de gewenste vorm aan te geven. Voordat wij gevormd kunnen worden tot een aangenaam persoon in Gods ogen, moet ons leven om de tijdloze beginselen en wetten van God draaien. Als we daar eenmaal moeite voor doen, oefent God liefdevol matige druk uit door middel van de bijbel, zijn heilige geest en de christelijke broederschap. Dan zal iemand Gods persoonlijke zorg in zijn leven ervaren.

Natuurlijk moeten we vertrouwen aankweken in de wijsheid van de Schepper en ervan overtuigd zijn dat hij weet wat het beste voor ons is. Dit vertrouwen krijgen we door gebed en serieuze studie van de bijbel. Iemand die de kwestie van ongepaste seksuele gevoelens met die instelling benadert, wordt kneedbaar in de handen van de Schepper. In 1 Petrus 5:6, 7 staat: „Vernedert u daarom onder de machtige hand van God, opdat hij u te zijner tijd moge verhogen, terwijl gij al uw bezorgdheid op hem werpt, want hij zorgt voor u.”

Door geregeld de bijbel te lezen, leren we een lange reeks getrouwe dienstknechten van God kennen die tegen vleselijke verlangens streden maar het nooit opgaven. Wat zijn deze voorbeelden aanmoedigend! We proeven dat de apostel Paulus soms teleurgesteld was in zichzelf wanneer hij uitroept: „Ellendig mens die ik ben! Wie zal mij verlossen van het lichaam dat deze dood ondergaat?” Maar hij wijst ons ook op de voornaamste bron van hulp wanneer hij zijn eigen vraag beantwoordt: „God zij gedankt door bemiddeling van Jezus Christus, onze Heer!” — Romeinen 7:24, 25.

Een kracht die iemand kan veranderen

We kunnen ook profiteren van Gods heilige geest. Dit is een sterke kracht die iemand kan veranderen. Heilige geest helpt ons ’de oude persoonlijkheid weg te doen’ en ’de nieuwe persoonlijkheid aan te doen, die naar Gods wil werd geschapen in ware rechtvaardigheid en loyaliteit’ (Efeziërs 4:22-24). Onze liefdevolle hemelse Vader reageert altijd als er oprecht om hulp van de heilige geest wordt gevraagd bij het maken van deze verandering. Jezus verzekert ons dat de Vader ’heilige geest zal geven aan wie hem erom vragen’ (Lukas 11:13). Maar het is wel nodig aan te houden in gebed, zoals blijkt uit zijn woorden: „Blijft vragen, en het zal u gegeven worden” (Mattheüs 7:7). Dit geldt vooral voor het beheersen van krachtige seksuele verlangens.

God helpt ons ook door middel van de ware christelijke broederschap, die bestaat uit personen met allerlei achtergronden. Sommige christenen in de eerste-eeuwse gemeente in Korinthe vielen voorheen in de categorie „mannen die er voor tegennatuurlijke doeleinden op na worden gehouden” en „mannen die bij mannen liggen”. Maar ze veranderden. Het bloed van Christus reinigde hen en ze werden aanvaardbaar in Gods ogen (1 Korinthiërs 6:9-11). Tegenwoordig moeten sommigen net zulke veranderingen aanbrengen. Zulke personen kunnen vanuit de christelijke gemeente steun krijgen in hun gevecht tegen verkeerde verlangens.

Betekent dit dat als iemand een christen wordt, hij automatisch genezen zal zijn van alle afwijkende verlangens en niet langer in verwarring verkeert over seksuele geaardheid? Niet per se. Door consequent bijbelse beginselen toe te passen, kunnen sommigen een normaal leven leiden. Toch moeten deze christenen vaak dagelijks opboksen tegen verkeerde verlangens. Zulke personen dienen God dus ondanks een figuurlijke „doorn in het vlees” (2 Korinthiërs 12:7). Zolang ze tegen verkeerde neigingen blijven vechten en aan een rechtvaardig gedrag vasthouden, beschouwt God hen als getrouwe dienstknechten en zijn ze in zijn ogen rein. Ze kunnen uitkijken naar de tijd dat de hele mensheid „vrijgemaakt zal worden van de slavernij des verderfs en de glorierijke vrijheid van de kinderen Gods zal hebben”. — Romeinen 8:21.

Ondertussen moeten allen die God willen behagen zich aan Gods rechtvaardige maatstaven houden. Ware christenen willen graag God dienen en niet hun eigen zelfzuchtige neigingen volgen. Degenen die zich op alle terreinen van het leven nederig aan Gods wil onderwerpen, zullen met eeuwige vreugde en geluk worden beloond. — Psalm 128:1; Johannes 17:3.

[Inzet op blz. 13]

Ten aanzien van seksuele zaken gaf God specifieke richtlijnen

[Inzet op blz. 14]

Sommige eerste-eeuwse christenen in Korinthe waren voorheen ’mannen die er voor tegennatuurlijke doeleinden op na werden gehouden’ en ’mannen die bij mannen lagen’. Maar ze veranderden

[Illustratie op blz. 15]

Bijbelstudie helpt iemand hoge morele maatstaven aan te kweken