Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Bergen van marmer

Bergen van marmer

Bergen van marmer

Door een Ontwaakt!-medewerker in Italië

HET lijkt wel of de bergtoppen die boven Carrara en Pietrasanta oprijzen, hier en daar besneeuwd zijn. Maar dat is maar schijn. Die witte stukken zijn in werkelijkheid grote gebieden vol brokstukken uit een steengroeve. Deze bergen in de Apuaanse Alpen van Toscane, gelegen in het noordelijk deel van Midden-Italië, zijn een geologische bijzonderheid. Ze bestaan uit marmer. Nergens anders op aarde is er zo’n concentratie van dit prachtige materiaal te vinden.

Sinds de oudheid heeft de mens uit deze bergen marmer gehaald en er pilaren, panelen, vloeren en prachtige beeldhouwwerken van gemaakt. Door de aanzienlijke marmerafzettingen, de ervaring en professionaliteit van de plaatselijke arbeiders, en de hoogwaardige technologie die hier wordt gebruikt, is deze streek wat marmer betreft de rol van leider op de wereldmarkt gaan vervullen. Behalve het plaatselijk gedolven materiaal wordt ook het marmer dat uit alle hoeken van de aarde naar de haven Marina di Carrara wordt verscheept, door de gespecialiseerde ondernemers verwerkt en vervolgens over de hele wereld geëxporteerd.

Een oude marmertraditie

De Romeinen uit de oudheid gebruikten de plaatselijke steensoort voor bouwwerken en beeldhouwkunst. Vooral het witte statuaire marmer van Carrara, dat voor beelden wordt gebruikt, is altijd goed in de smaak gevallen. In 1505 zocht Michelangelo hier blokken fijnkorrelig marmer uit zonder aders of fouten waaruit hij enkele van zijn beroemdste meesterstukken heeft gehouwen.

In principe zijn de methoden om marmer uit te hakken eeuwenlang hetzelfde gebleven. In natuurlijke scheuren of in holten die in de rots waren gehouwen, werden op strategische plekken houten wiggen geplaatst. Als er water over de wiggen werd gegoten, zetten die uit waardoor een blok uiteindelijk loskwam. Halverwege de achttiende eeuw begon men met explosieven, maar die verbrijzelden zo veel van de rots dat er hoogstens nog een derde van te gebruiken was. Enorme brokken van het resterende marmer — die stukken die eruitzien als sneeuw — getuigen van de methoden uit voorbijgegane jaren.

Het was een levensgevaarlijke klus om monolieten met sleeën en touwen langs steile hellingen naar beneden te krijgen. „Als de kabel met de slee eraan brak,” legt één bron uit, „betekende dat een zekere dood voor de ploegbaas, die vlak voor het blok stond om de hele operatie te regisseren, terwijl iemand uit de ploeg die als met een verschrikkelijke zweepslag door de kabel werd geraakt, nauwelijks kans maakte het er levend af te brengen.”

De moderne methoden zijn natuurlijk heel anders. Ik heb een dag in de omgeving van Carrara doorgebracht en weet nu een beetje hoe het marmer tegenwoordig wordt bewerkt. Ik zal u vertellen wat ik te weten ben gekomen.

Een bezoek aan de groeve

Ik heb met Giovanni, de gids die me zal meenemen naar de groeve, afgesproken in een van de vele marmerhouwerijen van Carrara. Zulke houwerijen hebben honderden marmerblokken op voorraad, keurig op elkaar gestapeld, gereed voor de verkoop of om ter plekke te worden bewerkt. Uit die blokken worden door machines platen gezaagd en andere machines zorgen ervoor dat ze worden gepolijst. Vroeger moest dat allemaal met de hand gebeuren.

Om de groeve te bezoeken, stappen we in de terreinwagen van Giovanni en al gauw nemen we steile haarspeldbochten op weg naar een smalle bergvallei die bezaaid is met stukken wit steen. De vrachtwagens die we beladen met enorme blokken steen moeizaam de heuvel af zien rijden, kunnen vrachten aan van wel 30 ton.

Als we een bocht omgaan, zien we een schitterende, in de berg uitgehakte, witte wand. Hij is enorm groot en bestaat uit een reeks gigantische plateaus of terrassen, van elk zo’n zes tot negen meter hoog. Giovanni rijdt naar een van die plateaus en stopt er.

Als we om ons heen kijken, zien we dat we ons in een van de vele groeven bevinden die de vallei rijk is. In het natuurlijke rotsoppervlak zijn heel duidelijk witte littekens te zien, enkele ervan honderden meters boven ons. Terecht heeft men deze aanblik weleens ’groots maar verschrikkelijk’ genoemd.

Mijn gemijmer wordt onderbroken door een bulldozer die bezig is met een puntig werktuig een stuk van ons plateau te laten kantelen. Het blok, volmaakt rechthoekig en met een afmeting van misschien wel elf bij twee bij zes meter, valt met een doffe dreun op een bedding van steengruis dat zijn val moet opvangen. Maar hoe krijgen ze zulke blokken uit de rots?

Franco, Giovanni’s vader, die zijn hele leven al in de marmergroeven werkt, geeft het antwoord. Hij laat me een snaarschijf zien waarmee een lange staalkabel wordt aangedreven die een verticale snee maakt in de achterwand van het plateau waar we op staan. Eerst, zo legt hij uit, wordt in de rotswand horizontaal een gat van acht centimeter doorsnee geboord. Daarna boort men in het plateau dat een verdieping hoger ligt, ook een gat, nu recht naar beneden. De twee gaten moeten samenkomen. Dan wordt er een met diamanten bezette staalkabel door de gaten getrokken, waarna het begin en het eind van die kabel met elkaar verbonden worden, waardoor er iets ontstaat wat op een enorme halsketting lijkt. Vervolgens wordt de kabel strak gespannen en maakt hij, aangedreven door een elektromotor en razendsnel ronddraaiend, de gewenste snede. Als alle zijden van het blok — horizontaal en verticaal — los zijn, wordt het blok gekanteld. Vervolgens wordt het met diezelfde kabel in stukken van een beter hanteerbaar formaat gesneden om te worden getransporteerd. Diep in de nabijgelegen ondergrondse groeven worden bij het snijden van marmer soortgelijke methoden gebruikt.

Plaatselijke fabrieken maken van dit ruwe materiaal een hele reeks producten — tegels, bouwelementen en wandbekleding voor gebouwen. De bouwsector was en is nog steeds het grootste afzetgebied voor de marmerproducten van Carrara.

Sommige werkplaatsen maken op bestelling vloeren en ook decoraties voor binnen en buiten. Andere zijn gespecialiseerd in versierde schoorsteenmantels, badkamerinrichtingen, tafels en dergelijke. Plaatselijke producten in een van de prachtig gekleurde en getekende marmersoorten die op de markt worden gebracht, zijn bestemd om over de hele wereld openbare pleinen en zowel openbare als particuliere gebouwen te sieren, met inbegrip van kerkgebouwen, musea, winkelcentra, luchthavens en wolkenkrabbers.

De industriële kant van marmer is interessant, maar ik ben ook geïnteresseerd in de decoratieve en artistieke toepassingen. Om hierover meer te weten te komen, breng ik de middag door in Pietrasanta.

De marmerwerkplaatsen

„Loop eens binnen in de werkplaatsen van de handwerkslieden”, staat er uitnodigend in een informatiefolder voor toeristen, en ze „zullen u graag hun vakmanschap laten zien”. Pietrasanta is een aardig plaatsje, en het is geen punt als ik gewoon een paar van de werkplaatsen in en rond het middeleeuwse centrum binnenloop om de daar gemaakte artikelen te bewonderen.

Hier ontmoet ik beeldhouwers uit de hele wereld die aan gedurfde originele stukken werken, terwijl plaatselijke handwerkslieden, met hun gezicht en handen onder het witte stof, geconcentreerd bezig zijn met het reproduceren van beelden van gipsmodellen. De showrooms van de werkplaatsen, vol met klassieke en moderne kostbaarheden, lijken wel overvolle musea.

Het houwen van een beeld is een langdurig proces. Soms wordt een blok van twee ton bijvoorbeeld eerst machinaal grof in vorm gezaagd. Daarna wordt er misschien nog drie tot vijf maanden zorgvuldig aan het blok gebeiteld voordat het beeld af is. Tijdens dit proces kan er wel een ton marmer verwijderd worden. Vroeger waren hamers, beitels en vijlen het basisgereedschap. Tegenwoordig worden de werkzaamheden versneld door haakse slijpers en pneumatische beitels — de kleine ’broertjes’ van het gereedschap waarmee wegen kunnen worden opengebroken — maar de details moeten handmatig worden afgewerkt. De resultaten kunnen adembenemend mooi zijn.

De oude kunst van het marmerhouwen wordt niet meer op veel plaatsen beoefend. Maar het gebied van Carrara en Pietrasanta kan dankzij de materialen die voorhanden zijn, de bekwaamheid die vaklieden door de eeuwen heen hebben verworven en de kunstenaars die hier komen om te profiteren van de plaatselijke expertise, terecht ’één grote marmeracademie’ worden genoemd.

[Illustratie op blz. 24]

Ondergrondse marmergroeve

[Illustraties op blz. 24, 25]

Een met diamanten bezette kabel voor het snijden van marmerblokken

[Illustratie op blz. 24, 25]

Marmergroeven, Carrara (Italië)

[Illustratie op blz. 25]

Een marmeren beeld van keizer Augustus, uit de eerste eeuw

[Verantwoording]

Scala/Art Resource, NY

[Illustratieverantwoording op blz. 23]

Studio SEM, Pietrasanta