Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Ze helpen de boeren om in de sertão te overleven

Ze helpen de boeren om in de sertão te overleven

Ze helpen de boeren om in de sertão te overleven

DOOR EEN ONTWAAKT!-MEDEWERKER IN BRAZILIË

ER ZWERVEN naar schatting tien miljoen geiten in de sertão *, de semi-aride streek die 1,1 miljoen vierkante kilometer van Noordoost-Brazilië beslaat. In dit gebied komt het begrip zomer neer op negen maanden lang een wolkeloze hemel, verstikkende hitte en verschroeide, keiharde aarde. Rivieren verdwijnen, bomen laten hun bladeren vallen, de wind is heet en droog, en het vee zwerft vrij rond op zoek naar wat eetbaar groen, al is het nog zo schraal.

Maar de inheemse geiten van Brazilië schijnen zich niet bewust te zijn van de droge omstandigheden. Tijdens de ergste droogteperiodes worden de kudden runderen en schapen kleiner, terwijl het aantal geiten toeneemt. Hoe slagen ze erin te overleven?

Een bek die ontworpen is om te overleven

Veel mensen die in de sertão wonen, zeggen dat geiten alles eten: zelfs laarzen, zadels en kleding. Professor João Ambrósio, onderzoeker van het Nationaal Centrum voor Geitenonderzoek in Sobral (Noordoost-Brazilië), bevestigt dat geiten kunnen overleven door ogenschijnlijk onverteerbaar voedsel te eten zoals de wortels, droge bladeren en bast van meer dan zestig plantensoorten. Andere boerderijdieren zoals koeien zijn bijna uitsluitend afhankelijk van gras.

Niet kieskeurig zijn werkt in het voordeel van de geit, maar het meeste profijt heeft hij van zijn bek. Ambrósio legt uit dat koeien het voedsel met hun tong grijpen maar niet in staat zijn een enkel blad of de bast van een plant uit te kiezen. Geiten daarentegen gebruiken hun kleine bek, flexibele lippen en scherpe tanden om de voedzaamste delen van een plant te bemachtigen. Dit vermogen om schaars voedsel op te speuren en uit te zoeken, heeft de geit de reputatie bezorgd vegetatie te vernielen. „Geef de schuld aan de mens die de geit dwingt om in zulke omstandigheden te leven. De geit probeert gewoon te overleven”, zegt Ambrósio.

Geiten houden is zo gek nog niet

Het wekt geen verbazing dat geharde inheemse geiten in de sertão onmisbaar zijn geworden voor iemand die een boerderij heeft om in zijn eigen levensonderhoud te voorzien. Voor veel gezinnen zijn de geiten een belangrijke bron van eiwitten. Omdat rundvlees vaak duur is, zijn gegrild of gekookt geitenvlees en buxada (geitenmaag gevuld met rijst en in dobbelsteentjes gesneden pens) gebruikelijke kost. Geitenhuiden worden aan leerfabrieken verkocht en brengen zo extra geld in het laatje. Geiten worden in geval van nood dus makkelijk in contant geld omgezet voor de aanschaf van medicijnen of andere noodzakelijke dingen.

Nog een voordeel is dat geiten feitelijk nauwelijks zorg nodig hebben. Overdag grazen kleine kudden samen in de niet-omheinde catinga (een gebied met doornige plantengroei). Bij het vallen van de avond herkennen de geiten de stem van hun eigenaar en gaat elk dier gehoorzaam terug naar zijn kooi. De boer bemoeit zich alleen in de paartijd met de geiten. Dan kiest hij de exemplaren uit die hij gaat slachten, behandelt hij de zieke dieren en brandmerkt hij de jongen. Het fokken van geiten is zo eenvoudig dat zelfs mensen in de stad er vaak een paar in hun achtertuin houden of, ondanks plaatselijke wetten, in de stad laten rondzwerven. Het is niets bijzonders om er een geit op het plein te zien grazen.

Eeuwenlange ervaring heeft aangetoond dat het fokken van geiten praktisch is, vooral voor kleine boeren. Het fokken van acht geiten vergt niet meer werk dan het grootbrengen van één koe, en je hebt er ook niet meer land voor nodig. En denk eens aan het volgende: Stel dat een boer vijf koeien heeft. Als er een doodgaat, vertegenwoordigt dat een verlies van 20 procent van zijn kudde. Maar stel dat hij in plaats van vijf koeien veertig geiten heeft gefokt. Qua hoeveelheid land en werk maakt dat niet veel verschil. De dood van één geit zou een verlies betekenen van slechts 2,5 procent. Het is makkelijk te begrijpen waarom zo’n miljoen Braziliaanse gezinnen geiten zien als een soort verzekeringspolis tegen droogte en een mislukte oogst.

Stimulans om hard te werken

In de staat Bahia leven enkele van de grootste geitenkudden, met soms wel duizenden dieren. Naar verluidt zijn er in Uauá, een stadje in het binnenland op zo’n achthonderd kilometer van de hoofdstad van de staat, vijfmaal zoveel geiten als inwoners. Vrijwel de hele gemeenschap is voor haar levensonderhoud van de geitenfokkerij of verwante activiteiten afhankelijk. De mensen in de buurt zeggen vaak bij wijze van grap: „In Uauá houden de geiten mensen, in plaats van de mensen geiten.”

In mei worden de eerste geitjes geboren, ongeveer vijf maanden na het begin van de paartijd. Toegewijde geitenhoeders zijn van vier uur ’s morgens tot zeven uur ’s avonds bezig met het bijeendrijven, drenken en redden van babygeitjes die verdwaald of in gevaar zijn. Ervaren herders vangen dagelijks wel honderden wijfjesgeiten met een lasso en melken ze dan om te voorkomen dat de pasgeboren geitjes zich dooddrinken. Ze moeten ook verwondingen behandelen en zwermen paardenvliegen bestrijden, want die kunnen gaatjes veroorzaken in de huid van de geit, waardoor die in waarde achteruitgaat.

Een herder doet dit allemaal met liefde, maar niet geheel zonder eigenbelang. In Uauá en andere plaatsen op het platteland wordt de ijver van een herder beloond doordat er volgens het traditionele quarteação-systeem wordt uitbetaald. Van elke vier geitenlammeren die in de werptijd worden geboren, krijgt hij er een, en als de eigenaar van de kudde wat royaler is, krijgt hij er een van elke drie. Alle jonge geiten krijgen een nummer. Die nummers komen overeen met de lootjes die vervolgens uit een schaal worden getrokken. Omdat het lot kan vallen op lamme of gezonde, magere of dikke dieren, zorgen herders voor de kudde alsof die van henzelf was.

Meer rendement van de geiten

Braziliaanse geiten stammen af van de soorten die in het begin van de zestiende eeuw door Europese kolonisten werden ingevoerd. Maar ze zijn over het algemeen wel kleiner en geven veel minder melk dan hun Europese voorouders.

De Braziliaanse canindé bijvoorbeeld produceert maar iets meer dan een halve liter melk per dag, terwijl zijn genetische tegenhanger in Europa, de huisgeit, wel vier en een halve liter melk kan geven. Tientallen jaren lang was het de droom van veel boeren en landbouwkundigen om de taaiheid van de Braziliaanse geiten te combineren met de productiviteit van hun buitenlandse voorouders. Op die manier zou „de koe van de arme man”, zoals de geit door velen wordt genoemd, het goud van de sertãoboer kunnen worden.

Het kruisen van Braziliaanse met buitenlandse geiten is een snelle manier gebleken om het formaat en de melkopbrengst van het dier te vergroten. In de staat Paraíba (Noordoost-Brazilië) is een landbouwonderzoeksgroep erin geslaagd Braziliaanse geiten te kruisen met Italiaanse, Duitse en Engelse variëteiten. Dit leverde grotere dieren op die goed tegen de droogte konden en een hogere melkopbrengst hadden. Variëteiten die voorheen nog geen liter melk per dag gaven, produceren nu tussen de 2,2 en 3,8 liter.

Het onderzoekscentrum in Sobral heeft een even nuttige ontdekking gedaan die echter goedkoper door te voeren is. Onderzoekers bemerkten dat geiten een voorkeur hadden voor de bladeren van bepaalde bomen. Maar ze konden pas bij die bladeren als de bomen in het ruststadium verkeerden en hun bladeren lieten vallen. Om ervoor te zorgen dat er meer van deze bladeren als voedsel beschikbaar kwamen, werden bij bepaalde bomen alle takken boven een zekere hoogte gesnoeid. Daardoor ging de boom op lagere plekken uitspruiten, binnen het bereik van de geiten. Het resultaat? Een viervoudige gewichtstoename van de geiten die in de speciaal aangepaste gebieden graasden.

Ondanks deze vernieuwingen kunnen eigenaars van kleine kudden nog steeds geconfronteerd worden met een probleem dat met wetenschappelijk onderzoek waarschijnlijk niet zal worden opgelost. Wat is dat? Volgens een boer „raken geiten gewend aan hun verzorgers en worden het huisdieren. Het kan dus moeilijk zijn er een weg te doen.” Eigenaars willen gewoon geen afstand doen van hun huisdieren! Is dat misschien nog een reden waarom de geit een blijvertje is?

[Voetnoot]

^ ¶3 Portugese kolonisten noemden de streek kennelijk desertão, of grote woestijn, omdat die hen deed denken aan de woestijnen en savannen van Noord-Afrika.

[Kader/Illustratie op blz. 27]

De waarheid over geitenmelk

Veel mensen zeggen dat het moeilijk verteerbaar is; anderen zeggen dat het stinkt. Maar u moet al die negatieve publiciteit niet geloven. Als u koemelk niet goed verdraagt, zou het heel goed kunnen zijn dat uw huisarts of uw diëtist als alternatief geitenmelk adviseert. Hoewel geitenmelk meer eiwitten en vet bevat, zijn de vetbolletjes erin kleiner en lichter verteerbaar. En hoe staat het met de geur?

Geitenmelk is in feite reukloos. Als u een sterke, onaangename geur ruikt, komt dat misschien doordat de geit onder onhygiënische omstandigheden werd gemolken of doordat de geit nauw contact heeft gehad met een geitenbok. Geurklieren achter de hoornen van de bok produceren een hormoon dat het wijfje aantrekt. Het hormoon besmet echter alles wat de geitenbok aanraakt.

[Verantwoording]

CNPC–Centro Nacional de Pesquisa de Caprinos (Sobral, CE, Brasil)

[Kaart op blz. 25]

(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)

De „sertão”

[Illustratie op blz. 26]

De geit gebruikt zijn goed ontworpen bek om de beste delen van een plant uit te kiezen

[Verantwoording]

Dr. João Ambrósio–EMBRAPA (CNPC)

[Illustratieverantwoording op blz. 25]

Map: Mountain High Maps® Copyright © 1997 Digital Wisdom, Inc.; goats: CNPC–Centro Nacional de Pesquisa de Caprinos (Sobral, CE, Brasil)