Is vriendelijkheid een teken van zwakte?
De zienswijze van de bijbel
Is vriendelijkheid een teken van zwakte?
’Een slaaf van de Heer behoeft niet te strijden, maar moet vriendelijk zijn jegens allen.’ — 2 TIMOTHEÜS 2:24.
LANG voordat we worden geboren, wordt onze zich ontwikkelende huid gevoelig voor aanraking. Vanaf onze geboorte hunkeren we naar de tedere liefkozingen van onze moeder. In onze kindertijd wordt door de mate waarin we genegenheid van onze ouders krijgen, bepaald of we gaan glimlachen, of we ons emotioneel kunnen ontwikkelen en of we ons communicatievaardigheden eigen willen maken.
De bijbel heeft echter voorzegd dat de mensen in de laatste dagen ’ongehoorzaam aan ouders, ondankbaar, deloyaal en zonder natuurlijke genegenheid’ zouden zijn. Goede eigenschappen als vriendelijkheid en medegevoel zouden ver te zoeken zijn, omdat de mensen ’zichzelf zouden liefhebben’ en ’heftig zouden zijn, zonder liefde voor het goede’. — 2 Timotheüs 3:1-3.
Tegenwoordig vinden velen het nodig hard en gevoelloos te zijn. Ze beweren
dat vriendelijkheid een teken van zwakte is. Maar is dat zo?Vriendelijk en toch krachtig
Jehovah God wordt beschreven als „een manlijk persoon van oorlog” (Exodus 15:3). Hij is de ultieme Bron van alle kracht (Psalm 62:11; Romeinen 1:20). Toch weerhield Jehovah’s sterkte hem er niet van „zeer teder in genegenheid en barmhartig” te zijn toen hij de getrouwe man Job beloonde (Jakobus 5:11). In het geval van Israël beschreef Jehovah de tederste verhouding die er bestaat door zijn gevoelens voor hen te vergelijken met die van een zogende moeder die medelijden voelt voor „de zoon van haar buik”. — Jesaja 49:15.
Ook Jezus was zowel krachtig als vriendelijk. Hij veroordeelde de huichelachtige religieuze leiders van zijn tijd krachtig (Mattheüs 23:1-33). Ook dreef hij de hebzuchtige geldwisselaars met harde hand de tempel uit (Mattheüs 21:12, 13). Maar maakte Jezus’ afschuw van corruptie en hebzucht hem gevoelloos? Beslist niet! Jezus stond erom bekend dat hij vriendelijk was tegen anderen. Ja, hij vergeleek zichzelf zelfs met een hen die „haar broedsel van kuikens onder haar vleugels vergadert”. — Lukas 13:34.
Hard pantser of innerlijke kracht?
Ware christenen worden aangemoedigd Christus na te volgen door „de nieuwe persoonlijkheid . . . aan te doen, die naar Gods wil werd geschapen” (Efeziërs 4:20-24). We moeten ’de oude persoonlijkheid met haar praktijken afleggen’ net zoals een krab zijn oude schaal afwerpt om te kunnen groeien (Kolossenzen 3:9). Maar in tegenstelling tot de krab wiens lichaam snel weer verhardt nadat hij zich van de oude schaal heeft ontdaan, krijgen wij het gebod ons voorgoed te bekleden met „de tedere genegenheden van mededogen, goedheid . . . en lankmoedigheid” (Kolossenzen 3:12). Vriendelijkheid moet dus een van onze kenmerkende eigenschappen zijn.
Ons bekleden met tedere eigenschappen is geen teken van zwakte. Integendeel, het betekent dat we ’sterk gemaakt moeten worden naar de mens die we innerlijk zijn, met kracht door middel van Jehovah’s geest’ (Efeziërs 3:16). Een man die Lee heet zegt bijvoorbeeld: „Nog niet zo lang geleden was ik een hardvochtig, slecht mens. Ik zag er zelfs dreigend uit, want ik had piercings in mijn lichaam laten aanbrengen. Ik was vastbesloten een hoop geld te verdienen en aarzelde niet om grove taal en geweld te gebruiken om iets voor elkaar te krijgen. Ik kende geen medelijden.” Toch begon Lee met de hulp van een collega de bijbel te bestuderen, en hij leerde Jehovah God kennen en ging hem liefhebben. Hij heeft de oude persoonlijkheid afgelegd en heeft geleerd zelfbeheersing te oefenen. Nu toont hij zijn liefde voor mensen door zijn tijd te gebruiken om hen te helpen de bijbel te bestuderen.
Eens was ook de apostel Paulus „een onbeschaamd mens” die zijn toevlucht nam tot geweld om zijn doel te bereiken (1 Timotheüs 1:13; Handelingen 9:1, 2). Maar toen Paulus zich bewust werd van de barmhartigheid en liefde die Jehovah God en Jezus Christus hem betoonden, reageerde hij hierop door te proberen die eigenschappen na te volgen (1 Korinthiërs 11:1). Hoewel Paulus een krachtig standpunt innam voor christelijke beginselen, leerde hij in de omgang met anderen vriendelijk te zijn. Ja, hij gaf spontaan uiting aan zijn tedere genegenheid voor zijn broeders en zusters. — Handelingen 20:31, 36-38; Filemon 12.
De kracht ontwikkelen om vriendelijk te zijn
Zoals de ervaringen van zowel Lee als de apostel Paulus laten zien, wil vriendelijk leren omgaan met anderen niet zeggen dat iemand een zwakkeling moet worden. In feite is het tegenovergestelde waar. Het kost iemand juist kracht om zijn denken en handelen te veranderen en te vechten tegen de vleselijke neiging om ’kwaad met kwaad te vergelden’. — Romeinen 12:2, 17.
Ook wij kunnen leren teder meedogend te worden door geregeld Gods Woord te lezen en te mediteren over de liefde en barmhartigheid die Jehovah en zijn Zoon, Jezus Christus, ons al hebben betoond. Door dat te doen, zullen we toelaten dat de kracht van Gods Woord ons hart zachter maakt (2 Kronieken 34:26, 27; Hebreeën 4:12). Ongeacht uit wat voor gezin we komen of wat we hebben meegemaakt in ons leven, we kunnen leren ’vriendelijk te zijn jegens allen’. — 2 Timotheüs 2:24.
[Illustratie op blz. 18]
Een goede vader gaat vriendelijk om met zijn kinderen