Hoe zit het met onthoudingsgeloften?

IN RECENTE jaren zijn onthoudings- of maagdelijkheidsgeloften, zoals „Geen seks vóór het huwelijk”, onder jongeren populair geworden. Zulke geloften weerspiegelen prijzenswaardige doelen en komen overeen met Bijbelse geboden (1 Korinthiërs 6:18; Efeziërs 5:5). Maar of zulke geloften ook effectief zijn, valt te betwijfelen. Volgens één enquête brak zo’n 60 procent van de tieners hun gelofte binnen het jaar.

Bovendien maakt men zich zorgen over wat jongeren precies onder onthouding en maagdelijkheid verstaan. Charlene C. Giannetti en Margaret Sagarese schreven in hun boek Boy Crazy!: „De toename van orale en zelfs anale seks wordt door deskundigen in verband gebracht met kinderen die ’technisch gesproken’ maagd willen blijven. Ze besluiten voor zichzelf dat alles wat geen geslachtsgemeenschap is, geen seks is.”

Die kijk is blijkbaar wijdverbreid. Na ruim duizend tieners te hebben geïnterviewd, zei een auteur: „Klaarblijkelijk vonden maar één of twee op de honderd dat orale seks ook seks is.” Hij voegde eraan toe: „U moet beseffen dat uw tiener er waarschijnlijk zo over denkt.”

Degenen die zich aan Bijbelse maatstaven houden, beseffen dat orale seks en anale seks — zoals de namen op zich al duidelijk maken — seks zijn. Het Bijbelse gebod om ’je van hoererij te onthouden’ (’volledig vrij te zijn van seksuele immoraliteit’, Today’s English Version) omvat alle vormen van ongeoorloofde seksuele omgang. — 1 Thessalonicenzen 4:3.