Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Een koning die bijzondere dingen heeft nagelaten

Een koning die bijzondere dingen heeft nagelaten

Een koning die bijzondere dingen heeft nagelaten

DOOR EEN ONTWAAKT!-MEDEWERKER IN KAMEROEN

IBRAHIM NJOYA was de zeventiende koning van de Bamoun, een grote bevolkingsgroep waarvan de afstammelingen nog steeds op de savannen van West-Kameroen wonen. Hij regeerde van 1889 tot aan zijn dood in 1933, zoals blijkt uit de lijst van regeerders die teruggaat tot de veertiende eeuw (zie blz. 27). Tijdens de regering van Njoya probeerden de Fransen en de Duitsers het gebied te koloniseren.

Van jongs af aan bleek Njoya een zeer intelligent en intuïtief man te zijn, en hij zocht het gezelschap van gelijkdenkende intellectuelen en vernieuwers. Het schitterende paleis dat hij gebouwd heeft (zie onderstaande foto) is een bewijs van zijn deskundigheid op het gebied van architectuur. Hij heeft ook de uitvinding van een maismolen op zijn naam staan, die hier staat afgebeeld. Maar vooral opmerkenswaard is dat hij een systeem ontwikkelde om zijn taal, het Bamoun, in schrift weer te geven.

Mogelijkheid dingen schriftelijk vast te leggen

Aan het eind van de negentiende eeuw werd de geschiedenis van de Bamoun voornamelijk door mondelinge overlevering van de ene generatie aan de volgende doorgegeven. Njoya besefte dat het risico bestond dat er details weggelaten of toegevoegd werden. Hij had Arabische boeken gekocht van handelaars en reizende kooplieden die door zijn rijk trokken en was zo bekend geraakt met die taal. Waarschijnlijk was hij ook op de hoogte met het vroegere Vai schrift, dat in die tijd in heel het savannegebied werd gebruikt. Dus begon hij een systeem te ontwikkelen om zijn eigen taal te kunnen optekenen.

Njoya begon met enkele honderden tekens, vooral pictogrammen en ideogrammen. Bij dit systeem moesten zijn onderdanen uit het hoofd leren wat elk teken afbeeldde. In de loop der jaren vereenvoudigde hij het systeem met de hulp van zijn vertrouwde hovelingen. Met gebruik van een systeem van lettergrepen konden ze het aantal noodzakelijke tekens terugbrengen. Door een aantal tekens, of letters, van zijn nieuwe schrift te combineren, werden specifieke woorden gevormd. De lezer hoefde veel minder letters en hun bijbehorende uitspraak uit het hoofd te leren. Toen Njoya klaar was, telde zijn nieuwe schrijfsysteem, het A-ka-u-ku genaamd, zeventig letters.

Njoya moedigde het gebruik van het Bamoun schrift aan door te gebieden dat het op scholen werd onderwezen en dat het door iedereen in de regering werd gebruikt. Hij gaf opdracht een indrukwekkende geschiedenis van zijn vorstenhuis en van zijn land in zijn nieuwe schrift op te tekenen. Zo konden de Bamoun voor het eerst over hun tradities, wetten en gebruiken lezen. Njoya liet zelfs farmaceutische recepten optekenen in het nieuwe Bamoun schrift. Ruim achtduizend van deze originele documenten worden nog steeds bewaard in het archief van het paleis.

Een voordeel van dit nieuwe systeem werd kort na de komst van de Duitse kolonisten in 1902 duidelijk. Hoewel Njoya profijt had van de economische ontwikkeling, was hij het niet altijd eens met de Duitse autoriteiten. Dus gebruikte hij zijn nieuwe uitvinding, die de Duitsers nog niet ontcijferd hadden. Maar hoe lang is het Bamoun schrift blijven bestaan?

Tijdens de Eerste Wereldoorlog verloor Duitsland de zeggenschap over het gebied van Njoya. Uiteindelijk droeg de pasgevormde Volkenbond het mandaat over het Bamoungebied over aan Frankrijk. Hoewel Njoya openstond voor nieuwe ideeën, was hij trots op zijn erfgoed en wilde hij heel graag de cultuur van zijn volk behouden en verder ontwikkelen. Dat leidde er onvermijdelijk toe dat hij weerstand bood aan de Franse koloniale regering over zijn rijk. Zoals wel vaker gebeurde met leiders die niet loyaal waren aan de kolonisten, werd hij in 1931 door de Fransen afgezet. Twee jaar later stierf Njoya in ballingschap.

Doordat de Fransen het gebruik van het Bamoun schrift op scholen hadden verboden en Njoya het schrift nu niet meer kon bevorderen, raakte het al snel in onbruik en werd het door de meerderheid van de Bamoun vergeten. Toen zendelingen van de christenheid zich in het gebied vestigden, bestudeerden ze de gesproken taal van de Bamoun en maakten ze een grammaticaboek om op hun scholen te gebruiken. In tegenstelling tot Njoya haalden ze veel elementen uit het reeds bestaande Latijnse alfabet en de uitspraak daarvan.

Onlangs zijn er inspanningen gedaan om de belangstelling voor het Bamoun schrift weer aan te wakkeren. De huidige sultan, Ibrahim Mbombo Njoya, heeft een school geopend in het paleis dat zijn grootvader heeft gebouwd. Hier leren plaatselijke schoolkinderen opnieuw dit schrijfsysteem zodat het niet in de vergetelheid zal raken.

[Illustratie op blz. 27]

Een gedenkplaat met daarop de Bamoundynastie vanaf de veertiende eeuw tot nu, links in het Latijnse alfabet en rechts in het Bamoun schrift

[Illustratieverantwoording op blz. 26]

All photos: Courtesy and permission of Sultan Ibrahim Mbombo Njoya, Foumban, Cameroon