Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Wie bepaalt wat de ware religie is?

Wie bepaalt wat de ware religie is?

Wie bepaalt wat de ware religie is?

JEZUS maakte duidelijk dat er vormen van aanbidding zijn die niet aanvaardbaar zijn voor God. Hij had het over „valse profeten” en vergeleek hen met een boom die waardeloze vruchten voortbrengt en „wordt omgehakt en in het vuur geworpen”. Hij zei ook: „Niet een ieder die tot mij zegt: ’Heer, Heer’, zal het koninkrijk der hemelen binnengaan.” — Mattheüs 7:15-22.

Jezus zei zelfs over sommige mensen die zouden beweren hem te volgen: „En toch zal ik hun dan openlijk verklaren: Ik heb u nooit gekend! Gaat weg van mij, gij werkers der wetteloosheid” (Mattheüs 7:23). En toen hij tot de religieuze leiders in zijn tijd sprak, paste hij Gods woorden over het afvallige Israël op hen toe: „Tevergeefs blijven zij mij aanbidden, omdat zij mensengeboden als leerstellingen onderwijzen.” — Markus 7:6, 7.

Het is duidelijk dat niet alle vormen van aanbidding door God en zijn Zoon worden goedgekeurd. Dus niet alle aanbidding is ware aanbidding. Betekent dit dat er maar één religie is die de waarheid onderwijst? Zou God niet van een aantal religies gebruik kunnen maken, terwijl hij andere verwerpt? Of zou het kunnen zijn dat God de aanbidding van afzonderlijke personen in uiteenlopende religies aanvaardt of afwijst, ongeacht wat hun organisaties onderwijzen?

De apostel Paulus schreef onder goddelijke inspiratie: „Nu vermaan ik u, broeders, door de naam van onze Heer Jezus Christus, dat gij allen in overeenstemming met elkaar spreekt en dat er geen verdeeldheid onder u is, maar dat gij nauw verenigd zijt in dezelfde geest en in dezelfde gedachtegang” (1 Korinthiërs 1:10). De Bijbel vermaant christenen ook ’gelijkgezind te zijn en dezelfde liefde te hebben, in ziel samengevoegd, het ene in gedachte houdend’. — Filippenzen 2:2.

Waar die eenheid bestaat, is het resultaat feitelijk één religie. In overeenstemming hiermee zegt de Bijbel dat er „één Heer, één geloof, één doop” is. — Efeziërs 4:4, 5.

Wat het Bijbelverslag laat zien

Bovenstaande conclusie wordt duidelijk door het Bijbelverslag ondersteund. Door dit verslag te bestuderen, zult u erachter komen dat God voor zijn volk altijd één stelsel van aanbidding heeft gebruikt. In het begin van de menselijke geschiedenis gebruikte God patriarchen (familiehoofden) als zijn vertegenwoordigers. Enkele belangrijke patriarchen waren Noach, Abram (Abraham), Isaäk en Jakob. — Genesis 8:18-20; 12:1-3; 26:1-4; 28:10-15.

De afstammelingen van Jakob werden slaven in Egypte. Ze werden wreed onderdrukt, maar ze groeiden desondanks uit tot een miljoenenvolk. God bevrijdde hen uit gevangenschap en leidde hen door een wonder door de Rode Zee. Vervolgens nam hij hen aan als zijn volk — de natie Israël — en gaf hij hun wetten door bemiddeling van Mozes. — Exodus 14:21-28; 19:1-6; 20:1-17.

Het is veelbetekenend dat God de vormen van aanbidding die de volken rondom Israël bedreven, niet goedkeurde. Toen zijn volk van zijn wetten afweek en die vormen van aanbidding overnam, bestrafte hij hen. — Leviticus 18:21-30; Deuteronomium 18:9-12.

Hoe stond het met mensen uit andere volken die de ware God wilden aanbidden? Ze moesten eerst hun vroegere valse aanbidding verlaten en zich dan bij Israël aansluiten in de aanbidding van Jehovah God. Velen van hen kregen Gods goedkeuring en werden zijn loyale dienstknechten. Daar waren vrouwen bij zoals de Kanaänitische Rachab en de Moabitische Ruth, en mannen zoals de Hethiet Uria en de Ethiopiër Ebed-Melech, maar ook groepen zoals de Gibeonieten. De Israëlitische koning Salomo zond een oprecht gebed op voor allen die zich in de ware aanbidding bij Gods volk hadden aangesloten. * — 2 Kronieken 6:32, 33.

Na Jezus’ komst naar de aarde

Later, nadat Jezus naar de aarde was gezonden, werd de manier waarop de ware aanbidding beoefend moest worden, bepaald door zijn leringen, en werden Gods voornemens op een grandioze manier duidelijk gemaakt. Na verloop van tijd werden ware aanbidders „christenen” genoemd (Handelingen 11:26). Joden die Gods goedkeuring wilden hebben, moesten dus de vorm van aanbidding die ze voordien hadden beoefend, achter zich laten. Het was niet zo dat ze de keuze hadden tussen twee stelsels van aanbidding. Ze mochten God ook niet als afzonderlijk individu aanbidden. Zoals we in Gods Woord hebben gezien, waren ware aanbidders verenigd in „één geloof”. — Efeziërs 4:4, 5.

Tegenwoordig lijkt het idee dat God slechts één religie gebruikt om de mensheid te leiden, voor sommigen misschien extreem of onaanvaardbaar. Toch is het de conclusie die de Bijbel aangeeft. In het verleden hebben veel mensen die God eerst op hun eigen manier aanbaden dit feit onderkend. Ze sloten zich bij de ware aanbidders van Jehovah aan en aanvankelijke twijfels maakten plaats voor grote zegeningen en vreugde. De Bijbel zegt bijvoorbeeld over een Ethiopische man die het christendom aanvaardde en werd gedoopt: „Hij vervolgde zijn weg met blijdschap.” — Handelingen 8:39.

Iedereen die in deze tijd de ware religie aanvaardt en beoefent, zal vergelijkbare zegeningen ontvangen. Maar hoe kunt u tussen al die religies de ware religie herkennen?

[Voetnoot]

[Illustratie op blz. 5]

Wat zal er gebeuren met een religie die waardeloze vruchten voortbrengt?